God dorst naar ons geloof
x
Informatie over dit document
God dorst naar ons geloof
Derde Zondag van de Veertigdagentijd (Jaar A) - Pastoraal bezoek aan de Romeinse parochie Santa Maria Liberatrice a Monte Testaccio
Paus Benedictus XVI
24 februari 2008
Pauselijke geschriften - Homilieën
2008, Libreria Editrice Vaticana / Stg. InterKerk / Nederlandse Bisschoppenconferentie
© 2020, Vert. uit de Spaanse vert.: W.J.G.A. Veth pr.; alineaverdeling en -nummering: redactie
© 2020, Vert. uit de Spaanse vert.: W.J.G.A. Veth pr.; alineaverdeling en -nummering: redactie
24 februari 2008
5 juni 2020
7694
nl
Referenties naar dit document van thema's en berichten
Open uitgebreid overzichtExtra opties voor dit document
Kopieer document-URL naar klembord Reageer op dit document Deel op social mediaInhoudsopgave
- Inhoud
1
Ik ben in een unieke omstandigheid gekomen: het eeuwfeest van de wijding van de huidige kerk en de titeloverdracht van de parochie Santa Maria della Providenza (Heilige Maria van de voorzienigheid), die in uw wijk Testaccio reeds bestond, naar Santa Maria Liberatrice (Heilige Maria Bevrijder). Het was heilige Pius X die de parochie aan de geestelijke zonen van Don Bosco toevertrouwde, en zij, onder de onvermoeibare leiding van de eerste leerling van heilige Johannes Bosco, de zalige Don Michele Rúa, bouwden de kerk waarin we ons nu bevinden.
Eigenlijk ontplooiden de Salesianen hier al hun sociale en apostolische activiteit, in Testaccio, een wijk die zijn eigen territoriale en culturele identiteit heeft behouden. Ondanks dat we ons in het hart van de Romeinse metropool bevinden, onderhouden mensen zeer vertrouwde relaties en hoewel de situatie de afgelopen twintig jaar iets is veranderd, blijven de gehechtheid van de mensen groot aan hun grondgebied, de identiteit van de buurt, en aan de godsdienstige tradities. Ik weet bijvoorbeeld dat ter gelegenheid van uw patroonsfeest van Santa Maria Liberatrice elk jaar veel burgers en families samenkomen die om verschillende redenen naar andere plaatsen zijn verhuisd.
Beminde broeders en zusters:In navolging van mijn eerbiedwaardige voorgangers, de dienaren Gods Paulus VI en Johannes Paulus II, die respectievelijk op 20 maart 1966 en 14 januari 1979 uw parochie bezochten, ben ook ik vandaag naar u toe gekomen om uw gemeenschap te ontmoeten en de Eucharistie op te dragen in deze prachtige kerk gewijd aan de Santa Maria Liberatrice.
Ik ben in een unieke omstandigheid gekomen: het eeuwfeest van de wijding van de huidige kerk en de titeloverdracht van de parochie Santa Maria della Providenza (Heilige Maria van de voorzienigheid), die in uw wijk Testaccio reeds bestond, naar Santa Maria Liberatrice (Heilige Maria Bevrijder). Het was heilige Pius X die de parochie aan de geestelijke zonen van Don Bosco toevertrouwde, en zij, onder de onvermoeibare leiding van de eerste leerling van heilige Johannes Bosco, de zalige Don Michele Rúa, bouwden de kerk waarin we ons nu bevinden.
Eigenlijk ontplooiden de Salesianen hier al hun sociale en apostolische activiteit, in Testaccio, een wijk die zijn eigen territoriale en culturele identiteit heeft behouden. Ondanks dat we ons in het hart van de Romeinse metropool bevinden, onderhouden mensen zeer vertrouwde relaties en hoewel de situatie de afgelopen twintig jaar iets is veranderd, blijven de gehechtheid van de mensen groot aan hun grondgebied, de identiteit van de buurt, en aan de godsdienstige tradities. Ik weet bijvoorbeeld dat ter gelegenheid van uw patroonsfeest van Santa Maria Liberatrice elk jaar veel burgers en families samenkomen die om verschillende redenen naar andere plaatsen zijn verhuisd.
Referenties naar alinea 1: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
2
Beste vrienden, ik deel van harte uw vreugde om het jubileum dat u viert en dat ik wilde ze verrijken met de mogelijkheid om gedurende het eeuwfeest een volle aflaat te verdienen. Ik groet u allen met genegenheid. Allereerst groet ik de kardinaal-vicaris, de hulpbisschop van de middensector, monseigneur Ernesto Mandara, en uw pastoor Don Manfredo Leone. Ik dank hem hartelijk en zijn Salesiaanse broeders voor de pastorale dienst die zij aan uw parochie verlenen, en ik dank hem ook voor de vriendelijke woorden die hij in naam van allen tot mij heeft gericht.
Ik begroet ook de gasten van de Salesiaanse studiehuis voor priesters, dat is gevestigd in de parochiegebouwen, en de verschillende religieuze gemeenschappen die in het gebied aanwezig zijn: de Dochters van Maria Hulp der christenen, de Dochters van de Goddelijke Voorzienigheid en de zusters van de Goede Herder. Ik begroet de medewerkers, de medewerksters en de Salesiaanse alumni, de parochieverenigingen, de verschillende groepen die betrokken zijn bij de catechese, bij de liturgie, bij de caritas en het lezen en verdiepen van Gods woord. Ik begroet de broederschap van Santa Maria Liberatrice, aan de groepen die jongeren bij elkaar brengen en aan degenen die de ontmoeting en vorming bevorderen van toekomstige paren en recente echtgenoten en de gevestigde gezinnen.
Ik spreek een liefdevolle groet uit aan de kinderen van de catechese en aan iedereen die het oratorium van de parochie en dat van de Dochters van Maria Hulp der christenen bezoekt. Ik groet ook alle wijkbewoners, vooral de ouderen, de zieken en de mensen die eenzaam zijn en het moeilijk hebben. In deze heilige Mis gedenk ik allen en elk.
Ik begroet ook de gasten van de Salesiaanse studiehuis voor priesters, dat is gevestigd in de parochiegebouwen, en de verschillende religieuze gemeenschappen die in het gebied aanwezig zijn: de Dochters van Maria Hulp der christenen, de Dochters van de Goddelijke Voorzienigheid en de zusters van de Goede Herder. Ik begroet de medewerkers, de medewerksters en de Salesiaanse alumni, de parochieverenigingen, de verschillende groepen die betrokken zijn bij de catechese, bij de liturgie, bij de caritas en het lezen en verdiepen van Gods woord. Ik begroet de broederschap van Santa Maria Liberatrice, aan de groepen die jongeren bij elkaar brengen en aan degenen die de ontmoeting en vorming bevorderen van toekomstige paren en recente echtgenoten en de gevestigde gezinnen.
Ik spreek een liefdevolle groet uit aan de kinderen van de catechese en aan iedereen die het oratorium van de parochie en dat van de Dochters van Maria Hulp der christenen bezoekt. Ik groet ook alle wijkbewoners, vooral de ouderen, de zieken en de mensen die eenzaam zijn en het moeilijk hebben. In deze heilige Mis gedenk ik allen en elk.
Referenties naar alinea 2: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
3
In de eerste lezing zien we het joodse volk dat lijdt in de woestijn vanwege gebrek aan water en, gegrepen door de ontmoediging zoals bij andere gelegenheden, jammert het en reageert gewelddadig. Het komt tegen Mozes in opstand; het komt bijna in opstand tegen God. De gewijde schrijver zegt: "Zij hadden Jahwe uitgedaagd door zich af te vragen: 'Is Jahwe nu bij ons of niet?'" (Ex. 17, 7) [b:Ex. 17, 7]. Het volk eist van God dat Hij aan hun verwachtingen en eisen voldoen, in plaats van zichzelf in Zijn handen toe te vertrouwen, en in de beproeving verliest het het vertrouwen in Hem. Hoe vaak gebeurt dit ook in ons leven! In hoeveel omstandigheden willen we, in plaats van gehoorzaam te zijn aan de goddelijke wil, dat God onze plannen uitvoert en aan al onze verwachtingen voldoet! Hoe vaak blijkt ons geloof kwetsbaar, ons vertrouwen zwak en onze vroomheid besmet door magische en louter aardse elementen!
Beste broeders en zusters,nu vraag ik mij samen met u af. Wat heeft de Heer ons te zeggen op zo een belangrijke verjaardag voor uw parochie? In de Bijbelteksten van deze derde Vastenzondag staan nuttige suggesties voor de meditatie, zeer toepasselijk in deze belangrijke omstandigheid. Door het symbool van het water, dat we in de eerste lezing en in de passage van het Evangelie over de Samaritaanse vrouw vinden, brengt het woord van God ons een boodschap die altijd levend en actueel is: God dorst naar ons geloof en wil dat we in Hem de bron van ons ware geluk vinden. Elke gelovige loopt het gevaar een onechte godsdienstigheid te beoefenen, om niet in God het antwoord te zoeken op de meest intieme verwachtingen van het hart, maar eerder God te gebruiken alsof hij ten dienste staat van onze verlangens en projecten.
In de eerste lezing zien we het joodse volk dat lijdt in de woestijn vanwege gebrek aan water en, gegrepen door de ontmoediging zoals bij andere gelegenheden, jammert het en reageert gewelddadig. Het komt tegen Mozes in opstand; het komt bijna in opstand tegen God. De gewijde schrijver zegt: "Zij hadden Jahwe uitgedaagd door zich af te vragen: 'Is Jahwe nu bij ons of niet?'" (Ex. 17, 7) [b:Ex. 17, 7]. Het volk eist van God dat Hij aan hun verwachtingen en eisen voldoen, in plaats van zichzelf in Zijn handen toe te vertrouwen, en in de beproeving verliest het het vertrouwen in Hem. Hoe vaak gebeurt dit ook in ons leven! In hoeveel omstandigheden willen we, in plaats van gehoorzaam te zijn aan de goddelijke wil, dat God onze plannen uitvoert en aan al onze verwachtingen voldoet! Hoe vaak blijkt ons geloof kwetsbaar, ons vertrouwen zwak en onze vroomheid besmet door magische en louter aardse elementen!
Referenties naar alinea 3: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
4
Laten we in deze Vastentijd, wanneer de Kerk ons uitnodigt om op een pad van ware bekering te gaan, nederig de aanbeveling van de antwoordpsalm aanvaarden: "Hoort naar zijn stem: 'verhardt niet uw hart, als bij Meriba, als bij Massa, toen in de woestijn, toen uw vaderen Mij hebben verzocht, Mij tartten - en nog zagen mijn daden!'" (Ps. 95, 7-9) [b:Ps. 95, 7-9].
Referenties naar alinea 4: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
5
De symboliek van het water komt met grote welsprekendheid terug op de beroemde bladzijde van het Evangelie die de ontmoeting van Jezus verhaalt met de Samaritaanse vrouw in Sichar, bij de bron van Jakob. We merken onmiddellijk een verband op tussen de put die door de grote aartsvader van Israël is gebouwd om water voor zijn gezin te garanderen en de heilsgeschiedenis, waarin God de mensheid het water geeft dat opspringt ten eeuwige leven. Als er een fysieke dorst is naar het onmisbare water om op deze aarde te leven, dan is er bij de mens ook een geestelijke dorst die alleen God kan lessen. Dit komt duidelijk tot uiting in de dialoog tussen Jezus en de vrouw die gekomen was om water te putten uit de bron van Jakob.
Alles begint met Jezus' verzoek: «Geef Mij te drinken» (Joh. 4, 7) [b:Joh. 4, 7]. Op het eerste gezicht lijkt dat een eenvoudig verzoek om wat water, op een hete middag. Met deze verzoek, dat bovendien was gericht tot een Samaritaanse vrouw - er bestond geen goede verstandhouding tussen Joden en Samaritanen - zet Jezus in feite in zijn gesprekspartner een innerlijk weg in gang die leidt tot een verlangen naar iets diepers. Heilige Augustinus zegt: «Hij die te drinken vroeg, heeft dorst naar het geloof van die vrouw». XV, 11: PL 35, 1514 [[859]] Op een gegeven moment is het inderdaad de vrouw zelf die Jezus om water vraagt (Joh. 4, 15) [[b:Joh. 4, 15]], waardoor duidelijk wordt dat er in ieder mens een ingeboren behoefte is aan God en aan verlossing die alleen Hij kan vervullen. Een dorst naar oneindigheid die alleen het water dat Jezus biedt, het levende water van de Geest, kan blussen. Over een korte tijd horen wij deze woorden in de prefatie: Jezus «had de Samaritaanse reeds de gave van het geloof geschonken toen Hij haar om water vroeg; en zo groot was zijn dorst naar haar geloof dat Hij het vuur van de liefde in haar deed branden».
Alles begint met Jezus' verzoek: «Geef Mij te drinken» (Joh. 4, 7) [b:Joh. 4, 7]. Op het eerste gezicht lijkt dat een eenvoudig verzoek om wat water, op een hete middag. Met deze verzoek, dat bovendien was gericht tot een Samaritaanse vrouw - er bestond geen goede verstandhouding tussen Joden en Samaritanen - zet Jezus in feite in zijn gesprekspartner een innerlijk weg in gang die leidt tot een verlangen naar iets diepers. Heilige Augustinus zegt: «Hij die te drinken vroeg, heeft dorst naar het geloof van die vrouw». XV, 11: PL 35, 1514 [[859]] Op een gegeven moment is het inderdaad de vrouw zelf die Jezus om water vraagt (Joh. 4, 15) [[b:Joh. 4, 15]], waardoor duidelijk wordt dat er in ieder mens een ingeboren behoefte is aan God en aan verlossing die alleen Hij kan vervullen. Een dorst naar oneindigheid die alleen het water dat Jezus biedt, het levende water van de Geest, kan blussen. Over een korte tijd horen wij deze woorden in de prefatie: Jezus «had de Samaritaanse reeds de gave van het geloof geschonken toen Hij haar om water vroeg; en zo groot was zijn dorst naar haar geloof dat Hij het vuur van de liefde in haar deed branden».
Referenties naar alinea 5: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
6
Zo wordt de Samaritaanse een figuur van de verlichte en door het geloof bekeerde catechumen, die verlangt naar het levende water en wordt gezuiverd door het woord en optreden van de Heer. Ook wij de reeds gedoopten, maar altijd proberend ware christenen te zijn, vinden in deze evangelische geschiedenis een stimulans om het belang en de betekenis van ons christelijk leven te herontdekken, het ware verlangen naar God dat in ons leeft. Jezus wil ons, net als de Samaritaanse, ertoe brengen ons geloof in Hem met kracht te belijden, zodat we vervolgens aan onze broeders kunnen verkondigen en getuigen van de vreugde Hem te ontmoeten en de wonderen die zijn liefde in ons leven bewerkt. Het geloof ontstaat uit de ontmoeting met Jezus, erkend en verwelkomd als de definitieve Openbaring en Redder, in wie het gelaat van God wordt geopenbaard. Zodra de Heer het hart van de Samaritaanse heeft veroverd, wordt haar bestaan ??omgevormd en rent ze onmiddellijk weg om het goede nieuws aan haar mensen bekend te maken. (Joh. 4, 29) [[b:Joh. 4, 29]]
Beminde broeders en zusters,in de dialoog tussen Jezus en de Samaritaanse zien we de geestelijke weg uitgetekend waartoe elk van ons, elke christelijke gemeenschap, geroepen is om ze voortdurend te herontdekken en af te leggen. Die bladzijde van het Evangelie, verkondigd in deze Vastentijd, is van een bijzonder grote waarde voor de geloofsleerlingen die al dicht bij de Doop zijn. Inderdaad, deze derde zondag van de Vastentijd houdt verband met de zogenaamde "eerste ondervraging", die een ritus van zuivering en genade is.
Zo wordt de Samaritaanse een figuur van de verlichte en door het geloof bekeerde catechumen, die verlangt naar het levende water en wordt gezuiverd door het woord en optreden van de Heer. Ook wij de reeds gedoopten, maar altijd proberend ware christenen te zijn, vinden in deze evangelische geschiedenis een stimulans om het belang en de betekenis van ons christelijk leven te herontdekken, het ware verlangen naar God dat in ons leeft. Jezus wil ons, net als de Samaritaanse, ertoe brengen ons geloof in Hem met kracht te belijden, zodat we vervolgens aan onze broeders kunnen verkondigen en getuigen van de vreugde Hem te ontmoeten en de wonderen die zijn liefde in ons leven bewerkt. Het geloof ontstaat uit de ontmoeting met Jezus, erkend en verwelkomd als de definitieve Openbaring en Redder, in wie het gelaat van God wordt geopenbaard. Zodra de Heer het hart van de Samaritaanse heeft veroverd, wordt haar bestaan ??omgevormd en rent ze onmiddellijk weg om het goede nieuws aan haar mensen bekend te maken. (Joh. 4, 29) [[b:Joh. 4, 29]]
Referenties naar alinea 6: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
7
Beminde broeders en zusters van de parochie van Santa Maria Liberatrice, Christus' uitnodiging om ons te betrekken bij zijn veeleisende evangelische voorstel weerklinkt vanochtend sterk voor elk lid van uw parochiegemeenschap. Heilige Augustinus zei dat God dorst naar onze dorst naar Hem, dat wil zeggen: Hij wil verlangd worden. Hoe verder de mens zich van God verwijdert, hoe meer Hij hem volgt met zijn barmhartige liefde.
Vandaag moedigt de liturgie, ook rekening houdend met het Vastentijd waarin we leven, ons aan om onze relatie met Jezus te onderzoeken, om zijn gelaat te zoeken zonder moe te worden. En dit is onontbeerlijk zodat jullie, beste vrienden, in de nieuwe culturele en maatschappelijke context het werk van evangelisatie en menselijk en christelijk onderwijs dat deze parochie al meer dan een eeuw uitvoert, kan voortzetten, wat in de reeks van zijn parochiepriesters het heeft ook de eerbiedwaardige Luigi Maria Olivares.
Vandaag moedigt de liturgie, ook rekening houdend met het Vastentijd waarin we leven, ons aan om onze relatie met Jezus te onderzoeken, om zijn gelaat te zoeken zonder moe te worden. En dit is onontbeerlijk zodat jullie, beste vrienden, in de nieuwe culturele en maatschappelijke context het werk van evangelisatie en menselijk en christelijk onderwijs dat deze parochie al meer dan een eeuw uitvoert, kan voortzetten, wat in de reeks van zijn parochiepriesters het heeft ook de eerbiedwaardige Luigi Maria Olivares.
Referenties naar alinea 7: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
8
Open uw hart meer en meer voor een pastorale missionaire actie die elke christen aanmoedigt om mensen - vooral jonge mensen en gezinnen - te vinden waar ze wonen, werken en hun vrije tijd doorbrengen, om hun de barmhartige liefde van God aan te kondigen. Ik weet dat u soortgelijke aandacht en zorg besteedt aan de zorg voor roepingen tot het priesterschap en het gewijde leven, en dat u jongens, jongeren en gezinnen het thema van de roeping voorstelt, dat van fundamenteel belang is voor de toekomst van de kerk. Op dezelfde manier moedig ik u aan om te volharden in de educatieve inzet, die het typische charisma van elke Salesiaanse parochie vormt.
Referenties naar alinea 8: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
9
Mogen het oratorium, de school en de momenten van catechese en gebed worden bezield door authentieke opvoeders, dat wil zeggen door nabije getuigen met het hart, vooral voor kinderen, adolescenten en jongeren. Heilige Maria Bevrijder, zo geliefd en vereerd door u, die samen met haar echtgenoot sint Jozef Jezus als kind en adolescent opvoedde, moge de gezinnen, de mannen en vrouwen religieuzen in hun taak als vormers beschermen en hun de vreugde geven, zoals Don Bosco wenste, om «goede christenen en eerlijke burgers» in deze buurt te zien groeien.
Amen.
Amen.
Referenties naar alinea 9: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediahttps://rkdocumenten.nl/toondocument/7694-god-dorst-naar-ons-geloof-nl