Met het woord “incarnatie” benoemt de Kerk het mysterie van de wonderbare eenwording van de goddelijke en de menselijke natuur in de ene goddelijke Persoon van het Woord. Om ons heil te tot stand te brengen, is de Zoon van God “vlees geworden” (Joh. 1, 14), en is zo waarlijk mens geworden. Het geloof in de incarnatie is het kenmerkend voor het christelijk geloof.