Inhoudsopgave
- Paus roept op om harten en kloosters open te stellen voor vluchtelingen
ROME (KerkNet/VIS/Zenit) – Paus Franciscus nodigt de christenen uit "moediger en edelmoediger” voor de vluchtelingen “te leven” en hen op te vangen “in de gemeenschappen, in de huizen”: lege kloosters moeten niet omgebouwd worden tot “hotel om geld te verdienen” want zij dienen “voor het lichaam van Christus, en dat zijn de vluchtelingen”. Hij benadrukt dat de opvang van de arme en de bevordering van de rechtvaardigheid niet alleen een aangelegenheid zijn voor “specialisten”.
De Paus bracht op 10 september een privé bezoek aan het Centrum Astalli, een centrum voor de opvang van vluchtelingen en asielzoekers van de Jesuit Refugee Service (JRS), een dienst van de jezuïeten voor vluchtelingen in Rome, dicht bij de kerk Il Gesù.
De Paus kwam om 15.30 u in het centrum aan, hij ging naar de eetzaal en groette de vluchtelingen en vrijwilligers die de maaltijd opdienden. Daarna had hij een gesprek met een twintigtal personen. Na een kort oponthoud in de kapel van het Centrum, ging de Paus naar de kerk Il Gesù, waar ongeveer 500 mensen, gasten, werknemers, vrijwilligers en vrienden van het Centrum hem opwachtten.
Kardinaal-vicaris Agostino Vallini en hulpbisschop Mgr. Matteo Zuppi, P. Carlo Casalone S.J., provinciaal van de jezuïeten in Italië, P. Joachin Barrero S.J., assistent van pater generaal van de jezuïeten voor Zuid-Europa, en P. Peter Balleis S.J., verantwoordelijke van JRS Internationaal, waren aanwezig. Na de verwelkoming door P. Giovanni Lamanna S.J., verantwoordelijk voor het Centrum, en de toespraak van Adam en Carol, vluchtelingen uit Soedan en Syrië, gaf de Paus op zijn beurt een toespraak.
Paus Franciscus loofde de 400 vrijwilligers van het Astalli-centrum, een opvanghuis voor vluchtelingen in het centrum van Rome van de Vluchtelingendienst van de Jezuïeten (JRS), dat al in 1981 werd geopend. Dagelijks worden er 450 maaltijden verstrekt en jaarlijks meer dan 21.000 vluchtelingen opgevangen en geholpen bij hun asielaanvraag en hun zoektocht naar werk en onderdak.
De Paus verwees naar zijn eerdere bezoek aan het eiland en de moeilijke en vaak levensgevaarlijke overtocht van vluchtelingen vanuit Noord-Afrika, op zoek naar een betere toekomst voor hen en hun kinderen. Te vaak nog, zei de Paus, leven vluchtelingen in mensonwaardige, vernederende omstandigheden zonder perspectief, ook al beschikken zij over geldige verblijfspapieren. Hij lanceerde een oproep tot gastvrijheid, zorg en begrip voor vluchtelingen:
“Hoe kunnen wij best gehoor geven aan de oproep van Christus om onze naasten die in nood zijn bij te staan? Durven wij hen in de ogen te kijken of draaien wij hen de rug toe? Met mensen op weg gaan, betekent niet alleen dat wij hen helpen, door bijvoorbeeld een sandwich te geven aan de armen. Het betekent veeleer dat wij hen helpen opnieuw op eigen benen te staan. Echte barmhartigheid vereist dat de Kerk, de stad Rome en instellingen ervoor zorgen dat niemand nog een beroep moet doen op een gaarkeuken, onderdak moet zoeken of juridische bijstand moet krijgen om te worden erkend in zijn recht op een waardig leven en werk en om een volwaardige persoon te zijn. Integratie in de samenleving is niet alleen een plicht, maar ook een recht.”
Geen angst voor verschillen
“Ieder van u, dierbare vrienden, heeft een geschiedenis die spreekt van drama’s, oorlog, conflict … maar ieder van u draagt vooral een menselijke en godsdienstige rijkdom, een rijkdom om te vangen, niet om te vrezen”, zei de Paus. “Wij moeten geen angst hebben voor de verschillen! Broederschap laat ons ontdekken dat zij een rijkdom zijn, een gave voor ieder! Laten wij de broederlijkheid beleven!” De Paus wenst dat Rome “de stad zou zijn waar een menselijke dimensie kan gevonden worden, waar opnieuw kan gelachen worden” en hij dankte daarbij de werknemers, vrijwilligers, weldoeners van het Centrum en van alle onthaaldiensten “die niet alleen tijd geven, maar ook met de asielzoekers en vluchtelingen in relatie proberen te treden en die hen als persoon erkennen door concrete antwoorden te zoeken op hun noden”. “Hou de hoop levendig!”, was zijn oproep: “Help het vertrouwen te hervinden! Toon dat onthaal en broederschap deuren kunnen openen voor de toekomst”.
Geen angst hebben om zijn handen vuil te maken
De Paus gaf de jezuïeten en hun medewerkers drie opdrachten: dienen, begeleiden, beschermen. Dienen is “de persoon die toekomt, met zorg ontvangen … de hand reiken zonder berekening, zonder vrees … een menselijke relatie aanknopen, van solidariteit”. De Paus riep op tot dit gewetensonderzoek: “buig ik mij over mensen in nood of heb ik angst mijn handen vuil te maken? Ben ik op mijzelf besloten of zie ik wie hulp nodig heeft? Dien ik mezelf of de anderen?”. De armen zijn de “bevoorrechte professoren in kennis van God; hun zwakheid en eenvoud ontmaskeren ons egoïsme, onze valse zekerheden … en brengen ons tot de ervaring van Gods tederheid”. In de begeleiding volstaat onthaal niet: “het volstaat niet brood te geven als dit niet gepaard gaat met de mogelijkheid op eigen benen te leren staan. Naastenliefde die de arme laat zoals hij is, is niet voldoende. Ware barmhartigheid vereist dat de arme de weg vindt om dat niet langer te zijn”. De Paus pleitte voor “het recht op leven en werk, om ten volle mens te zijn” en “het recht op integratie”, om “actief deel uit te maken van de samenleving”.
“Ik ben er: hoe kan ik helpen?”
“Beschermen”, het laatste punt van het programma, betekent “aan de zijde van de zwakste staan”. “Hoe dikwijls verheffen wij onze stem om onze rechten te verdedigen, maar zijn we onverschillig voor de rechten van de anderen!”, betreurde de Paus. “Het is belangrijk dat het onthaal van de arme en de bevordering van de rechtvaardigheid in de Kerk niet alleen aan “specialisten” toevertrouwd worden, maar de aandacht genieten van “heel de pastoraal, van de opleiding van toekomstige priesters en religieuzen, van het normale engagement van alle parochies en Kerkelijke bewegingen”, benadrukte hij. De Paus nodigde “met heel zijn hart” de religieuze instituten uit deze tekens van de tijd “met zin voor verantwoordelijkheid” te lezen: “de Heer roept op moediger en edelmoediger het onthaal te beleven in de gemeenschappen, huizen, lege kloosters … Zeer dierbare religieuzen, lege kloosters dienen in de Kerk niet om omgebouwd te worden tot een hotel en om geld te verdienen. Lege kloosters behoren ons niet toe, zij zijn er voor het lichaam van Christus, dat zijn de vluchtelingen”. Daar is “moed” voor nodig, vervolgde hij en hij moedigde aan om “meer te doen” en “de bekoring te overwinnen van een spirituele wereldse gezindheid teneinde “degelijke gemeenschappen te zijn die de liefde op een concrete manier beleven”. De rijen mensen die op een maaltijd wachten, zeggen tot allen: “er moet iets gedaan worden, nu, het is mogelijk. Het is voldoende op de deur te kloppen en te zeggen: ik ben er, hoe kan ik een handje helpen?”.
De ontmoeting eindigde rond 17 u met een gebed opgesteld door P. Alfonso Nicolas, generaal van de jezuïeten, en een eerbetoon aan P. Pedro Arrupe, stichter van JRS, die in de kerk Il Gesù zijn rustplaats heeft. Het is het tweede bezoek aan het graf van pater Arrupe, na de komst van de Paus in Il Gesù voor het op 31 juli laatstleden.
Extra opties voor deze alinea
Reageer op deze alinea Deel op social media
Bericht Paus roept op om harten en kloosters open te stellen voor vluchtelingen
https://rkdocumenten.nl/bericht/bericht_2099-paus-roept-op-om-harten-en-kloosters-open-te-stellen-voor-vluchtelingen-nl