Inhoudsopgave
- Inhoud
1
Dierbare broeders en zusters, goedendag!
Ik zie dat jullie moedig zijn bij zo’n hitte op het plein, proficiat!
Het evangelie van deze dag zegt ons dat de apostelen, na de ervaring van de zending, vermoeid maar tevreden teruggekeerd zijn. En Jezus, vol begrip, wil hen wat rust gunnen; Hij brengt hen naar een eenzame plaats, een afgelegen plaats waar ze wat kunnen bekomen. “Maar velen zagen hen gaan en begrepen … en ze waren er nog eerder dan zij” . Op dit punt geeft de evangelist ons een bijzonder scherp beeld van Jezus, door om zo te zeggen een ‘foto te maken’ van zijn ogen en de gevoelens van zijn hart vast te leggen, de evangelist zegt: “Toen Jezus aan land ging zag Hij dan ook een grote menigte. Hij voelde medelijden met hen, want zij waren als schapen zonder herder; en Hij begon hen uitvoerig te onderrichten” .
Referenties naar alinea 1: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
2
We hernemen drie werkwoorden uit deze foto: zien, medelijden hebben, onderrichten. We kunnen ze de drie werkwoorden van de herder noemen. Zien, medelijden hebben, onderrichten. Het eerste en het tweede, zien en medelijden hebben gaan in het gedrag van Jezus altijd samen: zijn blik is inderdaad niet de blik van een socioloog of van een fotoreporter, want Hij kijkt altijd met “de ogen van het hart”. Die twee werkwoorden, zien en medelijden hebben, verbeelden Jezus als Goede Herder. Ook zijn medelijden is niet slechts een menselijk gevoel, maar de bewogenheid van de Messias waarin de tederheid van God mens geworden is. Aan dit medelijden ontspringt het verlangen van Jezus om de menigte te voeden met het brood van zijn Woord, dat wil zeggen het Woord van God voor de mensen. Jezus ziet, Jezus heeft medelijden, Jezus onderricht ons? Dat is mooi!
Referenties naar alinea 2: 1
Inleidende Relatio op het Instrumentum Laboris voor de 14 Algemene Gewone Bisschoppensynode ->=geentekst=
Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
3
En ik heb de Heer gevraagd dat de Geest van Jezus, de Goede Herder, dat die Geest mij zou gidsen in de loop van de heb gemaakt en die het mij mogelijk gemaakt heeft Ecuador, Bolivia en Paraguay te bezoeken. Van ganser harte dank ik God voor dit geschenk. Ik dank de volkeren van de drie landen voor hun aanhankelijk en warm onthaal en enthousiasme. Ik hernieuw mijn erkentelijkheid voor de gezagdragers van die landen, voor hun onthaal en samenwerking. Met grote genegenheid dank ik mijn broeders bisschoppen, de priesters, de godgewijde personen en heel de bevolking voor de warmte waarmee ze betrokken waren. Met deze broers en zussen heb ik de Heer geprezen om de wonderen die Hij bewerkt heeft in het volk van God op weg in die streken, voor het geloof dat hun leven en hun cultuur bewogen heeft en nog beweegt. En we hebben Hem geloofd ook om de natuurlijke schoonheid waarmee Hij deze landen heeft verrijkt. Het Latijns-Amerikaanse continent heeft grote menselijke en geestelijke mogelijkheden, het bewaart diep gewortelde christelijke waarden, maar het doorleeft ook grote sociale en economische problemen. Om bij te dragen tot hun oplossing zet de Kerk zich in om de spirituele en morele krachten van haar gemeenschappen aan te wenden in samenwerking met alle geledingen van de maatschappij. Ten aanzien van de grote uitdagingen die de verkondiging van het Evangelie ontmoet, heb ik uitgenodigd om bij Christus de genade te putten die redt en kracht geeft bij de inzet voor het christelijk getuigenis, om de verspreiding van het Woord van God te bevorderen zodat de uitgesproken godsvrucht van die volkeren steeds trouw mag getuigen van het Evangelie.
Referenties naar alinea 3: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
https://rkdocumenten.nl/toondocument/5993-het-medelijden-van-christus-de-goede-herder-nl