Inhoudsopgave
- Inhoud
1
Wij zijn als pelgrims gekomen naar deze basiliek van de Heilige Bartholomeüs op Isola Tiburtina, waar de oude geschiedenis van de martelaren zich verenigt met de gedachtenis aan de nieuwe martelaren, zo veel christenen die gedood werden door dwaze ideologieën van de voorbije eeuw en die ook vandaag gedood worden alleen omdat zij leerlingen zijn van Christus.
De gedachtenis aan deze heldhaftige getuigen van vroeger en nu, bevestigt ons in het besef dat de Kerk, Kerk is indien zij de Kerk van de martelaren is. En martelaar zijn degenen die, zoals het boek van de Apocalyps ons in herinnering brengt, degenen “die komen uit de grote verdrukking, die hun gewaden hebben wit gewassen in het bloed van het Lam” . Zij hadden de genade Jezus ten einde toe te belijden, tot in de dood. Zij lijden, zij geven hun leven en door hun getuigenis ontvangen wij Gods zegen. Er bestaan ook vele verborgen martelaren, mannen en vrouwen die trouw zijn aan de zachtmoedige kracht van de liefde, aan de stem van de Heilige Geest, die in het leven van elke dag de broeders proberen te helpen en God voorbehoudloos te beminnen.
Referenties naar alinea 1: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
2
Als wij goed kijken, is haat de oorzaak van iedere vervolging, de haat van de prins van deze wereld voor degenen die door Jezus in Zijn dood en verrijzenis gered en vrijgekocht werden. In de Evangeliepassage die we beluisterd hebben , gebruikt Jezus een sterk en schrikwekkend woord: “haat”. Hij, de Meester van de liefde, die zo graag over liefde sprak, spreekt over haat. Maar Hij wou de dingen steeds bij naam noemen. En Hij zegt ons: “Vrees niet! Als de wereld u haat, bedenkt dan dat zij Mij eerder heeft gehaat dan u”.
Jezus heeft ons gekozen en vrijgekocht, door een belangloze gave van Zijn liefde. Door Zijn dood en verrijzenis heeft Hij ons vrijgekocht van de macht van de wereld, de macht van de duivel, de macht van de prins van deze wereld. En de oorsprong van de haat is deze: de prins van deze wereld wil niet dat wij door Jezus gered worden, hij haat ons en wekt vervolging op, die sinds Jezus’ tijd en de begintijd van de Kerk tot op onze dagen voortduurt. Hoeveel christengemeenten zijn vandaag het voorwerp van vervolging! Waarom? Door de haat van de geest van de wereld.
Referenties naar alinea 2: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
3
Hoe dikwijls hoort men op moeilijke ogenblikken van de geschiedenis zeggen: “vandaag heeft het vaderland helden nodig”. Een martelaar kan men als een held beschouwen. Maar het fundament van een martelaar is dat hij “begenadigd” is; het is Gods genade, geen moed, die ons tot martelaar maakt. Wij kunnen ons op dezelfde manier afvragen: “wat heeft de Kerk vandaag het meest nodig?”. Martelaren, getuigen, dat wil zeggen heiligen van het dagelijks leven, want het zijn de heiligen die de Kerk laten voortduren. Heiligen: zonder hen kan de Kerk niet verder. De Kerk heeft heiligen van alledag nodig, die van het gewone leven, coherent beleefd; maar ook mensen die de moed hebben in te gaan op de genade om getuigen te zijn ten einde toe, tot in de dood. Zij zijn allemaal het levende bloed van de Kerk. Zij zijn de getuigen die de Kerk doen vooruitgaan; degenen die bevestigen dat Jezus verrezen is, dat Jezus leeft, en die het bevestigen door de coherentie van hun leven en de kracht van de Heilige Geest die zij als gave ontvingen.
Referenties naar alinea 3: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
4
Ik zou vandaag in deze kerk nog een icoon willen toevoegen: een vrouw. Ik ken haar naam niet. Maar zij kijkt naar ons vanuit de Hemel. Ik was op Lesbos, ik begroette de vluchtelingen en ontmoette een man van rond de dertig, met drie kinderen; hij keek mij aan en zei: “vader, ik ben moslim. Mijn vrouw was christen. Er zijn terroristen naar ons gekomen, zij bekeken ons, vroegen naar onze godsdienst, zij zagen haar kruisje en vroegen het op de grond te werpen. Zij heeft het niet gedaan. Zij hebben haar voor mijn ogen de keel overgesneden. Wij hielden zo van elkaar”. Deze icoon breng ik vandaag mee als een geschenk. Ik weet niet of die man nog op Lesbos is of dat hij elders heen kon. Ik weet niet of hij uit dat concentratiekamp is kunnen geraken. Want veel vluchtelingenkampen zijn concentratiekampen voor de mensen die daar achtergelaten worden. En de edelmoedige volken die hen opvangen, moeten ook die last dragen, want internationale akkoorden lijken belangrijker dan mensenrechten. Deze man had geen wrok: hij, een moslim, droeg dit kruis van leed zonder wrok. Hij nam zijn toevlucht tot de liefde voor zijn vrouw, “begenadigd”door het martelaarschap.
Referenties naar alinea 4: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
5
Deze geloofsgetuigen gedenken en op deze plaats bidden, is een groot geschenk. Een geschenk voor de Sint-Egidiusgemeenschap, voor de Kerk in Rome, voor alle christengemeenschappen van deze stad en de vele bedevaarders. Het levende erfgoed van de martelaren geeft ons vandaag vrede en eenheid. Zij leren ons dat men met de kracht van de liefde zachtmoedig kan strijden tegen misbruik, geweld, oorlog en dat men met geduld vrede kan bewerken. Dan kunnen wij zo tot de Heer bidden: o Heer, maak ons waardige getuigen van het Evangelie en Uw liefde; verspreid Uw barmhartigheid over de mensheid; vernieuw Uw Kerk, bescherm de vervolgde christenen, verleen spoedig vrede aan de hele wereld. Aan U, Heer, de glorie, aan ons, Heer, de schaamte.
Referenties naar alinea 5: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
6
Op het voorplein van de basiliekAan het einde van de ontmoeting, heeft paus Franciscus vluchtelingenfamilies ontmoet die door Sint Egidius geholpen worden. Daarna sprak hij op het voorplein van de basiliek volgende woorden:
Ik dank u voor uw aanwezigheid en gebed in deze kerk van de martelaren. Denken wij aan de wreedheid, die zich vandaag tegen zo veel mensen ontketent; aan de uitbuiting van mensen … Mensen die per boot toekomen en daar blijven, in edelmoedige landen, zoals Italië en Griekenland, maar vervolgens laten internationale akkoorden hen daar niet toe … Als men in Italië twee migranten per gemeente zou toelaten, zou er voor iedereen plaats zijn. Moge deze gastvrijheid van het zuiden, van Lampedusa, Sicilië, Lesbos, het noorden een beetje aantasten. Het is waar: wij leven in een samenleving die geen kinderen meer maakt, maar wij sluiten ook de deur voor migranten. Dat heet zelfmoord. Laten wij bidden!
Referenties naar alinea 6: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
https://rkdocumenten.nl/toondocument/5909-de-kerk-heeft-heiligen-van-het-gewone-leven-nodig-en-getuigen-nl