Inhoudsopgave
- Inhoud
1
Beminde broeders en zusters,
In het Evangelie van deze zondag vinden we twee uitnodigingen van Jezus: enerzijds vrees niet de mensen, anderzijds vrees God . Zo worden wij uitgenodigd, na te denken over het verschil tussen menselijke vrees en vrees voor God. Angst is een natuurlijke dimensie van het leven. Vanaf de kindertijd ervaren wij vormen van angst die later denkbeeldig blijken te zijn en die verdwijnen; later ontstaan andere angsten, die een precieze oorzaak hebben in het werkelijke leven; daaraan moet het hoofd geboden worden en ze moeten overwonnen worden met menselijke inzet en vertrouwen op God. Maar vervolgens, vooral vandaag, is er een vorm van angst die dieper ligt, die van existentiële aard is: zij komt voort uit een gevoel van leegte dat te maken heeft met een bepaalde cultuur die doordrongen is van een theoretisch en praktisch, vaag nihilisme.
Referenties naar alinea 1: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
2
Tegenover de grote en verscheiden waaier van menselijke angst, is Gods woord duidelijk: wie God vreest, heeft geen angst. De vreze Gods, die de Schrift “het begin van wijsheid” noemt, valt samen met geloof in Hem, met heilige eerbied voor Zijn gezag over het leven en de wereld. “God niet vrezen” staat gelijk met zich op Zijn plaats stellen, zich meester voelen over goed en kwaad, over leven en dood. Wie God vreest, voelt zich daarentegen veilig als een kind in de armen van zijn moeder : wie God vreest is rustig, zelfs temidden van de storm, want God, zoals Jezus ons heeft geopenbaard, is een Vader vol erbarmen en goedheid. Wie Hem liefheeft, heeft geen angst: “De volmaakte liefde drijft de vrees uit, want vrees duidt op straf en wie vreest is niet volgroeid in de liefde” . De gelovige is nergens bang voor, omdat hij weet dat hij in Gods hand is, hij weet dat niet het kwaad en het onredelijke het laatste woord hebben, doch de ene Heer van de wereld en het leven, Christus namelijk, het mens geworden Woord van God, die ons zozeer heeft liefgehad dat Hij zichzelf voor ons geofferd heeft door voor onze redding te sterven op het kruis.
Referenties naar alinea 2: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
3
Hoe meer wij in die van liefde doordrongen intimiteit met God groeien, des te meer en des te gemakkelijker overwinnen wij iedere vorm van angst. In de passage uit het Evangelie van vandaag, roept Jezus meerdere keren op, geen angst te hebben. Hij stelt ons gerust, zoals Hij het met de apostelen deed, en met de Heilige Paulus aan wie Hij in een nachtelijk visioen verscheen op een uiterst moeilijk moment van zijn prediking: “Wees niet bevreesd, maar spreek, en zwijg niet. Ik ben met u” . Gesterkt door Christus’ aanwezigheid en door Zijn liefde getroost, vreesde de Apostel van de heidenen - van wie wij het tweede millennium van de geboorte gaan vieren met een bijzonder jubileumjaar - zelfs het martelaarschap niet. Moge dit grote spirituele en pastorale gebeuren ook in ons een vernieuwd vertrouwen opwekken in Jezus Christus, die ons oproept om Zijn Evangelie te verkondigen en ervan te getuigen, zonder enige vrees. Ik nodig u, beminde broeders en zusters, dus uit u voor te bereiden op een gelovig vieren van het , dat ik, zo God wil, volgende zaterdag om 18 uur plechtig zal openen in de basiliek Sint-Paulus-buiten-de-Muren, met de vesperliturgie op de vooravond van het hoogfeest van de Heiligen Petrus en Paulus. Vertrouwen wij dit grote kerkelijk initiatief nu reeds toe aan de voorspraak van de heilige Paulus en van de Allerheiligste Maagd Maria, Koningin van de apostelen en Moeder van Christus, bron van onze vreugde en onze vrede.
Referenties naar alinea 3: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
https://rkdocumenten.nl/toondocument/2389-vreze-gods-menselijke-angst-nl