
26 oktober 2004
In het tijdperk van de globalisatie moet de solidariteit tussen generaties met klem worden benadrukt: "Vroeger was de solidariteit tussen de generaties in vele landen een natuurlijke houding van de familie; zij werd eveneens een plicht van de gemeenschap" H. Paus Johannes Paulus II, Toespraak, Tot de Pauselijke Academie voor Sociale Wetenschappen (2002) (11 apr 2002), 3. Het is goed dat dergelijke solidariteit verder wordt nagestreefd in de nationale politieke gemeenschappen, maar vandaag stelt het probleem zich ook binnen de globale politieke gemeenschap, opdat de globalisatie niet ten nadele van de meest hulpbehoevende en de zwaksten zou worden gerealiseerd. Solidariteit tussen generaties vereist dat men in de globale planning handelt in overeenstemming met het principe van de universele bestemming van de goederen, dat het moreel illegitiem en economisch contraproductief maakt om de volgende generaties te belasten met de huidige kosten: moreel illegitiem omdat dit zou neerkomen op het ontwijken van de eigen verantwoordelijkheden; economisch contraproductief omdat het corrigeren van fouten altijd duurder is dan het voorkomen ervan. Dit principe moet bovenal - hoewel niet alleen - worden toegepast op de hulpbronnen van de aarde en op de bescherming van de schepping, iets wat bijzonder delicaat is geworden door de globalisatie die de ganse planeet - begrepen als een uniek ecosysteem - omsluit. Vgl. H. Paus Johannes Paulus II, Toespraak, Tot de leden van de Italiaanse Christelijke Arbeiders-verenigingen (27 apr 2002), 4