Inhoudsopgave
- Inhoud
1
Dierbare broeders en zusters, goedendag!
Vandaag begint in de Kerk een nieuw liturgisch jaar, een nieuwe geloofsweg van het volk van God. Zoals steeds beginnen we met de Advent. De lezing uit het Evangelie voert ons binnen in een van de meest suggestieve thema’s van de Adventstijd:
het bezoek van de Heer aan de mensheid. We weten allen dat het eerste bezoek plaats vond bij de menswording, de geboorte van Jezus in de stal van Bethlehem; het tweede gebeurt vandaag: de Heer komt voortdurend ons bezoeken, elke dag, Hij staat aan onze zijde en is een troostende aanwezigheid. Uiteindelijk zal er een derde, laatste, bezoek zijn dat we telkens opnieuw belijden bij het uitspreken van het Credo: “Hij zal wederkomen in heerlijkheid om te oordelen levenden en doden”. Vandaag spreekt de Heer over zijn laatste bezoek, dat zal gebeuren aan het einde van de tijden, en Hij leert ons waarheen onze weg zal leiden.
Referenties naar alinea 1: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
2
Het Woord van God legt de nadruk op het contrast tussen de gewone loop der dingen, de dagelijkse routine en de onverwachte komst van de Heer. Jezus zegt: “Want zoals in de dagen van de zondvloed de mensen aten en dronken, huwden en uithuwelijkten, tot de dag waarop Noach de ark binnenging, en ze van niets wisten totdat de zondvloed kwam en hen allemaal wegrukte” : dat zegt Jezus. Het raakt ons telkens opnieuw wanneer we terugdenken aan de uren die voorafgingen aan een grote ramp: allen zijn rustig, leven zonder zich ervan bewust te zijn dat hun leven op het punt staat dooreengeschud te worden. Het Evangelie wil ons geen angst aanjagen. Het wil onze horizon verruimen tot het einde, de grotere dimensie, die enerzijds de dingen van alledag relativeert en ze tegelijk ook kostbaar, beslissend maakt. De relatie tot de God-die-ons-komt-bezoeken, geeft aan elk gebaar, aan elk ding een verschillend licht, een dichtheid, een symbolische waarde.
Referenties naar alinea 2: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
3
Vanuit dit perspectief komt ook een uitnodiging tot soberheid, door niet beheerst te worden door de zaken van deze wereld, door de materiële goederen maar ze veeleer te beheren. Als we ons daarentegen door hen laten bepalen en overmeesteren, zijn we niet in staat iets heel belangrijks waar te nemen: onze uiteindelijke ontmoeting met de Heer. En dat is belangrijk. Die ontmoeting. Het dagelijks leven moet deze horizon hebben. De ontmoeting met de Heer die naar ons toekomt. Op dat ogenblik, zo zegt het Evangelie, “zullen er twee op het land zijn: de een wordt meegenomen en de ander wordt achtergelaten” . Dat is een uitnodiging tot waakzaamheid. Als we niet weten wanneer Hij komt, moeten we altijd klaar zijn om te gaan.
In deze Adventstijd worden we uitgenodigd de horizon van ons hart te verruimen, ons te laten verrassen door het leven dat zich elke dag met zijn nieuwheid aandient. Om dat te kunnen doen, moeten we leren niet afhankelijk te zijn van onze zekerheden, van onze vertrouwde schema’s, want de Heer komt op een ogenblik dat we ons niet kunnen voorstellen. Hij komt om ons op te nemen in een mooiere en grootsere werkelijkheid.
Referenties naar alinea 3: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
4
Onze-Lieve-Vrouw, Maagd van de Advent, helpt ons niet als eigenaren van ons leven op te treden, geen weerstand te bieden wanneer de Heer het komt veranderen, maar klaar te zijn om ons door Hem, de verwachte en welkome gast, te laten bezoeken ook als Hij onze plannen dooreengooit.
Referenties naar alinea 4: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
https://rkdocumenten.nl/toondocument/6542-gereed-zijn-voor-de-komst-van-de-heer-nl