Op 13 september 1983 bezocht Paus Johannes Paulus II de Oostenrijkse Maria-bedevaartplaats Mariazell. Hij sprak hier het volgende gebed van toewijding uit;
Zalig bent U, Maria, omdat U geloofd hebt! Zo brengen wij U onze lofprijzing samen met Elisabeth
Zalig bent U, Moeder van onze Heer Jezus Christus en Moeder van de Kerk. Ons aller Moeder bent U.
Voor u willen wij dit gebed van onze toewijding uitspreken. Aan Uw zuiver hart vertrouwen wij alles toe wat ons in dit uur ten diepste bezig houdt al onze gerechtvaardige wensen en verwachtingen, tevens echter ook onze zorgen en ons leed. Leid ons met onze vreugden en lasten naar Uw Zoon, naar het heiligdom van Zijn liefdevol hart, opdat Hij aan Zijn broeders en zusters de Vader kan tonen, het zalige doel van onze levensweg.
Aan Uw moederlijk hart, Maria, vertrouwen wij vooral hen toe die door leed en pijn terneergeslagen zijn:
zieken en gehandicapten,
mannen en vrouwen met huwelijksmoeilijkheden,
kinderen in verscheurde gezinnen,
mensen met drukkende schulden,
werkelozen,
ontwortelden,
gevangenen.
Hoeveel tranen, hoeveel angst, hoeveel duisternis op onze levensweg! Het kruis van Uw Zoon moge voor hen lichten als teken van de oneindige barmhartigheid Gods. Toon hen de gezindheid van Christus, die het mogelijk maakt het kwade door het goede te overwinnen en door dappere liefde een nieuwe levensvervulling te vinden. Barmhartige Moeder, neem elk onbaatzuchtig werk van barmhartigheid aan, elk vrijwillig geschonken uur in dienst van de naaste in nood.
Eveneens bevelen wij U de mensen aan in de kracht van hun leven, mannen en vrouwen die verantwoordelijkheid dragen voor hun gezin, voor hun beroepsgebied, voor de gemeenschappelijke taken in hun land. Laat ze in de Blijde Boodschap licht en kracht vinden voor hun plannen en beslissingen, geleid door een rijp christelijk geweten: de vaders en moeders, de leraren en artsen, de wetenschappers en de politici, de politieagenten, de soldaten en allen die het algemeen belang dienen. Toon hen de stralende waarde van de waarheid, het hoge goed van de gerechtigheid, de stille glans van de onbaatzuchtigheid.
Uw moederlijke bescherming, Maria, smeken wij ook af voor de jonge generatie: kinderen, jongens en meisjes, jonge mannen en vrouwen. Geleid hen behoedzaam stap voor stap op de weg van christelijke verantwoordelijkheid voor henzelf en de gemeenschap: de moedigen en de sterken, die vol ondernemingslust zijn en weten aan te pakken, maar even zozeer de stillen, die aarzelen, de bedachtzamen; de lachenden en de ernstigen. Laat in hun harten het licht van hun idealen die aan het menselijk leven zijn werkelijke waarde verlenen, niet uitdoven. Niemand moet ze uitdoven: noch de jonge mensen zelf noch iemand anders. Moeder, zegen de jonge mensen, dat zij in staat mogen zijn veel van zichzelf te eisen en veel aan anderen te geven dat zij in staat mogen zijn de bekoringen van een genotswereld te weerstaan en het welzijn van de naaste te dienen.
Moeder van de Kerk, toon aan het volk van God weer de weg om roepingen in groten getale te wekken en te bevorderen tot het priesterschap en het religieuze leven. Moge tevens het veelkleurige lekenapostolaat zich verdiepen en zich uitbreiden en de missionaire verantwoordelijkheid van allen toenemen.
Christus, Goede Herder van die U toebehoren, neem in het hart van Uw Moeder ons hele vertrouwen, onze goede wil, onze grootmoedige toewijding aan. Amen.