Circondati
x
Informatie over dit document
Circondati
Bij gelegenheid van de 25e verjaardag van zijn Bisschopswijding
Paus Pius XII
13 mei 1942
Pauselijke geschriften - Radiotoespraken
1943, Akten van Z.H. Paus Pius XII,, Uitgeverij ’t Groeit, Antwerpen, pp. 125-156
Alineaverdeling en -nummering: redactie
Alineaverdeling en -nummering: redactie
13 mei 1942
19 november 2018
5581
nl
Referenties naar dit document van thema's en berichten
Open uitgebreid overzichtExtra opties voor dit document
Kopieer document-URL naar klembord Reageer op dit document Deel op social mediaInhoudsopgave
Uitklappen
- Artikel 1 Erkentelijkheid tegenover de Gever van alle goed
1
Omgeven van de godvruchtig en ingetogen samengestroomde bevolking van de Eeuwige Stad en in innige vaderlijke vereniging met de miljoenen trouwe Christenen van de gehele wereld, zullen Wij morgen — plechtig feest van Jezus’ Hemelvaart — het pauselijk altaar van de patriarchale Vaticaanse Basiliek bestijgen, om God in diepe nederigheid en met ontroerde godsvrucht het eucharistisch offer op te dragen. Wij voelen Ons bezield en aangezet tot een grote erkentelijkheid tegenover de Gever van alle goed en Wij zijn vervuld met een onuitsprekelijke, zoete innerlijke vreugde door deze dag in Ons opgewekt bij de herinnering aan Onze bisschopswijding, die Wij, nu vijf en twintig jaar geleden, ontvingen uit de handen van een eerbiedwaardige en onvergetelijke Voorganger. Deze dierbare herinnering doet een loflied tot God uit Onze ziel opwellen en zet Ons tevens aan met de grootste vurigheid de hemelse zegeningen af te smeken over de kudde van de Heer, die aan Onze herderlijke bezorgdheid werd toevertrouwd, en over de bedrijvigheid en het lijden van de Kerk voor de zaligmaking van de wereld.
Referenties naar alinea 1: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Artikel 2 De bekommernissen van het huidig uur
2
Deze dag, die van onvermengde en onverstoorde vreugde zou moeten stralen voor de Katholieke wereld, valt in een tijd van zeer zware angsten en smarten, waarvan de werkelijkheid als het ware levend uitgebeeld schijnt in het woord van den Zaligmaker: “Opstaan... zal volk tegen volk, en koninkrijk tegen koninkrijk, en er zullen pestziekten zijn, en hongersnood, en aardbevingen in verscheidene plaatsen” (Mt. 24, 7) [b:Mt. 24, 7]. Hoe zouden, te midden van zulke algemene ramp, de feestelijkheden, zelfs de louter godsdienstige, die eigen zijn aan dagen van vreugde en voorspoed, kunnen plaats grijpen? Niet tot vreugde zet het tragisch geweld der gebeurtenissen aan; het nodigt tot boete en berouw, het noopt tot inkeer en tot zuivering, het toont aan dat de grondslag en de richting van het denken, het willen en het handelen moeten herzien worden. Daarom, beminde zonen, is het voor Ons een bron van ontroering, van diepe vreugde en voldoening, te weten dat Ons Jubileum over heel de katholieke wereld gevierd wordt met gebeden en offers voor het welzijn van de Heilige Kerk, en niet minder met edelmoedige weldadigheid ten voordele van duizenden en duizenden broeders, die in hun zoo veelzijdige en smartelijke nood vertrouw-vol aankloppen aan de poorten van de christelijke naastenliefde welke samen met hen te lijden en te verduren heeft.
Referenties naar alinea 2: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
3
Het heeft in Gods ondoorgrondelijke wilsbeschikking gelegen dat Wij het zijn die, te midden van de verwarring en de algemene ontreddering van het huidige uur, thans de last zouden dragen van de herderlijke bezorgdheid die, vijf en twintig jaar geleden, getorst werd door het grootmoedig hart van Degene, die vóór het altaar van de Sixtijnse kapel, Ons met de handoplegging de gave schonk van de volheid van het priesterschap: heilige erfenis, maar hoe zwaar en smartvol!
Referenties naar alinea 3: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
4
De weg, langs waar Gods' liefdevolle Voorzienigheid Ons verder leidde, bracht Ons weer in de Sixtina, waar op Onze zwakke schouders de waardigheid van het Opperpriesterschap werd geladen, waarvoor Wij Ons diep ontoereikend voelen; en samen met die waardigheid werd Ons een onmetelijke last opgelegd, die met het uitbreken en uitbreiden van deze Tweede Wereldoorlog zo zwaarwegend is geworden dat hij zelfs die van de Eerste Wereldoorlog in de dagen van Benedictus XV overtreft.
Referenties naar alinea 4: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Artikel 3 Onwankelbaar vertrouwen
5
Doch, beminde zonen, Wij zouden te vergeefs te leer gegaan zijn in de school van Leo XIII, die zo uitblonk door zijn wijsheid, in de school van Pius X, zo merkwaardig om zijn godsvrucht, in de school van Benedictus XV, zo rijk aan breedziende ondernemingen, in de school van Pius XI, zo vervuld met heilige moed en werklust, indien Wij toelieten, dat in Ons, ook maar één ogenblik, aan het wankelen zou gaan de zekerheid die gegrond is op het geloof, versterkt door de hoop en gerijpt in de liefde ; de zekerheid, namelijk, dat de Heer nooit zoo waakzaam is en zoo dicht bij Zijn Kerk als in die uren, waarin Zijn kinderen, verstomd door schrikbeelden en stormen, geneigd zouden zijn te roepen: “O Meester, doet het U niets dat wij verdrinken? O Heer, red ons; wij vergaan” (Mc. 4, 38; Mt. 8, 25) [b:Mc. 4, 38; Mt. 8, 25].
Referenties naar alinea 5: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Artikel 4 Bij het graf van de eerste Paus
6
En waar komt Ons gemoed deze rustige zekerheid versterken en verstevigen? Bij het graf van Petrus, de eerste bisschop van Rome. Als wij, neergeknield vóór dit graf, Onze gedachten terugvoeren naar de eerste tijden van de Kerk, komt het ons voor als zagen Wij de eerste Paus, die door Christus zelf als hoeksteen voor Zijn Kerk werd uitgekozen, het roemvol hoofd verheffen en Ons zeggen: “Als oudere en getuige van Christus' lijden vermaan ik... weidt de kudde Gods onder u” (1 Pt. 5, 1) [b:1 Pt. 5, 1]. Dan schouwen Wij in de geest naar al Onze goede zonen van de ganse wereld, die rond Ons staan geschaard, ontelbaar als het zand van de zee; dan verruimt zich Ons hart en voelen Wij de diepe en innige behoefte de mond te openen en het hart van ieder van u te spijzen met het brood van dit vast betrouwen, dat ook het Onze geruststelt.
Referenties naar alinea 6: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Artikel 5 De lente van de Kerk
7
Ook de Kerk kende en bezit haar lente, die even wonderbaar is als zijzelf. Vormen de grote feesten van Pasen, O. H. Hemelvaart en Pinksteren, die juist in het seizoen vallen waarin de natuur, bij het ontwaken tot een nieuw leven, zich versiert met lover en bloemen en zich met innerlijke drang bereidt om de gaven van haar oogsten en haar vruchten af te werpen, soms geen geestelijke lente, die ons de lente van de natuur zoeter, dierbaarder en schoner maakt? Deze feesten vormen een zon van drie hoofdvoorwaarden, van drie grootse historische feiten, van drie mysteries die ongemeen schitteren in het verlossingswerk; het zijn drie onwankelbare hoofdzuilen van het reusachtig gebouw der Heilige Kerk.
Referenties naar alinea 7: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
8
Aan iedere eeuw van de Kerkgeschiedenis zijn deze waarheden even bekend; even stralend verschijnen zij aan alle gelovige geslachten. Door hun klaarheid en bovennatuurlijke stevigheid zijn zij in staat met hun historische werkelijkheid de lente van het Christendom, het ontluiken, het groeien en bloeien ervan, ondanks winden en stormen, te belichten. Ja, het Christendom is reus geboren; het draagt om het hoofd de drievoudige straal van deze drie waarheden, die aan de grond liggen van het tijdperk, dat terecht als heldhaftig betiteld wordt: de drie eeuwen tussen de stichting van de Kerk en de vrede met het Romeinse Imperium in het jaar 312, onder de regering van Constantijn.
Referenties naar alinea 8: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Artikel 6 Heldhaftig leven van de eerste Christenen
9
Deze drie fundamentele mysteries zijn de stralende schittering van het licht der wereld dat Christus is. Zij geleiden en volgen de tocht van de jeugdige Kerk, de Bruid van Christus. Ze richten haar schreden en bemoedigen haar om doorheen het duistere woud van het heidendom te trekken en de berg van haar voorbestemde grootheid te bestijgen. Zij houden haar geest met taaie volharding gevestigd op het geloof in de Verrezene en in haar eigen verrijzenis; het oog met heilig verlangen gericht op de Verheerlijkte, die gezeten is aan de rechterhand van de Vader, en op het hemelse Jeruzalem, de eeuwige en zalige verblijfplaats van hen die zullen trouw blijven tot het einde; de ziel beheerst door de zekerheid van de sterkende aanwezigheid van de Geest, de beloofde en gezondene van Jezus. Ge ziet de eerste Christenen door de verhevenheid van hun denken, door de kracht van hun handelen, door de heldhaftigheid van hun moed en hun kamp, groeien in 't belijden van hun geloof, in hun strijden en hun lijden. Ze laten ons een voorbeeld na, waarvan de veroverende kracht uitgaat die zich verspreidt van eeuw tot eeuw, tot op onze dagen; ja, meer dan ooit op onze dagen, nu het, om de christelijke eer en de naam van Christenmens te redden en te behouden, noodzakelijk is even grote tegenkantingen en beproevingen te doorstaan. In het aanschijn van zulke strijders, op wier hoofd de zegepalm van de christelijke strijd en de palm van het martelaarschap zich dikwijls dooreen strengelen, verzwindt alle onzekerheid en alle weifeling.
Referenties naar alinea 9: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
10
Moet de aansporing, die hun heldhaftig leven ons zoo sprekend toestuurt, niet volstaan om bij de Christenen van heden de geest te verlichten, het hart te versterken en het hoofd te verheffen, om ze begrijpend te maken voor de adellijke waardigheid, begerig naar de verhevene grootheid, bewust van de verantwoordelijkheid, die het christelijk geloof hun zielen instort.
Referenties naar alinea 10: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Artikel 7 Vier kentekens van de jeugdigheid van de Kerk
11
Het geestelijk beeld van deze eerste Christenheid, naar wier ontstaan de komende feesten van O. H. Hemelvaart en Pinksteren ons terugvoeren, wordt klaar weergegeven door vier onmiskenbare kentekens:
- onwankelbare overwinningszekerheid, gesteund op een diep geloof
- kalme en onbeperkte bereidwilligheid tot offer en lijden
- eucharistische vurigheid en ingekeerdheid, die voortspruit uit de diepe overtuiging van de sociale waarde van een eucharistische gedachte voor alle vormen van het maatschappelijk leven
- verlangen naar steeds nauwere en onverbreekbare eenheid van geest en eenheid van hiërarchie.
Referenties naar alinea 11: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
12
Dit viervoudig karakter van de jeugdigheid der Kerk betekent in ieder van zijn hoofdtrekken een oproep en tevens een verwachting en een belofte voor de Christenheid van onze dagen. Maar het ware Christendom van heden verschilt niet van het primitieve. De jeugdigheid der Kerk is eeuwig; want de Kerk veroudert niet, al verandert haar stap volgens de tijdsomstandigheden, op haar tocht naar de eeuwigheid: de eeuwen die ze doormaakte zijn voor haar slechts één dag, en slechts één dag zijn de eeuwen die ze verwacht. Haar jeugdigheid uit de tijden van de Keizers is dezelfde als deze die ons toespreekt.
Referenties naar alinea 12: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Paragraaf 1 De overwinningszekerheid
13
De overwinningszekerheid van de primitieve Kerk trok haar voedsel en haar onverstoorbare durf uit de woorden van de Meester: “Ik heb de wereld overwonnen!” (Joh. 16, 33) [b:Joh. 16, 33]; woorden die mochten geschreven staan op het kruishout, de banier van Zijn overwinningen. Dat de Christenheid van heden doordrongen en doorgloeid weze van het levende en lichtende vuur van dit woord, en ge zult in uw hart kalm en zoet vertrouwen hebben in de zege, die het u verzekert : op het einde van deze donkere dagen, waarop zovelen angstig en terneergedrukt leven, zal niet gebeuren wat de kleinmoedigen vrezen, maar zal bereikt en verwezenlijkt blijken wat de trouwe en grootmoedige harten gehoopt hadden.
Referenties naar alinea 13: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
14
De Kerk van heden kan niet eenvoudigweg en zonder meer naar de oude vormen van de eerste kleine kudde weerkeren. Rijp van jaren en toch niet verouderd, blijft haar voorhoofd rimpelloos en behouden haar ledematen de kracht van haar jeugd: ze blijft wat ze was sinds haar geboorte, altijd dezelfde. Onveranderd in haar dogma, onveranderd in haar kracht: ze is niet te verslaan, onvernietigbaar, onoverwinbaar. Ze is onveranderlijk en de keure van haar stichting, die met het bloed van Gods Zoon is verzegeld, kan niet worden uitgewist. En nochtans beweegt ze, en neemt nieuwe vormen aan. Ze past zich aan bij de tijd waarin ze leeft. Ze gaat vooruit, maar haar natuur verandert niet, want zoals Vincentius van Lérins het wonderschoon uitdrukte, de godsdienst van de zielen moet de zijnswijze navolgen van de lichamen, die, ofschoon ze met zich te ontwikkelen en te groeien het getal van hun jaren verhogen, toch dezelfde blijven die ze waren. XXIII, Mign PL 50, col. 668 [[1104]]
Referenties naar alinea 14: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
15
Met fierheid en zonder vrees mag de Kerk terugblikken op haar verleden en op haar bijna twee-duizend-jarig reuzengebouw van onderwijs en bestuur. Het werd opgetrokken, dank zij het volledig openleggen en verklaren van het waarheidspand dat haar werd toevertrouwd; niet minder groeide het onder de invloed van de versteviging en de vervolmaking van haar inwendige eenheid en van de ontwikkeling van haar liturgie die het Heilig Misoffer en de Sacramenten omkranst: ten slotte ook door de zuurdesem van de christelijke geest, die zich aanpast aan de tijden en meer en meer al de levensvormen en levensomstandigheden tracht te doordringen. De Kerk is thans uitgegroeid tot haar volwassen zending van algemene moeder van het gelovige volk. Staande voor omvangrijkere noodwendigheden en verplichtingen, zou zij zonder ontrouw aan zichzelf er niet mee kunnen instemmen op haar stappen terug te keren en zich te vergenoegen met de levensvormen en de werkmethodes van de eerste tijden.
Referenties naar alinea 15: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
16
Het Cenakel is een tempel geworden, die groter is dan die van Salomon; de kleine kudde is (Lc. 12, 32) [b:Lc. 12, 32], vermenigvuldigd, over stromen en bergen getrokken en is op zoek naar de weilanden van heel het aardrijk; het mosterdzaadje is, zoals de Heer het beloofde en wilde, een reusachtige boom geworden, in wiens schaduw de volkeren rusten. Neen, voor de Kerk, waarvan de stappen door de loop der eeuwen gericht en geleid worden door God, voor een christelijke ziel, die de geschiedenis overweegt in Christus' geest, kan er geen spraak zijn van terugkeer tot het verleden, doch enkel van verlangen om de toekomst tegemoet te gaan en voort te schrijden.
Referenties naar alinea 16: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Paragraaf 2 Offerbereidwilligheid
17
Toch is de terugkeer van de Kerk tot haar eerste tijden in een zekere zin op onze dagen een harde doch tevens eervolle werkelijkheid. Zoals in het begin en meer dan op vele andere tijdstippen, is de goddelijke stichting van Christus, ofschoon onbevreesd voor haar vijanden, in meerdere streken op dit ogenblik in een strijd om haar bestaan gewikkeld.
Referenties naar alinea 17: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
18
Het strijdende atheïsme, het stelselmatig antichristianisme, het koud indifferentisme voeren oorlog tegen haar. Deze vijanden nemen hun toevlucht tot vrijheden en bedenkingen, die in niets overeenstemmen met de vreedzame geplogenheden van hoogstaande gedachtewisselingen, maar zich herhaaldelijk in de laagheden van het geweld omvormen.
Referenties naar alinea 18: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
19
In sommige landen zijn er nu weer als vroeger gezagdragers, die de zedelijke banden vergeten en geneigd zijn macht voor recht te doen doorgaan. Zij verwijten aan de Christenen dezelfde wetsovertredingen, die de keizers uit de eerste eeuwen beweerden te ontdekken bij Petrus en Paulus, bij Sixtus en Laurentius, bij Cecilia, bij Agnes, bij Perpetua en bij de ontelbare schaar onschuldigen, die nu hierbeneden in de ogen van de Kerk en in de hemel vóór de troon van het Lam met het aureool van de martelaren gekroond gaan. En is er ooit wel een ander kwaad, dat men aan de Christenen verwijt, dan hun onwankelbare trouw aan de Koning der koningen en de Heer der heersers?
Referenties naar alinea 19: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
20
En het is evenmin om een andere reden dat ook tegenwoordig in sommige streken het levend geloof in Gods Zoon, de onderwerping aan Zijn wetten, de geestelijke verbondenheid met Zijn Kerk, de aanhankelijkheid aan Zijn vertegenwoordigers op aarde, een ononderbroken ketting van verdachtmakingen en belasteringen, van ontzeggingen en uitsluitingen, van kleinering van persoon en verdienste, van enggeestigheid en vitterijen, van armoede en smarten, van ellende, van achteruitstelling en nadeel zoo op lichamelijk als op geestelijk gebied, verdiend heeft. Wat blijkt er ons te doen, dierbare zonen, in zulke omstandigheden, verschrikkingen en gevaren? Hebben wij niet alle redenen om opbeuring te zoeken in de tijden van de eerste Kerk? Moeten wij aan de heerlijke voorbeelden van deze Christenen, aan hun brandend geloof, aan hun onbevreesd gemoed, aan hun bewuste zegezekerheid, als aan een bron van moed en redding, geen nieuwe kracht, nieuwe bezieling, nieuwe volharding gaan putten en overwegen dat al wat zij geloofd, gehoopt, bemind, afgesmeekt, uitgewerkt, geleden en glorierijk verdiend hebben, nog ons leven en onze roem is en de onvergankelijke schat van de Kerk?
Referenties naar alinea 20: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
21
Het aanschouwen van de door de primitieve Kerk behaalde overwinningen vermeerdere en versterke uw hoop en opene vóór uw ogen het vergezicht van nieuwe overwinningen in deze beroerde tijden. Vroeg of laat zal uit het voorbijgaand vervolg van deze beroeringen, die niet blijven duren, slechts in klaarder licht komen te staan de troostende waarheid van het woord van de meest geliefde Apostel: “Dit is de overwinning die de wereld overwonnen heeft: ons geloof” (1 Joh. 5, 4) [b:1 Joh. 5, 4].
Referenties naar alinea 21: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
22
Zoals het merkteken van het bloed dat, in de eeuwen van smarten en offers, de jeugd van de Kerk versierde, ons heden verschijnt als de meest schitterende edelsteen van haar zegekroon, zoo zal ook voor de Christenheid van onze dagen de grootheid van haar toekomstige zege, die ze behalen moet in het vuur van stormachtige beroeringen, gemeten worden naar de edelmoedigheid van haar sacrificie. Kon de krachtige en besliste wil van deze helden, “die ons zijn voorgegaan met het teken van het geloof”, misschien verslagen worden door de woede van een Nero of van een Diocletianus of door de geslepen pogingen van een Juliaan de Apostaat? Zij waren onvoorwaardelijk bereid om alle soort wreedheden en martelingen te ondergaan. Hun kalmte werd niet gestoord of aan 't wankelen gebracht te midden van de smaad, de slagen, de gewelddaden en de sluwheden van de vijanden van Christus.
Referenties naar alinea 22: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
23
Een Christenheid die steeds de blik gevestigd houdt op deze heldhaftigheid van de eerste eeuwen, zal nooit tekort schieten in haar trouw aan het woord dat Petrus neerschreef, terwijl de vervolging woedde : “Indien gij iets lijden moet voor de gerechtigheid, dan welzalig” (1 Pt. 3, 14) [b:1 Pt. 3, 14]. Zij zal zich het erfdeel der vaderen waardig tonen, en, zich bewust van de verhevenheid van haar zending, zal zij, op het uur dat God voorbereid heeft, ten prijze van veel offers, maar overladen met roem, een vrede bereiken, die haar zal nopen samen met de Apostel van de heidenen uit te roepen: “Dank echter aan God die ons de overwinning schonk.” (1 Kor. 15, 57) [b:1 Kor. 15, 57]
Referenties naar alinea 23: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Paragraaf 3 Eucharistische vurigheid
24
Maar waar toch putte het moedig geloof van de eerste Christenen zijn leven en zijn vurigheid? Uit de eucharistische vereniging met Christus, de bronader van een zuiver en Godgevallig zedelijk leven. Aan de dis van het brood der sterken voelden zij een vurigheid in hun hart ontbranden, die van kracht en vrede sprak, en kracht en vrede meedeelde; zij voelden zich broeders en zusters in Christus, gevoed met hetzelfde brood en gelaafd met dezelfde drank, verenigd in broederlijke gemeenschap door éénzelfde liefde, door éénzelfde onfeilbare hoop, verbonden door een inwendige, sublieme band, die uit duizenden harten en duizenden zielen één onmetelijke familie vormt met één hart en één ziel. Onder de sluier van voedsel en drank, woonde in hun midden, op liet altaar, de God van hun zielen, de God van de overwinningen. Hij zou eens de Romeinse adelaars vervangen door zijn labarum's en ze aanvoeren ter verovering, ter verovering van een wereld waarvan Rome het centrum zou zijn, niet het centrum van de macht, maar het centrum van het geloof.
Referenties naar alinea 24: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
25
Een centrum van het geloof is de eucharistische gedachte. Ze was het in de eerste eeuwen; ze is het nog heden ten dage. Waar de mensheid lijdt onder het egoïsme, onder de afgunst, onder de onenigheid, onder de tweespalt, onder de ontrouw aan het dogma van het Cenakel, moet de groei van deze eucharistische gedachte en de geestelijke en levenwekkende kracht, die van haar uitstraalt, steeds machtiger worden. Ze moet in staat zijn om de harten naar het goddelijk liefdemaal te roepen, om ze te ontdooien, om ze te ontvlammen. Ze moet de harten bereiden tot het ontluiken van een nieuwe lentetijd, waarin ze elkaar zoo goed zouden begrijpen en met elkaar zoo broederlijk zouden samenleven, dat ze zich verenigd kunnen scharen rond de God van het tabernakel. In het heiligende teken van de Eucharistie reikt de Kerk van heden vreugdevol en bewogen de hand aan de primitieve Moederkerk. De goedheid en de bereidwilligheid van Christus, die in ons midden leeft, schiet nooit tekort. Indien Hij, dank zij de providentiële beslissing van de onvergelijkelijke Paus Pius X, de bronnen van de weldoende en brede eucharistische stroom wijd opengesteld heeft, en wel in dezelfde mate waarin zij in de eerste eeuwen openstonden, dan was het ongetwijfeld omdat Hij beschouwde dat de tijden, waarin wij leven, van ons niet minder geloofssterkte, niet minder zedelijke ongereptheid, niet minder broederliefde, niet minder offervaardigheid vragen dan deze die de grootheid en de roem uitmaken van de eerste eeuwen der Kerk.
Referenties naar alinea 25: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Paragraaf 4 Eenheid van geest en van hiërarchie
26
Niet minder bewonderenswaardig en groot was als dan de werking van de jeugdige Bruid van Christus tot behoud, regeling en versteviging van een onverbreekbare eenheid, die gelovigen en hiërarchie moet verbinden. De breuk van zoveel broeders met de Stoel van Petrus heeft op onze dagen tot zeer tragische gevolgen geleid, tot groot nadeel van de ganse Christenheid, tot vermindering van haar invloed in de wereld. Daartegenover is het steeds klaar geweest en blijkt het met de dag duidelijker welke weldoende invloed er uitgaat van de levenwekkende eenheid tussen herder en kudde, die in de katholieke wereld heerst. Daarom juist smeekt het hart van de gelovigen heden ten dage nog meer uitdrukkelijk ‘dat zij één zijn’. Met dit gebed verenigen zich veel anderen, die weliswaar buiten de zichtbare Kerk leven ; ze doen het oprecht en diepgemeend, omdat ze overtuigd zijn dat in een wereld, die tegen Christus gekeerd is, zelfs het bestaan van het Christendom in gevaar verkeert.
Referenties naar alinea 26: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
27
En van waar zou deze bede om eenheid van al de gelovigen met een sterkere liefdesdrang ten hemel kunnen opstijgen naar Hem, die ze het eerst tot de Vader gericht heeft, die de geesten verlicht en de harten beweegt, tenzij van deze heilige heuvel ? Naar hier immers keert zich op dit ogenblik het hart en het oor van de katholieke wereld, gericht naar den Stoel van Petrus en naar de Hoofdkerk waaruit de priesterlijke eenheid ontstaan is . Hier immers is de rots van waarheid en heil, waarvan de hoge en brede zending door niemand dieper begrepen en welsprekender beschreven werd dan door Leo de Groote, Paus en Kerkleraar, in de heuglijke woorden: “De gelukzalige Petrus, Prins van de apostolische orde, was bestemd voor de hoofdstad van het Romeinse Rijk, opdat het licht van de waarheid, dat voor aller heil geopenbaard werd, zich doeltreffender van het hoofd uit in gansch het lichaam van de wereld zou verspreiden” . Betaamt het dat de bede opdat allen één zijn ergens krachtiger weerklinkt dan op deze helling van de Tiber, als men terugdenkt aan de primitieve Kerk, de enige en onbevlekte Moeder van al de Kerken? Is het niet op deze providentiële zetel van de eerste Petrus, op deze geestelijke burcht van het Christendom, dat de hemelse genade zich het klaarst en het rijkelijkst geopenbaard heeft ? Is het deze oever niet waarvan het roemrijk verleden op een van zijn schitterendste bladzijden mag vermelden de glorierijke marteldood van de Prins der Apostelen en het verheven voorrecht de laatste ruststede te hebben verleend aan zijn stoffelijke overblijfselen?
Referenties naar alinea 27: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Artikel 8 Nieuwe opdelvingen in de Grotten van het Vaticaan
28
Het is Ons een bijzondere vreugde in deze dagen u, geliefde kinderen, van uit dit gewijde oord, het geestelijk centrum van de christelijke wereld en wel bepaaldelijk op dit uur, nu de Bruid van Christus op verscheidene plaatsen zware strijd te doorstaan heeft en haar trouwe kinderen veel kommer te verdragen hebben omdat zij hun christelijk geloof openbaar belijden en gehecht blijven aan de Kerk — ja, het is Ons een nieuwe vreugde u te openbaren en te doen beluisteren de betekenisvolle stemmen, die opstijgen uit de duisternis waarmee het graf van Petrus omhuld is. Zij weerklinken als een wekroep tot de hedendaagse Christenheid en voegen bij Onze stem, als een passend akkoord, hun herboren overtuigende kracht.
Referenties naar alinea 28: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
29
Ook de Vaticaanse ondergrond heeft zijn catacomben. De tot nog toe onvoltooide opdelvingen, die Wij in de Grotten van de Vaticaanse basiliek hebben laten ondernemen en uitvoeren en waarvan Wij reeds, meer dan een half jaar geleden, melding hebben gemaakt ter gelegenheid van de onthulling van het grafmonument van Onze onvergetelijke Voorganger, houden niet op nieuw en ruim licht te werpen op de eerste tijden van het Christendom, toen het Evangelie van het Kruis begon te weerklinken om zijn geestelijke aantrekkingskracht te doen wortel vatten in de Romeinse bodem, terwijl de jeugdige Kerk zich omgordde om het pijnlijke en bloedige pad te betreden van de eeuwenlange en smartelijke tocht, die onder Constantijn tot haar vreedzame overwinning moest leiden.
Referenties naar alinea 29: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Artikel 9 Belangrijke archeologische ontdekkingen
30
De werken van verleden jaar hadden reeds, met een tot dan ongekende zekerheid, aan het licht gebracht dat onder de middenbeuk van de basiliek, in rechte lijn naar de Confessie, een grote heidense begraafplaats lag. Haar karakteristieke monumenten die teruggaan tot de eerste eeuw, werden aangetroffen binnen de grenzen van een grond bestemd tot eeuwigdurende begraafplaats, die reeds vroeger in gebruik was. Deze voorchristelijke begraafplaats bewijst duidelijk de juistheid van de Romeinse overlevering, die juist op de plaats van een dergelijk heidens kerkhof het graf van de Prins der Apostelen gezocht had.
Referenties naar alinea 30: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
31
Naarmate de werken vorderden, kwamen de grondlijnen van de basiliek van Constantijn in al haar belangrijkste delen met groeiende duidelijkheid te voorschijn. Meteen werd het ook van stap tot stap klaarder welke ongemene moeilijkheden, zowel technische als psychologische, de keizerlijke bouwmeester te overwinnen gehad heeft om zijn groots opzet te ontwerpen en uit te voeren. Wanneer men op het terrein van opgravingen ter plaatse nagaat en bedenkt welke enorme hinderpalen op de hobbelige en onregelmatige grond van het Vaticaan moesten overwonnen worden om deze fundamenten te leggen, om een begraafplaats te slechten met haar talrijke en vereerde monumenten, waaraan ook het heidense Rome en veel families gehecht waren, dan vindt men in de prachtige tuinen, die nu vóór onze ogen oprijzen, op de meest doorslaande wijze bewezen dat de Keizer bij de keuze van de plaats zijner basiliek geen redenen van opportuniteit kan of mag gevolgd hebben, maar dat de plaats hem juist werd opgedrongen door de ligging van het graf van de Apostel.
Referenties naar alinea 31: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
32
Voortgaande op deze criteria en met behulp van een vergelijkende studie van de betreffende bronnen, is het vervolgens niet moeilijk geweest de oude, halfcirkelvormige Confessio terug te vinden. Ze dateert wellicht van de tijden van Sint-Gregorius de Groote. Op haar marmeren muren hebben ontelbare pelgrims vanaf het begin der Middeleeuwen, ter herinnering aan hun bezoek, het teken van het kruis gegrift.
Referenties naar alinea 32: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
33
Sedert de maand September laatstleden tot op heden zijn meer dan vijftienhonderd oude en middeleeuwse geldstukken teruggevonden. Zij bewijzen dat deze godvruchtige pelgrims niet alleen in groot getal uit Rome en Italië hierheen kwamen, maar omzeggens uit alle delen uit de toenmaals gekende wereld: eerst en vooral uit Frankrijk, vertegenwoordigd door geldstukken van zijn aartsbisschoppen, bisschoppen en abten, van zijn koningen, zijn hertogen, graven, burggraven, heren; vervolgens Duitsland, de Nederlanden, Zwitserland, Spanje, Engeland, Bohemen, Letland, Hongarije, Slavonië, het Latijnse Oosten.
Referenties naar alinea 33: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
34
Maar in het centraal gedeelte, waar boven elkaar drie altaren uit verschillende tijdstippen oprijzen, heeft de onvermoeibare ijver der opgravers nog een ander monument teruggevonden. Het is eenvoudig van vorm. Nochtans heeft de godsvrucht der gelovigen er lang vóór de tijd van Constantijn het karakter van een eerbiedwaardig heiligdom aan geschonken. Dat bewijzen de graffito's, de inschriften, die op een wand aan de binnenzijde van het monument zichtbaar zijn. Zij vertonen dezelfde vorm als deze die de grafsteden van de martelaars in de christelijke begraafplaatsen aanduiden. Deze graffito's, die ons terugbrengen tot de tijden van de vervolgingen, geven ons de historische zekerheid dat wij hier in het bezit zijn van de overblijfselen van het tropaeum, waarvan, rond het jaar 200 na Christus, de priester Caius spreekt in de jubelkreet, die Eusebius ons bewaard heeft: “Ik kan de grafsteden van de Apostelen aantonen. 1.II; Migne PL XX, col. 210 [[1115]] Bij deze woorden rijst ons thans het beeld vóór de ogen van Gaius alsof hij opnieuw aanwezig was in het mystieke duister van de Vaticaanse Grotten. Voegt hierbij de melding, die Eusebius zelf maakt van "de monumenten waarop de namen van Petrus en Paulus prijken, die thans nog in de begraafplaatsen van Rome bezocht worden” 1.II; Migne PL XX, col. 210 [[1115]]; voegt er de driftige vraag aan toe die de Kerkleraar Hiëronymus richt tot den priester Vigilantius: “Handelt hij dan slecht, de Romeinse bisschop, die op de, volgens ons, eerbiedwaardige beenderen, volgens u, op het waardeloos hoopje stof van de aflijvige mensen Petrus en Paulus, aan den Heer offers opdraagt en hun graftomben aanziet als altaren van Christus”. cap. VIII; Migne PL XXIII, col. 361-362 [[2586]] En ge zult begrijpen hoezeer deze en dergelijke getuigenissen nieuwe betekenis en kracht krijgen, dank zij de ontdekkingen en de vaststellingen die men tot hiertoe gedaan heeft. Alle zijn eensluidend en stemmen in harmonische eenheid overeen met de taal van de teruggevonden monumenten waarin de stenen spreken. Is het niet waar dat uit de harmonie van zulke belangrijke getuigenissen de machtige stem weerklinkt, van de zekerheid en het onverstoorbaar vertrouwen der primitieve Kerk, die opgegroeid is in lijden en strijden? Deze stem klinkt als een aansporing tot geloof en vertrouwen in de eindoverwinning voor hen die, op onze dagen welke zeker verward zijn, doch zwanger ook aan grote en beslissende gebeurtenissen, geroepen zijn én om de zegeningen van de Verlosser aan de dwalende en vredezoekende mensheid te bewaren of terug te schenken en om voor het kruis van Christus binnen de wallen van deze mensheid het altaar te verzekeren dat aan het kruis en aan het kruis alleen toekomt.
Referenties naar alinea 34: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Artikel 10 De Kerk en de wereldoorlog
35
Zoals de goddelijke zending van de Kerk, die onwrikbaar gebouwd staat op de steenrots van Petrus, naar de ruimte onbegrensd is op aarde, zoo heeft ze in haar werking geen ander tijdsgrenzen dan de levensduur van de mensheid; maar zoals elke voorbijtrekkende periode brengt ook het huidig ogenblik voor haar nieuwe en bijzondere werkzaamheden, verplichtingen en zorgen mede en legt ze haar op. De hulpkreten, die Ons iedere dag worden toegestuurd, zouden Ons wel openbaren, indien Wij het nog niet begrepen, wat de huidige drukkende en angstwekkende tijdsomstandigheden van de Kerk vragen en eisen: haar gezag gebruiken opdat het huidig conflict een einde zou nemen aan de stroom van tranen en bloed zou uitmonden in een vrede, die voor allen rechtmatig en duurzaam zou wezen.
Referenties naar alinea 35: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
36
Ons geweten geeft Ons het getuigenis dat, vanaf het ogenblik, waarop Gods geheimzinnig raadsbesluit de thans zoo zwaarwegende last van het Opperpriesterschap op Onze zwakke schouders heeft gelegd, Wij, én vóór het uitbreken van de oorlog, én tijdens zijn verloop, met al Onze krachten en binnen de perken van Onze apostolische zending voor de vrede gewerkt hebben. Maar op dit ogenblik, nu de volkeren onder de angstwekkende vrees voor nieuwe, dreigende oorlogsoperaties leven, maken Wij gebruik van de gelegenheid, die Ons aangeboden wordt door het huidig ver jaarfeest, om nogmaals een woord van vrede te spreken. Wij spreken dit woord in het bewustzijn van Onze absolute onpartijdigheid tegenover al de oorlogvoerenden en met gelijke genegenheid voor alle volkeren zonder enige uitzondering.
Referenties naar alinea 36: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
37
Wij zijn er Ons van bewust dat er in de huidige stand van zaken geen enkele ernstige kans van welslagen bestaat voor gedetailleerde voorstellen tot het sluiten van een rechtvaardige en billijke vrede. Integendeel, telkens men een woord over vrede rept, loopt men gevaar de ene of de andere partij te kwetsen. Inderdaad, terwijl de enen steunen op de behaalde uitslagen, stellen de anderen hun vertrouwen op de toekomstige gevechten. Enerzijds is de toestand weliswaar zó, dat de krachten, de winsten en de verliezen op politiek en militair gebied, zoals ze nu tegenover elkaar staan, de onmiddellijke, praktische mogelijkheid van een vrede niet laten inzien. Anderzijds is het een feit dat de verwoestingen welke intussen door de oorlog werden aangericht zoo op stoffelijk als op geestelijk gebied, zich zó ophopen dat zij eisen geen enkele poging onaangewend te laten om hun aangroei te beletten en het einde van het conflict te bespoedigen. Ook indien men niet overgaat tot arbitraire gewelddaden en wreedheden, waartegen Wij bij vroegere gelegenheden Onze stem waarschuwend verheven hebben — en Wij doen het heden nog met levendiger nadruk en bezwering, ook ten overstaan van bedreigingen met nog meer moorddadige ondernemingen, — veroorzaakt de oorlog reeds uit zichzelf, ten gevolge van de technische volmaaktheid van de wapens, ongehoorde kwalen, ongelukken en smarten bij de volkeren. Onze gedachte gaat naar de dappere strijders, naar de menigten, die leven in de gevechtzones, hetzij in de bezette gebieden, hetzij in eigen land. Wij denken — hoe zouden Wij ze kunnen uil het hoofd zetten? — aan de gesneuvelden, aan de miljoenen krijgsgevangenen, aan de moeders, aan de echtgenoten, aan de kinderen, die juist in hun levende liefde tot het vaderland ten prooi zijn aan dodelijke angsten; Wij denken aan echtgenoten die van elkander gescheiden zijn, aan het familieleven dat ontbonden is, aan economische duurte en schaarste. Duidt de naam van ieder dezer kwalen en rampen niet een ontelbaar getal hartverscheurende gevallen aan, waarin al het treurigste, het bitterste en het wreedste dat ooit als een orkaan op de mensheid neergeploft is, zich samenvoegt en ophoopt? Is dit niet van aard om met ontzetting te doen vrezen voor een nabije toekomst vol zware en duistere economische en sociale beproevingen?
Referenties naar alinea 37: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
38
Gedurende tientallen jaren werden reusachtige inspanningen en pogingen van verstand en goede wil aan de dag gelegd om een oplossing van het maatschappelijk vraagstuk uit te denken en te verwezenlijken. Heden echter moeten de volkeren zien hoe de nationale rijkdommen, waarvan een beleidvol beheer ten voordele van het openbaar nut één van de grondvesten van deze oplossing uitmaakte, thans met honderden miljarden gebruikt worden om goederen en levens te vernietigen.
Referenties naar alinea 38: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Artikel 11 De oorlog en de familie
39
Maar ten gevolge van al die familiale moeilijkheden en beproevingen, daareven vermeld, ontstaat achter het oorlogsfront, en strekt zich nu uit over de ganse wereld een ander onmetelijk front, het front van de beangstigde en getroffen huisgezinnen. Voor het conflict vermochten sommige volkeren, die thans onder de wapens leven, zelfs niet het getal graven met het getal wiegen te dekken; en, op dit ogenblik, dreigt de oorlog, ver van eraan te verhelpen, de nieuwe familieloten fysisch, economisch en zedelijk ten onder te brengen Wij zouden daarom Onze vaderlijke stem waarschuwend tot de leiders der Naties willen richten.
Referenties naar alinea 39: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
40
De familie is heilig; zij is niet alleen de wieg van de kinderen, maar ook van de Naties en van haar kracht en van haar roem. Dat men de familie niet vervreemde noch afleide van het hoge doel dat God gewild heeft! Dat man en vrouw, in trouwe behartiging van hun echtelijke en familiale plichten, in de huiselijke haard de toorts van het lichamelijk leven en, met haar, het geestelijk en het zedelijk leven, het christelijk leven aan de nieuwe geslachten doorgeven: dat is de wil van God. Dat in de gezinnen, onder het wakend oog van de ouders, mensen opgroeien met sterk karakter en ware bekwaamheid, toekomstige kostbare en gave leden van de menselijke samenleving, mannelijk bij voorspoed en tegenslag, gehoorzaam aan de gezagsbekleders en aan God: aldus is de wil van de Schepper. Men make van het ouderlijk dak en meteen van de school niet enkel het voorportaal van een strijdkamp; men scheide de echtgenoten niet gedurende lange tijd van elkaar; men ontrukke de kinderen niet aan de waakzaamheid van de ouders over hun lichamelijk en geestelijk leven; men berove het inkomen en bezit van het huisgezin niet van alle vrucht.
Referenties naar alinea 40: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
41
Algemeen is de kreet die van het gezinsfront tot Ons klinkt: laat ons terugkeren tot ons vreedzaam werk. Indien het welzijn van dé mensheid u ter harte gaat, indien uw geweten vóór het aanschijn van God enig belang hecht aan hetgeen voor de mens het woord vader en moeder waard is en aan hetgeen het waarachtig welzijn van uw kinderen uitmaakt, laat dan de familie opnieuw haar vredestaak vervullen.
Referenties naar alinea 41: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Artikel 12 Opwekking tot de vrede
42
Als beschermer van dit familiefront — God geve dat het gespaard blijve van alle rampspoedige en noodlottige publieke wanordelijkheden — richten Wij een warme en vaderlijke oproep tot de staatslieden en Wij smeken hen geen enkele gelegenheid te laten ontsnappen, die voor de volkeren de weg naar een eerlijke vrede, gesteund op rechtvaardigheid en gematigdheid, zou kunnen vrij maken; een vrede die zou voortspruiten uit een vrijwillige en vruchtbare overeenkomst, ook zoo deze niet op alle punten aan hun verwachtingen moest beantwoorden. Het universele familiefront, dat op het oorlogsfront zovele vaderharten, zovele echtgenoten en zonen telt, die te midden van gevaren en vermoeienissen, te midden van verwachtingen en verzuchtingen kloppen van de dubbele liefde voor het vaderland en voor het vaderhuis, zal zich opnieuw ophelderen en bedaren bij het ontwaren van een nieuwe gezichtseinder. De dankbaarheid van de mensheid en ook de instemming van het eigen volk zullen niet ontbreken aan de hoogstaande en edelmoedige Regeerders, die, niet door zwakheid bewogen, maar door verantwoordelijkheidsgevoel, de gematigdheid en de wijsheid tot weg en grondslag van hun besprekingen zullen kiezen, wanneer zij zullen onderhandelen met de andere partij, insgelijks beheerst door dezelfde gevoelens.
Referenties naar alinea 42: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
43
Met dit vertrouwvol vooruitzicht vóór ogen, blijft er niets over, dierbare zonen, dan vurige gebeden te richten tot de Vader van het erbarmen en het licht van de wijsheid, opdat Hij het aanbreken van de dageraad van deze zoo verhoopte dag zou bespoedigen. ‘Vraagt en gij zult verkrijgen’, werd ons ingeprent door de goddelijke Verlosser, de Vorst van de vrede, die, zachtmoedig en ootmoedig van harte, ons uitnodigt tot Hem te komen om opbeuring te vinden in onze moeilijkheden en beproevingen. Hernieuwen we in onszelf de geest van liefde. Houden we ons bereid om, na deze meest uitgestrekte, treurigste en bloedigste moordpartij van de geschiedenis, met geloof en ook met onze handen mee te werken aan de ontzaglijke en onmetelijke arbeid van heropbouw en herstel, om uit de opgehoopte stoffelijke en zedelijke puinen een wereld te doen herrijzen, waarin de band van de broederlijkheid eenheid en vrede moge brengen, een wereld, waarin met de hulp van de Almachtige, alles nieuw weze, de harten, de stemmen, en de werken. Hymne van de Metten op het.. Hymne van de Metten op het feest van het H. Sacrament
Referenties naar alinea 43: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediahttps://rkdocumenten.nl/toondocument/5581-circondati-nl