Paterna cum benevolentia
x
Informatie over dit document
Paterna cum benevolentia
Over de verzoening binnen de Kerk
Paus Paulus VI
8 december 1974
Pauselijke geschriften - Apostolische Exhortaties
1975, Collationes, Vlaams Tijdschrift voor Theologie en Pastoraal nr. 1, p. 122-134
Alineaverdeling en -nummering: redactie
Zie de gebruiksvoorwaarden van de documenten
Zie de gebruiksvoorwaarden van de documenten
1975
14 januari 2023
985
nl
Referenties naar dit document: 6
Open uitgebreid overzichtReferenties naar dit document van thema's en berichten
Open uitgebreid overzichtExtra opties voor dit document
Kopieer document-URL naar klembord Reageer op dit document Deel op social mediaInhoudsopgave
Uitklappen
- Inhoud
1
Met liefde, vertrouwen en hoop richten wij ons tot u allen, medebroeders in het bisschopsambt, dierbare priesters en katholieke leken. Wij doen dit bij de aanvang van de viering van het heilig Jaar in de stad Rome, waar de basilieken van de Apostelen staan en nadat u in uw respectieve plaatselijke kerken het jubileum hebt gevierd met toewijding, eensgezind en met een gemeenschappelijke inzet.
Referenties naar alinea 1: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
2
Dit is een ogenblik van grote betekenis voor de hele wereld die het oog thans op de Kerk gevestigd houdt. Maar het is dat vooral voor de zonen en dochters van de Kerk zelf, die er zich bewust van zijn, hoe rijk haar mysterie van heiligheid en genade is, zoals door het laatste concilie in het juiste licht werd gesteld. Daarom richten wij tot u het uitdrukkelijk verzoek mekaar lief te hebben, u onderling goed te verstaan in de geest van verzoening - die het heilig Jaar juist kenmerkt - binnen de band van Christus' éne Liefde.
Referenties naar alinea 2: 1
Donum Veritatis ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
3
Op het ogenblik dat wij op 9 mei 1973 ons besluit [5896] bekend maakten in 1975 een heilig Jaar te vieren, hebben wij daarbij ook gezegd wat de hoofdbedoeling zou zijn van deze geestelijke viering en van haar boetekarakter; we hebben toen de verzoening voorgesteld die gefundeerd is op de verzoening met God en op de innerlijke vernieuwing van de mens, opdat langs deze weg, de verdeeldheid en de verwarring waaronder de mensheid en ook de kerkelijke gemeenschap te lijden hebben, uit de weg worden geruimd.
Referenties naar alinea 3: 1
Donum Veritatis ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
4
Wij besloten toen dat de viering van het Jubeljaar vanaf Pinksteren 1973 in de plaatselijke kerken zou gehouden worden; sindsdien hebben we geen gelegenheid laten voorbijgaan om dit doel steeds weer met nadruk naar voren te brengen; wij waren immers de mening toegedaan, dat dit geheel overeenkomt met de ware geest van het Evangelie en met de richtlijnen tot vernieuwing, zoals ze door het Tweede Vaticaans concilie voor de hele wereld zijn afgekondigd. Christus heeft de Kerk ingesteld als een blijvende getuige van de verzoening, die door Hem is tot stand gebracht volgens de wil van de Vader vgl: Lumen Gentium [[[617|3]]]; zij heeft dan ook de opdracht 'God de Vader en zijn mensgeworden Zoon aanwezig te brengen en als het ware zichtbaar te maken, door onder de leiding van de heilige Geest zichzelf zonder ophouden te vernieuwen en te zuiveren'. Gaudium et Spes [[575|21]]
Referenties naar alinea 4: 1
Donum Veritatis ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
5
Om aan deze opdracht steeds beter te beantwoorden, leek het ons nodig er op te wijzen dat allen in de Kerk 'de eenheid des Geestes door de band van de vrede' (Ef. 4,3) [b:Ef. 4,3] moeten bevorderen.
Referenties naar alinea 5: 1
Donum Veritatis ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
6
Omdat het feest van de Geboorte des Heren op handen is - en die datum hebben we gekozen voor de opening van het algemene Jubileum te Rome vgl: Apostolorum Limina [[[1743]]] - richten we dit schrijven aan alle herders en gelovigen van de Kerk : dat zij de verzoening met God en de medemens in praktijk stellen en bevorderen, opdat het komende kerstfeest voor de wereld werkelijk het feest van de 'Geboorte van de Vrede' zal zijn' 26,5: PL 54, 215 [[913]]; want dit is juist de zin van het kerstfeest.
Referenties naar alinea 6: 1
Donum Veritatis ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- De Kerk, een verzoende en verzoenende wereld
7
Vanaf de eerste tijd is de Kerk zich bewust geweest van de omwenteling die door het Verlossingswerk van Christus tot stand is gekomen; dadelijk heeft zij ook met vreugde verkondigd dat de wereld een fundamenteel nieuwe werkelijkheid is geworden (2 Kor. 5,17) [[b:2 Kor. 5,17]]: de mens heeft God teruggevonden en tegelijk ook weer de hoop (Ef. 2,12) [[b:Ef. 2,12]]; hij deelt voortaan in de Heerlijkheid van God 'door onze Heer Jezus Christus, door Wie wij nu de verzoening hebben ontvangen' (Rom. 5,11) [b:Rom. 5,11].
Referenties naar alinea 7: 1
Donum Veritatis ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
8
Deze vernieuwing is uitsluitend te danken aan de barmhartige beslissing van God (Rom. 6,11; 2 Kor. 5,18-20; Kol. 1,20-22) [[b:Rom. 6,11; 2 Kor. 5,18-20; Kol. 1,20-22]]. Deze vernieuwing kwam de mens te hulp, die zich door eigen schuld van God verwijderd had en de vrede met zijn Schepper niet meer terug kon vinden.
Referenties naar alinea 8: 1
Donum Veritatis ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
9
Die heilswil is door een directe ingreep Gods tot werkelijkheid geworden.
Immers Hij heeft ons niet enkel zonder meer vergeving geschonken, ja zelfs heeft Hij er zich niet toe beperkt een mens te nemen om te bemiddelen tussen ons en Hem; Hij nam zijn 'eniggeboren Zoon als Bemiddelaar van de vrede' PG 82, 411A [[5897]], "Hem die geen zonde heeft gekend, heeft Hij voor ons tot zonde gemaakt, opdat wij door Hem Gods eigen heiligheid zouden worden" (2 Kor. 5,21) [b:2 Kor. 5,21]. Christus heeft inderdaad door zijn sterven om onzentwille "de schuldbrief te onzen laste, die met zijn bepalingen tegen ons getuigde, uitgewist en vernietigd door hem aan het Kruis te nagelen" (Kol. 2,14) [b:Kol. 2,14]; en door het kruis heeft Hij ons met God verzoend, "doordat Hij in zijn Persoon de vijandschap heeft gedood" (Ef. 2,16) [b:Ef. 2,16].
Immers Hij heeft ons niet enkel zonder meer vergeving geschonken, ja zelfs heeft Hij er zich niet toe beperkt een mens te nemen om te bemiddelen tussen ons en Hem; Hij nam zijn 'eniggeboren Zoon als Bemiddelaar van de vrede' PG 82, 411A [[5897]], "Hem die geen zonde heeft gekend, heeft Hij voor ons tot zonde gemaakt, opdat wij door Hem Gods eigen heiligheid zouden worden" (2 Kor. 5,21) [b:2 Kor. 5,21]. Christus heeft inderdaad door zijn sterven om onzentwille "de schuldbrief te onzen laste, die met zijn bepalingen tegen ons getuigde, uitgewist en vernietigd door hem aan het Kruis te nagelen" (Kol. 2,14) [b:Kol. 2,14]; en door het kruis heeft Hij ons met God verzoend, "doordat Hij in zijn Persoon de vijandschap heeft gedood" (Ef. 2,16) [b:Ef. 2,16].
Referenties naar alinea 9: 1
Donum Veritatis ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
10
De verzoening, die van Godswege in de gekruisigde Christus werkelijkheid is geworden, blijft ingeschreven in de geschiedenis van de wereld; zo staat daar tussen andere gebeurtenissen die niet meer ongedaan kunnen worden gemaakt, ook het feit dat God is mens geworden en gestorven om de mens te redden.
Referenties naar alinea 10: 1
Donum Veritatis ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
11
Deze verzoening ligt in de geschiedenis vastgeankerd : ze is aanwezig in het Lichaam van Christus dat de Kerk is. In haar roept de Zoon van God 'zijn broeders uit alle volkeren' Lumen Gentium [[617|7]] tezamen; Hij is haar Hoofd (Kol. 1,18) [[b:Kol. 1,18]] en daarom is Hij in de Kerk ook beginsel van gezag en handelen, waardoor zij op aarde 'een verzoende wereld' wordt. 96, 7.8: PL 38, 588 [[880]]
Referenties naar alinea 11: 1
Donum Veritatis ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
12
Omdat de Kerk het Lichaam is van Christus en Christus op zijn beurt 'de Verlosser van zijn Lichaam' (Ef. 5,23) [b:Ef. 5,23], moeten allen, om waardige ledematen te zijn van dit Lichaam, trouw aan hun verplichtingen als Christenen, elk het hunne bijdragen opdat Christus' Lichaam die oorspronkelijke aard van een gemeenschap van verzoende mensen blijft behouden, wat zij juist meekrijgt van de Christus, onze Vrede (Ef. 2,14) [[b:Ef. 2,14]], 'die bewerkt dat wij verzoend zijn'. 1, 2: PL 26, 504 [[2086]] Want verzoening gelijkt hier op de genade en het leven: eenmaal ontvangen, is zij een kracht die in beweging zet. Wie haar ontvangen maakt ze ook zelf tot vredestichters en bemiddelaars van vrede. Het sprekende bewijs dat een Christen werkelijk midden in de Kerk en in de wereld staat is dit: "Begin met de vrede bij uzelf, opdat gij anderen de vrede brengt, wanneer gij die zelf bezit". 5, 58: PL 15, 1737 [[852]]
Referenties naar alinea 12: 1
Donum Veritatis ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
13
Die plicht tot verzoening gaat alle gelovigen persoonlijk aan; wanneer ze niet gebeurt, zou zelfs het offer dat zij aan God willen brengen, zonder uitwerking blijven. (Mt. 5,23 vv.) [[b:Mt. 5,23 vv.]] Want de verzoening onder elkaar deelt in de innerlijke kracht van het offer zelf en vormt daarmee samen de énige offerande die God welgevallig is. vgl: 16, 9: PG 57, 250 [[[867]]] vgl: 4, 111: PG 78, 1178 [[[5898]]] vgl: 26, 2: Sources Chret., 4bis, blz. 171 [[[5899]]] Opdat aan deze opgave verder zou worden voldaan en omdat verzoening - die alhoewel ze zich in de binnenkamer van het hart voltrekt - ook openbaar karakter bezit, zoals de kruisdood van Christus zelf waaruit ze voortvloeit, daarom heeft de Heer 'het ambt van de verzoening' (2 Kor. 5,18) [b:2 Kor. 5,18] overgedragen aan de Apostelen en aan hun opvolgers, de herders van de Kerk. Daarom zijn deze 'als het ware bekleed met de persoon van Christus' PG 74, 943 D [[5900]] en zijn ze blijvend belast met de opdracht 'hun kudde op te bouwen in waarheid en heiligheid". Lumen Gentium [[617|27]]
Referenties naar alinea 13: 1
Donum Veritatis ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
14
Donum Veritatis ->=geentekst=
Omdat de Kerk 'verzoende wereld' is, is zij van oorsprong uit evenzeer een 'verzoenende wereld'; als zodanig stelt zij het handelen present van God, die in Christus de wereld met zich heeft 'verzoend' (2 Kor. 5,19) [b:2 Kor. 5,19]. Vóór alles komt dit tot uiting bij de doop, bij de vergeving van de zonden en bij de viering van de eucharistie; deze laatste is de tegenwoordigstelling van Christus' offerdood en is het werkdadig teken van de eenheid van het Godsvolk. vgl: Lumen Gentium [[[617|11]]]
Referenties naar alinea 14: 2
Donum Veritatis ->=geentekst=Donum Veritatis ->=geentekst=
Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- De Kerk, sacrament van eenheid
15
Donum Veritatis ->=geentekst=
De verzoening is dubbel: zij herstelt de vrede tussen God en mens en anderzijds verzoent ze de mensen ook met elkaar; verzoening is de eerste vrucht van de verlossing; zij heeft dezelfde wereldomspannende dimensie zowel in breedte als in kracht. Ze omvat de hele schepping 'tot aan de tijd dat alle dingen worden hersteld' (Hand. 3,21) [b:Hand. 3,21], de dag waar alle schepselen mekaar vernieuwd zulJen ontmoeten in Christus, die 'de Eerstgeborene is van hen die uit de dood zijn opgestaan'. (Kol. 1,18) [[b:Kol. 1,18]]
Referenties naar alinea 15: 2
Donum Veritatis ->=geentekst=Donum Veritatis ->=geentekst=
Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
16
Het is precies in de Kerk dat deze verzoening bij voorkeur tot uitdrukking komt en dat zij in volheid aanwezig is; zo is de Kerk 'als het ware het sacrament, het teken en het instrument van de innige vereniging met God én van de eenheid van het hele menselijk geslacht'. Lumen Gentium [[617|1]] Zij is de plaats waaruit de eenheid van de mens met God en de eenwording onder mekaar naar buiten straalt; in de loop van de geschiedenis groeien beide dag na dag, om op het einde van de wereld hun voltooiing te vinden.
Referenties naar alinea 16: 1
Donum Veritatis ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
17
Opdat de Kerk deze sacramentaliteit die haar van nature toekomt, volkomen tot uitdrukking kan brengen, moet zij ook echt een verwijzend teken zijn want dit is waar voor ieder sacrament; in leven, leer en cultus moet de Kerk die eenheid waarmaken, die haar kenmerk was vanaf de eerste dagen (Hand. 2,42) [[b:Hand. 2,42]] en voor altijd haar wezensmerk blijft. (Ef. 4,4-6; 1 Kor. 1,16) [[b:Ef. 4,4-6; 1 Kor. 1,16]] Iedere onenigheid en verdeeldheid zal de stevigheid van haar voegen aantasten; maar als de Kerk één is kan dit de kracht van haar getuigenis slechts versterken, onthult het de zin van haar bestaan en stelt het haar geloofwaardigheid beter in het licht.
Referenties naar alinea 17: 1
Donum Veritatis ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
18
Daarom moeten alle gelovigen volharden in de trouw aan de heilige Geest, om zo aan Gods plan over de wereld mee te werken. De heilige Geest maakt de Kerk één 'in gemeenschap en dienstbetoon' en 'in de kracht van het Evangelie maakt Hij ze jong; ... Hij vernieuwt haar voortdurend en voert haar tot de volle vereniging met haar Bruidegom' Gaudium et Spes [[575|4]] Op oecumenisch gebied zal deze trouw noodzakelijk haar goede invloed hebben bij het zoeken naar de zichtbare eenheid onder alle christenen binnen één en dezelfde Kerk, op de manier die Christus heeft gewild. Zo zal de Kerk nog werkzamer zuurdesem zijn van broederlijk samenleven in de gemeenschap van de volkeren.
Referenties naar alinea 18: 1
Donum Veritatis ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Verduistering van sacramentaliteit van de Kerk
19
'De Kerk is door de kracht van de Heilige Geest steeds de trouwe Bruid des Heren gebleven en ze heeft nooit opgehouden teken van heil te zijn in de wereld; toch weet zij desondanks met zekerheid, dat er onder haar leden, priesters en leken, in de loop van zoveel eeuwen steeds ontrouw aan de Geest van God te vinden was'. Gaudium et Spes [[575|43]]
Referenties naar alinea 19: 1
Donum Veritatis ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
20
Inderdaad 'in deze ene en enige Kerk van God zijn reeds vanaf de eerste tijden bepaalde scheuringen ontstaan, die de Apostel krachtig afkeurt en veroordeelt'. Unitatis Redintegratio [[618|3]] Toen later de bekende scheuringen er kwamen die men niet meer kon genezen, heeft de Kerk deze crasis van innerlijke verdeeldheid overwonnen door als noodzakelijke voorwaarde voor gemeenschap, heldere en duidelijke beginselen te stellen; juist die waren nodig om haar eenheid ongeschonden te vrijwaren en om haar de gelegenheid te geven 'in de belijdenis van het éne geloof, in de gemeenschappelijke viering van de eredienst en in de broederlijke eensgezindheid van de familie Gods' Unitatis Redintegratio [[618|2]] die eenheid tot uitdrukking te brengen.
Referenties naar alinea 20: 1
Donum Veritatis ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
21
Verschijnselen van ontrouw aan de heilige Geest, die hier en daar opkomen in de Kerk en haar helaas van binnenuit bedreigen, lijken heden al even gevaarlijk. Het is wel zo dat zij die in dit proces de hand hebben en zij die er het slachtoffer van zijn, in werkelijkheid niet zo talrijk zijn, als men gaat vergelijken met de overgrote meerderheid van de gelovigen; ze maken er nochtans wel aanspraak op binnen de Kerk te blijven met hetzelfde recht en mogelijkheid van spreken en doen zoals de anderen; met het gevolg dat hier tegen de eenheid van de Kerk wordt ingegaan. Zij willen niet erkennen dat de Kerk uit twee elementen bestaat - een menselijk en een goddelijk - en dat zij hierin gelijkt op het mysterie van het mensgeworden Woord, dat haar voortbrengt 'als gemeenschap van geloof, van hoop en liefde hier op aarde belichaamd in een zichtbaar bouwwerk' door wiens bemiddeling Christus 'waarheid en genade over allen uitgiet' Lumen Gentium [[617|8]]; zij komen in verweer tegen de hiërarchie, alsof elke daad van dergelijk verzet zou bijdragen tot de ontdekking van de waarheid over de Kerk en alsof men zo eerst zou kunnen te weten komen, hoe Christus haar bedoeld heeft. Zij trekken de plicht tot gehoorzaamheid aan het Gezag dat door de Verlosser is gewild, in twijfel. Zij klagen de herders van de Kerk aan, niet zozeer vanwege datgene wat zij doen of de wijze waarop, maar eenvoudigweg, omdat zij - naar hun zeggen - de beschermers zouden zijn van een systeem - het kerkelijk apparaat - dat in tegenspraak zou zijn met wat Christus heeft gewild. Zo stichten zij verwarring in de hele gemeenschap; de resultaten daarvan brengen ze dan onder in dialectische theorieën, die met de Geest van Christus niets van doen hebben. Zij gebruiken wel woorden van het Evangelie, maar zij verdraaien hun betekenis. Het is met grote droefheid dat wij deze stand van zaken constateren, ook al gaat het - zoals we reeds gezegd hebben - slechts om een zeer kleine kring, als men vergelijkt met het grote aantal trouwe christenen. Maar wij ontkomen niet aan de noodzaak om met dezelfde beslistheid als de H. Paulus op te treden tegen een dergelijke manier van doen, die trouweloos is en niet rechtvaardig. We doen beroep op alle christenen van goede wil, dat ze zich niet laten beïnvloeden of op een dwaalspoor laten brengen door de aanhoudende druk van deze medebroeders die helaas het spoor bijster zijn, maar die wij niettemin steeds in gebed gedenken en die ons nauw aan het hart liggen.
Referenties naar alinea 21: 1
Donum Veritatis ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
22
Wat ons betreft, stellen wij nog eens opnieuw, dat de éne Kerk van Christus 'in deze wereld als een gemeenschap ingesteld en geordend, haar verwerkelijking vindt in de katholieke Kerk, die door de opvolger van Petrus en door de bisschoppen die in gemeenschap zijn met hem, geleid wordt. Dit sluit niet uit dat buiten haar bouwwerk, veelvuldige elementen van heiligheid en waarheid te vinden zijn'. Lumen Gentium [[617|8]] Wij stellen ook dat de herders van de Kerk het recht hebben en de plicht - met de bescheidenheid van dienende mensen, maar ook met de vrijmoedigheid van de Apostelen, wiens opvolgers zij zijn (Hand. 4,31) [[b:Hand. 4,31]] - te verkondigen : 'zolang wij . . . op deze bisschopsstoel gezeten zijn, zolang wij het presidium bekleden, zijn wij zowel in het bezit van het gezag als van de macht dit uit te oefenen, ook al zouden wij dat niet waardig zijn'. Hom. 3, 5: PG 62, 324 [[2043]]
Referenties naar alinea 22: 1
Donum Veritatis ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Gebieden waarop het sacramentele wezen van de Kerk verduisterd wordt
23
Het proces dat we zoëven hebben beschreven groeit uit tot een afwijking in de leer; het wordt ondersteund door een zogenoemd theologisch pluralisme en vaak ook doorgedreven tot dogmatisch relativisme, dat de zuiverheid van het geloof op diverse manieren aantast. En zelfs al drijft men dit pluralisme niet door tot een relativering van het dogma, dan nog gebeurt het dat men het beschouwt als rechtmatige 'locus theologicus' die toelaat stellingen bij te treden die ingaan tegen het authentisch leergezag van de paus en de bisschoppelijke hiërarchie, die toch de enige maatgevende leraren zijn van de goddelijke openbaring zoals ze bevat is in de mondelinge overlevering en in de H. Schrift. Dei Verbum [[576|10]]
Referenties naar alinea 23: 1
Donum Veritatis ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
24
Als het gaat om een pluralisme dat erin bestaat door hernieuwd onderzoek het dogma duidelijker uiteen te zetten, zonder dat zijn objectieve inhoud wordt aangetast, dan erkennen wij dat zoiets in de Kerk een rechtmatige plaats heeft. Dit pluralisme is een natuurlijk Ingrediënt van haar katholiciteit en is tevens teken van de grote kennis en persoonlijke inzet van allen, die tot haar behoren. Wij erkennen ook de onschatbare waarden die dit pluralisme meebrengt op het gebied van de christelijke spiritualiteit, van de kerkelijk en religieuze instellingen, van de liturgische expressievormen en van de disciplinaire voorschriften; al deze waarden dragen bij tot 'de naar eenheid strevende veelvormigheid', die 'de katholiciteit van de ongedeelde Kerk bijzonder goed illustreert'. Lumen Gentium [[617|23]]
Referenties naar alinea 24: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
25
Wij geven zelfs toe dat een afgewogen pluralisme op theologisch terrein wortelt in het Christusmysterie zelf; zijn ondoorgrondelijke rijkdommen (Ef. 3,8) [[b:Ef. 3,8]] gaan de uitdrukkingsmogelijkheden van alle tijdperken en culturen te boven. De leer van het geloof, die noodzakelijkerwijze teruggaat op dit mysterie - in de heilsorde 'bestaat er immers geen ander goddelijke mysterie dan Christus alleen' 187,11,4: PL 33, 845 [[858]] - heeft als noodzakelijk gevolg dat er steeds nieuwe onderzoekingen gedaan worden. De aspecten van Gods Woord zijn inderdaad zo talrijk en zo talrijk zijn ook de verwachtingen van de gelovigen, die het bestuderen 1, 18: Sources Chrét. 121, blz. 52 [[5901]], dat de overeenstemming in het geloof altijd gepaard gaat met persoonlijke accenten. Maar de verschillende opvattingen in het verstaan van hetzelfde geloof, doen daarom geen afbreuk aan zijn wezenlijke inhoud, want ze komen samen in de bevestiging door het leergezag van de Kerk. Als naaste norm is dit bindend voor het geloof van allen, en het is ook voor allen een bescherming tegen de subjectieve willekeur van iedere andersluidende geloofsinterpretatie.
Referenties naar alinea 25: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
26
Wat zal men echter zeggen van een pluralisme dat het geloof en zijn manier van verwoording niet beschouwt als een gemeenschappelijk en daarmee ook kerkelijk erfgoed, maar als een individueel terugvallen in de vrije kritiek en het vrij onderzoek van het Woord Gods? Zonder de bemiddeling van het leerambt van de Kerk, waaraan de Apostelen hun eigen leergezag hebben toevertrouwd Dei Verbum [[576|7]] en dat daarom 'ook niets anders leert dan wat overgeleverd is' Dei Verbum [[576|10]], wordt meteen de veilige band met Christus gecompromitteerd langs de Apostelen om, die datgene doorgeven wat zij zelf ontvangen hebben'. Dei Verbum [[576|8]] Als men er eenmaal aan gaat twijfelen dat men moet volharden in de leer die de Apostelen hebben doorgegeven, zal men formules zoeken van een bedrieglijk intellectualisme die de werkelijke inhoud doen vervluchtigen; want men wil aan de moeilijkheid van het mysterie ontsnappen; zo belandt men bij leerstellingen die niet harmoniëren met het objectieve geloofsbezit of die er zelfs mee strijdig zijn, en die bovendien samenhangen met opvattingen die zelf ook onderlinge coherentie missen.
Referenties naar alinea 26: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
27
Men mag ook niet blind zijn voor het feit, dat iedere toegeving met betrekking tot de identiteit van het geloof, ook afkoeling meebrengt van de onderlinge liefde.
Referenties naar alinea 27: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
28
Diegene namelijk die de vreugde die voortspruit uit het geloof kwijt zijn (Fil. 1,25) [[b:Fil. 1,25]], komen in de verleiding om bij elkaar eer te bédelen en niet die eer te zoeken die alleen van God komt (Joh. 5,44) [[b:Joh. 5,44]]; dit heeft nadelige invloed op de broederlijke gemeenschap. De gezindheid van de Kerk, die aan allen een gelijke waardigheid en de vrijheid van de kinderen Gods toekent Lumen Gentium [[617|9]], is niet te vervangen door een groepsgeest die leidt tot discriminerende voorkeur, waarbij de liefde dan van haar natuurlijke grond - de rechtvaardigheid - beroofd wordt. Het zou een onvruchtbare poging zijn, als men de kerkgemeenschap zou willen beter maken en daarbij dergelijke groepen tot model zou nemen.
Referenties naar alinea 28: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
29
Is het niet veeleer zo dat wij ons allen moeten vervolmaken door het Evangelie? En hoe kan dit Evangelie de goddelijke kracht die het in zich draagt naar zijn volle werkdadigheid manifesteren, anders dan in de schoot van de volle Kerk waar alle gelovigen zonder onderscheid hun bijdrage leveren?
Referenties naar alinea 29: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
30
Tenslotte heeft deze groepsgeest ook negatieve gevolgen voor de nodige overeenstemming in eredienst en gebed; hij leidt tot een isolement, geïnspireerd door een aanmatigende houding, die zeker niet bijbels is en die de rechtvaardiging in Gods ogen in de weg staat. (Lc. 18,10-14) [[b:Lc. 18,10-14]]
Referenties naar alinea 30: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
31
Wij proberen om de wortels van deze situatie op het spoor te komen en vergelijken ze met de analoge situatie waarin de huidige burgermaatschappij verkeert: ook zij is versplinterd in aan elkaar tegengestelde groepen. Het is jammer dat de Kerk ook enigszins sporen lijkt te vertonen van een dergelijke situatie. Zij moet zich dan ook precies dat niet eigen maken wat de kwaal verergert. De Kerk moet haar oorspronkelijk karakter van familie, die bij alle verscheidenheid van haar leden één blijft, bewaren. Zij moet juist het zuurdeeg zijn dat de maatschappij doet zeggen wat ooit van de eerste christenen is gezegd: 'Ziet, hoe zij elkander liefhebben'. Met dit beeld van de eerste gemeente voor ogen - bepaald geen idyllisch beeld, maar een dat door loutering en lijden was gerijpt! - roepen wij allen dringend op, de onrechtmatige en gevaarlijke verschillen te overwinnen, om elkaar weer te erkennen als broeders, die bijeengebracht zijn door Christus' liefde.
Referenties naar alinea 31: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Polarisering van de meningsverschillen
32
Als de innerlijke tegenstellingen, op de verschillende terreinen van het kerkelijk leven, stollen tot een toestand van gescheidenheid, dan is het resultaat dat tegenover de éne heilsgemeente en het éne heilsinstituut, een veelheid van 'instellingen en gemeenschappen van verscheiden meningen' gesteld wordt; deze laatste beantwoorden helemaal niet aan het wezen van de Kerk. Als in de Kerk sekten en partijen zouden groeien, die aan elkaar tegengesteld zijn en wier oppositie onoverkomelijk is, zou ze haar bouw en haar structuur verliezen. Zo komt men tot een 'polarisering van de meningsverschillen': de hele belangstelling gaat zich dan concentreren op de verschillende groepen, die in de praktijk autonoom zijn en die elk van hun kant geloven dat zij eer aan God brengen. Zo'n situatie draagt de kiemen van ontbinding in zich en brengt die - voor zover ze dit vermag - ook binnen in de kerkgemeenschap.
Referenties naar alinea 32: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
33
Wij wensen daarom van harte dat de stem van het geweten de mensen zou tot bezinning brengen, zodat ze verstandig zouden weten te kiezen. Wij vermanen alle gelovigen : 'Onderzoekt het diepste geheim van uw hart en keer steeds in zorgvuldige doorgronding tot uw ziel terug'. Graag zouden we bij elkeen heimwee wekken naar wat hij verloren heeft : 'Bedenk dan van hoe hoog gij gevallen zijt; bekeer u en doe de werken van weleer' (Openb. 2,5) [b:Openb. 2,5]. Aan ieder zouden we gaarne de concrete wenk willen geven de goddelijke wonderdaden te gedenken die zich in hem voltrokken hebben en voor Hem te erkennen wat de voorwaarden daartoe zijn geweest: 'Er is niets waarvoor de christen zo bezorgd moet zijn als dat hij gescheiden wordt van Christus' Lichaam. Als hij namelijk van het Lichaam van Christus afgescheiden wordt, dan is hij geen lidmaat meer; als hij geen lidmaat meer is, wordt hij niet meer in leven gehouden door de Geest van dit Lichaam. Wie echter de Geest van Christus niet meer heeft, zo zegt de Apostel, die behoort niet meer bij Hem'.
Referenties naar alinea 33: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Ethiek en dynamiek van de verzoening
34
Daarom is het een levenszaak, dat iedereen in de Kerk - bisschoppen, priesters, religieuzen en leken - bedacht is op verzoening, opdat in allen en onder allen de vrede hersteld wordt, die de 'moeder van de liefde en de vader van de eenheid' is. Daarom zou ieder zich steeds meer een ijverige leerling moeten tonen van de Heer, die onze verzoening met elkaar tot voorwaarde stelt opdat de Vader ons vergeeft (Mc. 11,26) [[b:Mc. 11,26]] en die de onderlinge liefde als enig kenteken aanwijst, waardoor wij als zijn leerlingen her¬kend worden. (Joh. 13,35) [[b:Joh. 13,35]] Wie dus weet dat hij op een of andere wijze betrokken is bij de verdeeldheid, luistere weer naar de stem van de Heer, die ook bij het bidden, zich onweerstaanbaar laat horen : 'Ga heen, en verzoen u eerst met uw broeder' (Mt. 5,24) [b:Mt. 5,24].
Referenties naar alinea 34: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
35
Laten allen terzelvertijd - in diverse maat en op diverse wijze naar mogelijkheid en staat van elk - Gods heilswerk voor ons weer hernieuwd overwegen en zich inspannen om een klimaat te scheppen dat gunstig ligt om de verzoening waar te maken. Wij zijn met God verzoend, enkel en alleen door het initiatief van zijn Liefde; laat ons daarom ook ons gedrag afstemmen op zijn welwillendheid en zijn barmhartigheid en elkaar wederzijds vergeven, zoals God in Christus ons vergeving heeft geschonken. (Ef. 4,31-32) [[b:Ef. 4,31-32]] En daar onze verzoening voortkomt uit het offer van Jezus Christus, die vrijwillig voor ons gestorven is, laat dan het kruis dat als een grote scheepsmast in de Kerk staat opgericht om haar op haar vaart door de wereld heen vgl: 37,2: CCL 23, blz. 145 [[[2096]]] te leiden, de kracht zijn die onze relaties met mekaar bezielt, zodat ze waarachtig christelijk zijn. Met alle betrekkingen die wij met anderen onderhouden, gaat steeds een dosis zelfverloochening gepaard. Zo zal er een broederlijke openheid voor de ander groeien die van die aard is, dat men de talenten van eenieder graag erkent en allen dus in staat zijn bij te dragen tot de verrijking van de Kerkgemeenschap; 'zo zal het geheel én de afzonderlijke delen groeien, vanuit allen die met elkaar in gemeenschap staan en samen werken aan de volkomen eenheid'. Divino afflante Spiritu [[614|13]] In deze zin kan men het eens zijn met de opvatting, dat eenheid - als ze juist begrepen wordt - aan iedereen de kans biedt zijn eigen persoonlijkheid te ontplooien.
Referenties naar alinea 35: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
36
Deze openheid voor anderen, gedragen door de wil om de ander te begrijpen en door beoefening van de zelfverloochening, zal maken dat de broederlijke terechtwijzing, die de Heer ons opgedragen heeft (Mt. 18, 15) [[b:Mt. 18, 15]] en die een daad van liefde is, duurzaam en geordend aan bod kan komen. Omdat elke gelovige tegenover zijn broeder in het geloof dit kan doen, kan zij het gewone middel zijn om heel wat meningsverschillen op te ruimen of ze in het vervolg te voorkomen. vgl: IIa-IIae, q. 33 a. 4 [[[t:IIa-IIae, q. 33 a. 4]]] De broederlijke berisping brengt van haar kant ook mee, dat wie ze doet, eerst de balk uit eigen oog zal moeten verwijderen (Mt. 7, 5) [[b:Mt. 7, 5]], opdat de volgorde van de terechtwijzing niet wordt omgegooid. Bijgevolg is haar beoefening uiteraard gericht op heiliging, die alleen aan de verzoening haar volle ontplooiing kan geven. Verzoening is geen opportunistische wederzijdse overeenstemming, die alleen op nut is ingesteld en waarin precies de ergste vorm van vijandschap schuilgaat 2, 11: PL 23, 546 [[5944]]; zij is een innerlijke omkeer en de liefde die er aan ontspringt brengt allen in Christus tot eenheid. Verzoening realiseert zich boven al in het sacrament van de verzoening, nl. de Boete, 'waar de gelovigen door Gods barmhartigheid vergiffenis verkrijgen van de beledigingen die ze Hem hebben aangedaan, maar tegelijk ook verzoend worden met de Kerk, die zij door hun zonde hebben verwond' Lumen Gentium [[617|11]]; voorwaarde is dat 'dit heilssacrament ... in hun hele leven als het ware wortel schiet en ertoe aanzet God en de medebroeders vuriger te dienen'. Praenotanda n. 7 [[3173]]
Referenties naar alinea 36: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
37
Maar het blijft een feit, dat 'bij de opbouw van Christus' Lichaam de verscheidenheid van ledematen en van functies onmisbaar is' Lumen Gentium [[617|7]] en dat die verscheidenheid onvermijdelijk tot spanningen moet leiden. Men vindt ze ook bij heiligen, zij het dan 'niet van die aard dat zij de eendracht verstoren of de liefde te niet doen'. 33, 19: PL 36, 318 [[838]] Hoe kan men voorkomen dat daaruit scheuringen ontstaan? Die verscheidenheid van personen en functies is het nu precies, waaruit het vaste en veilige beginsel van de binnenkerkelijke samenhang voortvloeit. Immers, eerste en onvervangbaar element van diversiteit zijn juist de herders van de Kerk, die door Christus als zijn gezondenen bij de andere gelovigen zijn aangesteld; daarom zijn ze ook met een gezag bekleed dat boven alle functies en meningen van individuen uitgaat en allen tot eenheid brengt in de ongereptheid van het Evangelie, dat juist het 'Woord van Verzoening' (2 Kor. 5,18-20) [[b:2 Kor. 5,18-20]] is. Het gezag waarmee zij dit Woord verkondigen ontleent zijn bindende kracht niet aan het feit dat de mensen het accepteren, maar aan een opdracht van de kant van Christus. (Mt. 28,18; Mc. 16,15-16; Hand. 27,17) [[b:Mt. 28,18; Mc. 16,15-16; Hand. 27,17]] Wie naar hen luistert of hen veronachtzaamt, luistert of veronachtzaamt Christus en Hem die Hem gezonden heeft (Lc. 10,16) [b:Lc. 10,16]; daarom behoort de gehoorzaamheid die de gelovigen verschuldigd zijn aan het gezag van de herders, tot het wezen van hun Christen-zijn.
Referenties naar alinea 37: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
38
Anderzijds vormen de herders van de Kerk één, ongedeeld lichaam met de opvolger van Petrus en onder zijn leiding, Van de eensgezinde vervulling van hun ambt en van de gehoorzame aanvaarding ervan door de gelovigen, hangt dus de eenheid van het geloof en van alle gelovigen af vgl: Pastor Aeternus [[[116|1]]] vgl: Lumen Gentium [[[617|18]]], die voor de wereld getuigenis aflegt van de verzoening die God in zijn Kerk tot stand heeft gebracht. Dat de gemeenschappelijke bede tot de Verlosser verhoring vindt : 'Sta het college van de bisschoppen met onze paus altijd bij; schenk hun de gave van liefde, eenheid en vrede." IV [[3720]] Mogen de herders van de Kerk, die bij uitstek en op zichtbare wijze Christus zelf vertegenwoordigen en in zijn plaats handelen vgl: Lumen Gentium [[[617|21]]] in dezelfde mate Hem ook navolgen en onder het volk van God de liefde verbreiden, waarmee Christus zich heeft geofferd, die 'de Kerk heeft liefgehad en zich voor haar heeft overgeleverd' (Ef. 5,25) [b:Ef. 5,25]. En dat hun vernieuwde liefde een werkdadig voorbeeld zij voor de gelovigen - in de eerste plaats voor priesters en religieuzen - die aan de eisen van hun roeping en hun ambt niet meer tenvolle zouden beantwoorden; opdat allen in de Kerk, zich 'één van hart en één van zin' (Hand. 4,32) [b:Hand. 4,32] weer inzetten 'met ijver voor het Evangelie van de vrede' (Ef. 6,15) [b:Ef. 6,15].
Referenties naar alinea 38: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
39
Het is met droefheid dat de Kerk als moeder toeziet, dat sommige van haar zonen aan wie het priesterambt is toevertrouwd of die door een andere bijzondere roeping aan de dienst van God en van de medebroeders zijn gewijd, deze dienst verlaten. Maar zij beleeft ook troost en vreugde aan de grootmoedige standvastigheid van hen die trouw gebleven zijn aan hun engagement tegenover Christus en de Kerk. Gedragen en gesterkt door de verdiensten van dit grote aantal, wil de Kerk de droefheid die haar is aangedaan omzetten in liefde, een liefde die alles begrijpen kan en alles in Christus kan vergeven.
Referenties naar alinea 39: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Besluit
40
Wij, die als opvolger van Petrus - niet op grond van onze persoonlijke verdienste, maar uit kracht van het apostolisch ambt dat ons is gegeven - het zichtbaar beginsel zijn en fundament van eenheid van haar herders en van de schare der gelovigen vgl: Lumen Gentium [[[617|23]]], wij richten ons tot u met de oproep om dat hoogste goed tot stand te brengen : de verzoening met God, in onszelf en onder mekaar; alleen zo kan de Kerk in de wereld een werkdadig teken zijn van gemeenschap met God en van eenheid onder al zijn schepselen. Dit wordt vereist door ons geloof in de Kerk zelf, die wij in het credo als de éne, heilige, katholieke en apostolische Kerk belijden'. Lumen Gentium [[617|8]] Wij sporen u aan haar lief te hebben, haar te volgen en haar op te bouwen; intussen maken wij Augustinus' woorden tot de onze : 'Heb de Kerk lief, wees in de Kerk, wees deze Kerk'. 138, 10: PL 38, 769 [[880]]
Referenties naar alinea 40: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
41
Dit is de uitnodiging die wij langs dit schrijven tot al onze zonen richten, in het bijzonder tot diegene, die tot taak hebben hun medebroeders te leiden. Het lag in onze bedoeling dat deze brief pastoraal en vol hoop zou zijn en de stempel zou dragen van de geest van vrede. Sommigen vinden hem misschien streng. Toch is hij ontstaan uit een grondige observatie van de kerkelijke situatie enerzijds en anderzijds vanuit de evangelische eisen waar niemand zich kan van distanciëren. Maar bovenal hebben wij geschreven vanuit ons hart : we moeten immers de Kerk liefhebben in dezelfde geest als die welke blijkt uit de gelijkenis van de wingerdrank die gezuiverd en gesnoeid moet worden om meer vrucht te dragen. (Joh. 15,2) [[b:Joh. 15,2]] Tenslotte wordt deze aansporing ook gedragen door een hoop die niet vermindert, ook al is de last van ons apostolisch ambt zwaar. Wij zijn God dankbaar om zijn trouw. We hopen dat de heilige Geest een onstuitbare echo op onze woorden doet opklinken. Hij is al aanwezig en werkt in de geheime diepte van het hart van elke gelovige en Hij zal allen leiden op de weg van waarheid en liefde, in deemoed en vrede. Hij is onze kracht en onze sterkte. Wij weten dat de overgrote meerderheid van de zonen van de Kerk een oproep als deze heeft verwacht en dat zij bereid zijn om er met vrucht gehoor aan te geven. Wij hopen dat het gehele Godsvolk met ons mee op weg gaat - dat is onze vurige wens - als op de Bijbelse tocht, en met ons de stappen van de heiliging van het Jubeljaar meedoet, dat allen met ons één van hart zijn, opdat de wereld gelooft en dat zij zich laat leiden door de genade van onze Heer Jezus Christus, door de liefde van de Vader en door de gemeenschap van de Heilige Geest.
Referenties naar alinea 41: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
42
Wij vertrouwen deze wens toe aan de voorspraak van de Onbevlekte Maagd, 'die de hele gemeenschap der uitverkorenen vóórgaat als een lichtend voorbeeld van deugd ... en die, omdat zij in het intiemste hart van de heilsgeschiedenis is binnengetreden, om zo te zeggen de hoogste geloofsgeheimen in zich verenigt en weerspiegelt'. Lumen Gentium [[617|65]] Om deze gemeenschappelijke wil tot heiliging en verzoening te bezegelen, verlenen wij van harte aan u allen onze apostolische zegen.
Referenties naar alinea 42: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
43
Te Rome op het feest van de Onbevlekte Ontvangenis van de heilige maagd Maria, 8 december, 1974, in het twaalfde jaar van ons pontificaat.
Paus Paulus VI
Referenties naar alinea 43: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediaReferenties naar dit document: 6
Open uitgebreid overzichthttps://rkdocumenten.nl/toondocument/985-paterna-cum-benevolentia-nl