Aeterna Dei Sapientia
x
Informatie over dit document
Aeterna Dei Sapientia
Over de heilige Paus en Kerkleraar Leo I de Grote bij gelegenheid van zijn 1500ste sterfdag
Paus Johannes XXIII
11 november 1961
Pauselijke geschriften - Encyclieken
1962, Katholiek Archief, 17e jrg. nr. 2, p. 25 - 36 / Ook beschikbaar in Ecclesia Docens, nr. 0734
Vert. uit het Latijn
Zie de gebruiksvoorwaarden van de documenten
Zie de gebruiksvoorwaarden van de documenten
11 november 1961
Katholiek Archief
10 november 2023
524
nl
Referenties naar dit document: 1
Open uitgebreid overzichtReferenties naar dit document van thema's en berichten
Open uitgebreid overzichtExtra opties voor dit document
Kopieer document-URL naar klembord Reageer op dit document Deel op social mediaInhoudsopgave
Uitklappen
- HOOFDSTUK -1 Inleiding
Aan de Eerbiedwaardige Broeders, Patriarchen, Primaten,
Aartsbisschoppen en andere plaatselijke Ordinarii,
die in vrede en gemeenschap leven met de H. Stoel. Over de Heilige Paus en Kerkleraar Leo I de Grote
bij gelegenheid van zijn 1500ste sterfdag
Paus Johannes XXIII
Eerbiedwaardige Broeders, Heil en Apostolische Zegen
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
1
Gods Eeuwige Wijsheid "wier kracht zich uitstrekt van het ene eind tot het andere en die alles ten beste beschikt" (Wijsh. 8, 1) [b:Wijsh. 8, 1], schijnt met een bijzondere glans haar eigen beeld in de geest van de H. Paus Leo I te hebben ingedrukt. Deze Opperherder immers, die Onze voorgangers Pius XII roemrijker gedachtenis met het volste recht. "de grootste onder de groten" heeft genoemd Tot de mannen van de Katholieke Actie in Italië [[3187]], heeft zich niet minder gesierd door de onverschrokken kracht van zijn geest, dan door zijn vaderlijke welwillendheid.
Referenties naar alinea 1: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
2
Wij, die door de Voorzienigheid van de almachtige God zijn verheven tot de Stoel van Petrus, die de H. Leo door zijn regeringsbeleid, door de overvloedige rijkdom van zijn leer, door zijn zielegrootheid en zijn onuitputtelijke liefde heeft verheerlijkt, Wij menen dan ook, Eerbiedwaardige Broeders, dat het Onze plicht is om bij gelegenheid van dit vijftiende eeuwfeest zijn deugden en zijn onsterfelijke verdiensten in het licht te plaatsen; Wij zijn er zeker van hierdoor niet weinig te kunnen bijdragen tot het gemeenschappelijk nut van alle zielen en tot de eer en de versterking van het katholieke geloof.
Referenties naar alinea 2: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
3
De buitengewone grootheid en waardigheid van deze Paus moet toch niet op de eerste plaats gezocht worden in de moed, die hij getoond heeft toen hij zich zonder wapenen, bekleed met de majesteit van het Opperherderschap, in het jaar 452 in de rivier de Mincio onverschrokken heeft geplaatst tegenover Attila, de geweldige koning van de Hunnen en hem overreed heeft om zich over de Donau terug te trekken. Want toen hij dit gedaan heeft, heeft hij weliswaar een edele daad verricht, die zeker in overeenstemming was met de vreedzame zending van het Romeins Pontificaat, maar men dient toch te zeggen dat hij toen in feite slechts een voorbeeld gegeven heeft van de buitengewoon bewonderenswaardige activiteit, die hij gedurende geheel zijn leven aan de dag heeft gelegd tot het godsdienstig en maatschappelijk welzijn niet alleen slechts van de stad Rome en van het volk van Italië, maar ook van de gehele Kerk.
Referenties naar alinea 3: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- HOOFDSTUK 1 De H. Paus Leo: herder en leraar van de universele Kerk
4
Iedereen zal van mening zijn dat op de activiteit van zijn leven deze uitspraak van de H. Schrift zo toepasselijk is: "Het pad der rechtvaardigen is als het licht van de dageraad, die steeds wint aan licht tot het volle dag is geworden" (Spr. 4, 18) [b:Spr. 4, 18], als men zijn aandacht vestigt op de drie karakteristieke en voornaamste eigenschappen van de H. Leo:
- een getrouw Dienaar op de Apostolische Stoel,
- de Hoogste Plaatsbekleder van Christus op aarde en
- de Leraar van de Katholieke Kerk.
Referenties naar alinea 4: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Artikel 1 Getrouw Dienaar van de Apostolische Stoel
5
Leo, van wie het Liber Pontificalis getuigt dat hij "als zoon van Quintianus tot het volk der Etruriërs behoort" vgl. Liber Pontificalis, I,.. vgl. Liber Pontificalis, I, 238 Ed. Duchesne I, 238, is tegen het einde van de vierde eeuw geboren. Daar hij echter vanaf zijn prille jeugd te Rome heeft geleefd, heeft hij niet ten onrechte deze stad dan ook zijn vaderstad genoemd vgl: 31, 4; Migne PL. 54, 794 [[[914]]]; daar werd hij nog als jongeling ingeschreven onder de geestelijkheid van Rome en ontving er het diaconaat. In die tijd, tussen 430 en 439, bewees hij er uitstekende diensten aan Paus Sixtus III en hij maakte zich zeer nuttig in de kerkelijke aangelegenheden. Hij heeft daar allerlei vriendschapsbetrekkingen aangeknoopt, zoals met de H. Prosper, Bisschop van Aquitanië, en met Cassianus, de beroemde stichter van het monnikenklooster Sint Victor in Marseille; hij was de schrijver van het werk "De incarnatione Domini" Migne PL. 59, 9-272 [[3182]] tegen de Nestorianen. Van zijn kant heeft Cassianus Leo genoemd: "een sieraad van de Kerk en van het goddelijk ministerium" Migne PL. 50, 9 [[3182]]; iedereen zal zonder moeite toegeven, dat deze lof inderdaad haast uitzonderlijk is, als men bedenkt dat deze wordt toegekend aan een eenvoudig diaken.
Referenties naar alinea 5: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
6
Toen de H. Leo in Gallië verbleef, waarheen hij op voorstel van het hof van Ravenna door de Paus was gezonden om het geschil tussen de patriciër Aetius en de prefect Albinus bij te leggen, overleed Xystus III. Toen heeft de Kerk van Rome gemeend aan niemand beter het Plaatsbekledersschap van Christus op aarde te kunnen toekennen dan aan de diaken Leo, die zij een even kundig theoloog als ervaren diplomaat had geacht.
Referenties naar alinea 6: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
7
Aldus is hij, na op 29 september 440 de H. Bisschopswijding te hebben ontvangen, tot het Romeins Pontificaat verheven, dat een van de langdurigste in de christelijke oudheid is geweest en zeker voor een van de schitterendste moet gehouden worden. Toen hij in november van het jaar 461 gestorven was, is zijn lichaam bijgezet onder de zuilengang van de Vaticaanse Basiliek; in het jaar 688 is het vervolgens op bevel van de H. Paus Sergius I overgebracht naar "de burcht van Petrus"; na de bouw van de nieuwe basiliek is het geplaatst onder het altaar, dat hem is toegewijd.
Referenties naar alinea 7: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
8
Indien men thans echter zou verlangen dat Wij de hoogtepunten van zijn leven enigszins bespreken, dan kunnen Wij niet nalaten om uitdrukkelijk te getuigen dat de Kerk van Christus zelden zulke triomfen op haar vijanden behaald heeft als ten tijde van Paus Leo de Grote, die in het midden van de 5de eeuw in de Kerk schittert als een duidelijke en zeer heldere ster.
Referenties naar alinea 8: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
9
Men zal op geen enkele wijze kunnen ontkennen dat dit de volledige waarheid is, wanneer men speciaal zijn aandacht vestigt op het doctrinaire terrein van het katholiek geloof; op dit gebied dient men inderdaad zijn naam te plaatsen naast die van de H. Augustinus van Hippo en van de H. Cyrillus van Alexandrië. Indien de H. Augustinus, zoals iedereen weet, tegen de ketterij van Pelagius heeft bewezen dat de goddelijke genade absoluut noodzakelijk is om christelijk te leven en om het eeuwig geluk te verkrijgen en indien de H. Cyrillus tegen de ketterse leer van Nestorius heeft verdedigd dat Jezus Christus God is en dat de Maagd Maria waarlijk de Moeder van God is, dan is de H. Leo onder zijn tijdgenoten verreweg de sterkste voorvechter van die waarheden geweest, die de grondslagen vormen van het katholieke geloof, nadat hij deze leer als erfgoed ontvangen had van deze beide grote geleerden, als het ware de schitterendste lichten van de Westerse en Oosterse Kerk.
Referenties naar alinea 9: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
10
En evenals in de gehele Kerk de H. Augustinus geëerd wordt als de "leraar van de goddelijke genade" en de H. Cyrillus als de "leraar van het mensgeworden Woord", zo wordt de H. Leo volgens de eensgezinde mening van allen beschouwd als de "leraar van de eenheid der Kerk".
Referenties naar alinea 10: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Artikel 2 Herder van universele Kerk
11
Voor iedereen is het immers voldoende met een vlugge oogopslag de wonderbaarlijke en onafgebroken activiteit te beschouwen, die de H. Leo bij zijn werkzaamheden als herder en schrijver aan de dag heeft gelegd, om ervan overtuigd te zijn dat hij de beschermer is geweest van de integriteit van de leer en van de zeden en de verdediger van de eenheid der Kerk.
Referenties naar alinea 11: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
12
Indien men zijn aandacht richt op het gebied van de liturgie, zal men zonder moeite de zekerheid krijgen dat deze vrome en heilige Paus uitstekend heeft gezorgd voor de eenheid van de goddelijke eredienst: dit blijkt wel uit sommige belangrijke gebeden, die hij zelf heeft geschreven of die door anderen, die hem hebben nagevolgd, zijn samengesteld en die vervat liggen in het "Sacramentarium Leonianum". Migne, PL. 55, 21-156 [[5705]]
Referenties naar alinea 12: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
13
Vóór alles dient men op te merken dat de H. Leo, toen hij op het juiste moment in een belangrijke strijd verwikkeld was die erover ging of in Jezus Christus, naast de goddelijke, ook een menselijke natuur aanwezig was, het zover heeft gebracht dat de ware leer over de menswording van het Woord Gods op prachtige wijze heeft gezegevierd; deze opvallende overwinning blijft zeker in de herinnering van het gehele nageslacht.
Referenties naar alinea 13: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
14
Deze leer is vooral ontleend aan zijn Epistula ad Flavianum [401], een Bisschop van Constantinopel, waarin de H. Leo met een bijzondere duidelijkheid en in eigen woorden het dogma van de menswording van Gods Zoon uiteenzet door het te vergelijken met de leer van de profeten, vervolgens met de woorden van het Evangelie en van de apostolische schrijvers en tenslotte met het "Symbolum fidei". Migne, PL. 54, 757 [[940]]
Referenties naar alinea 14: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
15
Wij willen uit deze Brief de volgende betekenisvolle woorden aanhalen:
"Met behoud dus van de eigenschappen van beide naturen en substanties, in één persoon verenigd, heeft de majesteit de nederigheid, de deugd de zwakte, de eeuwigheid de sterfelijkheid in zich opgenomen: En om te voldoen aan de verplichting van onze toestand, heeft de onschendbare natuur zich met onze schendbare verenigd: en wel zó dat, in overeenstemming met ons heil, de een en dezelfde bemiddelaar tussen God en de mensen, de mens Jezus Christus, enerzijds kon sterven en anderzijds niet kon sterven. In de gehele en volmaakte natuur dus van de waarachtige mens is de waarachtige God geboren, geheel God en geheel mens" Epistula ad Flavianum, nr. 3 [[401|3]]
Referenties naar alinea 15: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
16
Maar dit was nog niet voldoende. Want na zijn Brief aan Flavianus geschreven te hebben, waarin hij vollediger had uiteengezet "wat de gehele katholieke Kerk over het geheim van de menswording van de Heer gelooft en leert" vgl: 29 ad Theodosium august: PL 54, 783 [[[914]]], heeft de H. Leo de Synode van Efese, bijeengeroepen in 449, veroordeeld, waarin de aanwezigen op onwettige wijze en met geweld niet onbeproefd hadden gelaten om de valse leerstellingen "van de zeer onwetende en al te onervaren Eutyches" vgl: 28: PL 54, 756 [[[914]]] te doen zegevieren, die hardnekkig beweerde dat er in Christus maar één natuur is, namelijk de goddelijke.
Referenties naar alinea 16: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
17
Met het volste recht heeft de Paus deze als "roversynode" (latrocinium Ephesinum) gebrandmerkt vgl: 95, 2, ad Pulcheriam august: PL 54, 943 [[[914]]], aangezien zij zich tegen de bevelen van de Apostolische Stoel in, met alle gewelddadige middelen zoveel had aangematigd en opgeëist, dat zij van de ene kant "afbreuk deed aan het katholieke geloof" vgl: 95, 2, ad Pulcheriam august: PL 54, 943 [[[914]]] en van de andere kant "steun gaf aan een vervloekte ketterij". vgl: 95, 2, ad Pulcheriam august: PL 54, 943 [[[914]]]
Referenties naar alinea 17: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
18
Vooral echter wordt de H. Leo met alle lof geprezen wegens het Concilie van Chalcedon in 451, dat, al dwong keizer Marcianus het af, de Paus slechts heeft laten bijeenroepen onder voorwaarde dat namelijk zijn legaten zouden presideren. vgl: 89, 2 ad Marcianum imper: PL 54, 931 [[[914]]] vgl: 103 ad Episc. Galliarum: PL 54, 988-991 [[[914]]] Eerbiedwaardige Broeders, ofschoon dit Concilie onder de grootste in de annalen van de katholieke Kerk moet gerekend worden, menen Wij ervan af te moeten zien om het op deze plaats te bespreken: over deze waarlijk grote bijeenkomst, waarin op plechtige wijze is afgekondigd dat er twee naturen zijn in het mensgeworden Woord van God en waarin ook het primaatschap van de Paus in het leergezag is erkend, heeft Onze Voorganger Pius XII roemrijker gedachtenis bij gelegenheid van het 15de eeuwfeest van haar bijeenroeping een zeer belangrijke Encycliek gericht tot de katholieken van de gehele wereld. A.A.S. a. XXXXIII, vol. 18, p. 625-644 [[3183]]
Referenties naar alinea 18: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
19
Niet minder duidelijk is de zorg van de H. Leo voor de eenheid en de vrede in de Kerk gebleken, toen hij geaarzeld heeft de handelingen van dit Concilie goed te keuren. Deze aarzeling kan in werkelijkheid niet goed worden toegeschreven aan een nalatigheid van zijn kant noch aan een doctrinair motief, maar men dient te geloven - en hij verklaart zelf uitdrukkelijk dat dit de waarheid is - dat hij zich door zijn aarzeling heeft willen verzetten tegen canon 28, waarin de vaders van het Concilie, niettegenstaande de protesten van de gezanten van de Paus van Rome, erin hebben toegestemd dat de Zetel van Constantinopel de voorrang zou hebben op alle Kerken van het Oosten, waardoor zij duidelijk streefden naar de gunst van de Byzantijnse keizer.
Referenties naar alinea 19: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
20
Dit scheen de H. Leo niet alleen een verzwakking toe van de voornaamste rechten van de overige oude en meer beroemde Kerken, die door de vaders van het Concilie van Nicea [d:222] waren goedgekeurd, maar ook een inbreuk op het gezag van de Apostolische Stoel zelf. Dit opzettelijk onrecht heeft de H. Leo, meer nog dan uit de woorden van canon 28, bedachtzaam afgeleid uit de beraadslagingen van hen, die de canon hadden opgesteld.
Referenties naar alinea 20: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
21
Zoals twee brieven duidelijk maken, waarvan de een hem door de Bisschoppen van het Concilie is overhandigd vgl. C. Kirch, Enchir... vgl. C. Kirch, Enchir. fontium hist. eccl. antiquae, Friburgi in Br. 4 ed. 1923, n. 943, en waarvan de ander door hem naar de keizer is gezonden; daar hij hierin de argumenten van de vaders van het Concilie wil afwijzen, schrijft hij het volgende:
Referenties naar alinea 21: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
22
"De ordening van het aardse is anders als die van het goddelijke; buiten de steenrots, die de Heer op zijn fundament heeft geplaatst (Mt. 16, 18) [[b:Mt. 16, 18]], zal geen enkele constructie onwankelbaar zijn. Hij benadeelt zijn eigen rechten die verlangt naar wat hem niet toekomt". 104, 3, ad Marcianum imper: PL 54, 99 [[914]] 106 ad Anatolium episc. Constant: PL 54, 995 [[914]]
Referenties naar alinea 22: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
23
Deze scheiding van zoveel gedenkwaardige christelijke Kerken in het Oosten van de H. Stoel, welke afscheuring zich later voltrokken heeft, vormt een overtuigend bewijs hoe juist de H. Leo reeds op dat ogenblik - zoals uit zijn zoëven aangehaalde gevoelens blijkt - reeds voorzag en vooruitvoelde, dat de gemeenschap van die Christenen helaas in meerdere delen zou uiteenvallen.
Referenties naar alinea 23: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
24
Wij menen echter dat er iets zou ontbreken aan Onze uiteenzetting over de verschillende zorgen, die de H. Leo steeds heeft getoond om de eenheid van de Katholieke Kerk te beschermen, als Wij althans niet terloops zouden vermelden, dat hij niet alleen tussenbeide gekomen is in de strijdvraag over de dag, waarop het Paasfeest moest gevierd worden, maar dat hij er ook zeer ijverig voor gezorgd heeft, dat de betrekkingen tussen de Apostolische Stoel en de Christenvorsten zouden steunen op wederzijdse eerbied, vertrouwen en welwillendheid. Daar hem immers niets meer ter harte ging dan om de Kerk rustig te zien, heeft hij er bij deze vorsten herhaaldelijk op aangedrongen dat zij zich samen met het Episcopaat, met raad en daad zo zouden inspannen "voor een goede verstandhouding in de eenheid van de Katholieke Kerk" 114, 3, ad Marcianum imper. PL 54, 1022 [[914]] dat zij van de almachtige God, "naast de koningskroon, ook het ereteken van het priesterschap" 114, 3, ad Marcianum imper. PL 54, 1022 [[914]] zouden ontvangen.
Referenties naar alinea 24: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Artikel 3 Licht van de wetenschap
25
Maar behalve dat de H. Leo een waakzaam herder van de kudde van Christus was en een grootmoedig beschermer van het ware geloof, moet hij bovendien geëerd worden als Kerkleraar, als de buitengewone vertolker en voorvechter van die goddelijke waarheden, die door elke Paus worden bewaard en verkondigd.
Referenties naar alinea 25: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
26
Dit wordt ook bevestigd door de woorden van Onze Voorganger Benedictus XIV roemrijker gedachtenis, die in zijn apostolische Constitutie " Militantis Ecclesiae [3774]" van 12 oktober 1754 de H. Leo tot Kerkleraar heeft verheven:
Referenties naar alinea 26: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
27
"Wegens zijn uitstekende deugd, zijn leer en zij onvermoeide ijver in de zielzorg werd hij door onze voorvaders terecht "de Grote" genoemd. De superioriteit van zijn leer, zowel in het verklaren van de grote mysteries van het geloof en het beschermen ervan tegen de opkomende dwalingen als in de formulering van de regels der tucht en van de voorschriften der zedenleer, dit alles in de bijzondere waardigheid en rijkdom van zijn priesterlijke stijl, is zo opvallend, wordt door de lof van zoveel mensen overladen en door zoveel eenparige geestdrift van Concilies, Kerkvaders en kerkelijke schrijvers onderscheiden, dat deze zo wijze Paus bij bijna geen enkele van de H. Kerkleraren, die in de Kerk hebben uitgemunt, in roem en achting schijnt te moeten worden achtergesteld". Opera omnia, vol. 18 Bullarium, tom. III, pars II, Prati 1847, p. 205 [[3774]]
Referenties naar alinea 27: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
28
De roem van de H. Leo als Kerkleraar schijnt men vooral te moeten toeschrijven aan zijn " Sermones [913]" en " Epistulae [914]", waarvan een niet gering aantal tot ons is gekomen.
Zijn " Sermones [913]" omvatten verschillende kwesties, waarvan verreweg de meeste betrekking hebben op de christelijke feesten. Hij is niet zozeer in zijn geschriften een exegeet, die een of ander boek van de H. Schrift uiteenzet of een theoloog, die zich bezig houdt met het navorsen van een goddelijke waarheid, maar hij toont zich een religieus, fijn en talentvol verklaarder van de christelijke mysteries volgens het geloof van de Concilies, de Kerkvaders en vooral van zijn Voorgangers.
Zijn " Sermones [913]" omvatten verschillende kwesties, waarvan verreweg de meeste betrekking hebben op de christelijke feesten. Hij is niet zozeer in zijn geschriften een exegeet, die een of ander boek van de H. Schrift uiteenzet of een theoloog, die zich bezig houdt met het navorsen van een goddelijke waarheid, maar hij toont zich een religieus, fijn en talentvol verklaarder van de christelijke mysteries volgens het geloof van de Concilies, de Kerkvaders en vooral van zijn Voorgangers.
Referenties naar alinea 28: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
29
Hij bedient zich van een eenvoudige en krachtige, verheven en overtuigende stijl, die zonder enige twijfel kan beschouwd worden, wat soort en vorm betreft, als klassieke welsprekendheid. Maar nooit lijdt de duidelijkheid bij het verklaren van een waarheid onder een kunstige vorm; nooit spreekt of schrijft hij om zich te verzekeren van de bewondering van zijn toehoorders, maar om hun geest te verlichten, en hen aan te sporen tot die levenswijze, die in overeenstemming is met de waarheden, die zij belijden.
Referenties naar alinea 29: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
30
In zijn " Epistulae [914]" echter, die hij krachtens zijn ambt aan de Bisschoppen, staatshoofden, priesters, diakens en kloosterlingen van de gehele Kerk zond, toont de H. Leo zich op ieder gebied zeer ervaren in zijn beleid: hij bezit een scherpzinnige geest en een zo groot mogelijke praktische ervaring, die vastbesloten is tot handelen; hij blijkt ook onwrikbaar te zijn in zijn bedachtzaam genomen besluiten, gemakkelijk ook bereid tot vaderlijke toegevendheid en tenslotte brandend van die liefde, die de H. Paulus aan al zijn gelovigen voorhoudt als "de beste weg" (1 Kor. 12, 31) [b:1 Kor. 12, 31].
Referenties naar alinea 30: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
31
Is er wel iemand, die niet zou erkennen, dat deze zin voor rechtvaardigheid, verbonden met gevoelens van barmhartigheid en dat deze wil tot krachtig optreden, verbonden met het verlangen naar zachtmoedigheid waarvan zijn ziel doordrongen was, uit die liefde voort moet komen die Jesus Christus de H. Apostel Petrus Hem heeft willen doen beloven voordat Hij hem zijn lammeren en schapen gaf om deze te weiden en te besturen?. (Joh. 21, 15 - 17) [[b:Joh. 21, 15 - 17]]
Referenties naar alinea 31: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
32
Inderdaad heeft hij zich er altijd op toegelegd om zichzelf te beschouwen als een voorbeeld van Christus, de goede herder, zoals vooral uit de volgende passage blijkt:
Referenties naar alinea 32: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
33
"Laten wij ons van de ene kant omringen met de zachtmoedigheid van de toegevendheid, van de andere kant met de gestrengheid van de rechtvaardigheid. En daar het gehele leven van de Heer gekenmerkt wordt door barmhartigheid en waarheid, worden wij overeenkomstig de liefde, die de Apostolische Stoel eigen is, gedwongen ons gevoelen zó te beheersen, dat wij sommige fouten hoe dan ook moeten verdragen en andere diep moeten wegsnijden, na de zwaarte ervan niet met een en dezelfde maat gewogen te hebben". Ep. 12, 5, ad Episc. africanos PL 54, 652 [[914]]
Referenties naar alinea 33: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
34
Zowel de Sermones [913] als de Epistulae [914] vormen in alle opzichten een duidelijk bewijs van de gedachten en de gevoelens, van de woorden en de daden van de H. Leo, die met volle toewijding streefde naar het welzijn van de Katholieke Kerk en dit in waarheid, eensgezindheid en in vrede trachtte te doen voortbestaan.
Referenties naar alinea 34: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- HOOFDSTUK 2 Het 15e eeuwfeest van de H. Leo en het Tweede Vaticaans Concilie
35
Eerbiedwaardige Broeders, bij de nadering van de dag van afkondiging van het tweede oecumenisch Concilie van het Vaticaan [d:4], wanneer ongetwijfeld de Bisschoppen, gegroepeerd rondom de Paus en met hem op bewonderenswaardige wijze verenigd, aan de gehele wereld het schouwspel zullen geven van de katholieke eenheid, komt het Ons niet ongeschikt voor tot onderricht en bemoediging van de mensen, als Wij in het kort herinneren aan de juiste en zeer belangrijke ideeën, die de H. Leo zich in de geest gevormd heeft over de eenheid van de Kerk. Wij menen dat dit in hoge mate eervol is voor de nagedachtenis van deze zo grote Paus en dat dit tevens de gelovigen tot groot voordeel zal strekken, nu de zeer belangrijke gebeurtenis van het Concilie op komst is.
Referenties naar alinea 35: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Artikel 1 De Eenheid van de Kerk in de gedachte van de H. Leo
36
In het begin leert de H. Leo dat de Kerk één moet zijn omdat Christus Jezus, haar Bruidegom, waarlijk één is: "De Kerk is immers de maagd, de bruid van de ene Christus en zij laat niet toe dat zij door enige dwaalleer geschonden wordt, zodat zij over de gehele wereld voor ons de ongeschondenheid van de ene zuivere gemeenschap betekent". Ep. 80, 1, ad Anatolium episc. Constant. PL 54, 913 [[914]]
Referenties naar alinea 36: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
37
De H. Leo is van mening dat deze merkwaardige eenheid van de Kerk echter haar oorsprong vindt in de geboorte van het mensgeworden Woord van God, zoals zijn woorden duidelijk aantonen:
"De geboorte van Christus is immers de oorsprong van het christenvolk, en de geboortedag van het Hoofd is tevens de geboortedag van het Lichaam. Ofschoon ieder afzonderlijk van de geroepenen zijn eigen plaats heeft en alle zonen van de Kerk door de opeenvolging van de tijden gescheiden zijn, vormen zij toch tezamen het totaal der gelovigen dat zijn oorsprong vindt in de bron van het doopsel; zoals zij met Christus in Zijn lijden gekruisigd, met Hem in Zijn verrijzenis verrezen en met Hem in de hemelvaart aan de rechterhand van de Vader geplaatst zijn, zo zijn zij met Hem zelf in Zijn geboorte ontstaan". Sermones 26, 2 in Nativ. Domini, PL 54, 213 [[913]]
Referenties naar alinea 37: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
38
De voornaamste deelgenote aan deze geheimzinnige geboorte van dit "Lichaam van de Kerk" (Kol. 1, 18) [b:Kol. 1, 18] was Maria , omdat de H. Geest aan haar maagdelijkheid de vruchtbaarheid heeft geschonken. De H. Leo eert immers Maria "als Maagd en als dienstmaagd en moeder van de Heer" PL 54, 1157 [[405|2]] , "als Moeder van God" PL 54, 1157 [[405|2]], "als eeuwige maagd". vgl: 22, 2 in Nativ. Domini PL 54, 195 [[[913]]]
Referenties naar alinea 38: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
39
Bovendien maakt het Sacrament van het Doopsel - zoals de H. Leo duidelijk bevestigt - de mens, die door het doopwater besprenkeld is, niet alleen lid van Christus zelf, maar ook deelgenoot aan Zijn koninklijke waardigheid en aan Zijn priesterschap. "Het teken van het kruis maakt immers al degenen, die in Christus zijn wedergeboren, tot koning en de zalving van de H. Geest wijdt hen tot priester". vgl: Serm. 4, 1, in Nativ. Domini, PL 54, 149 [[[913]]] vgl: 64, 6 de Passione Domini, PL 54, 357 [[[913]]] vgl: 69, 4, PL 54, 870 [[[914]]] Vervolgens, wie door het Sacrament van het Vormsel - door de H. Leo "de heiligmaking door het Chrisma" genoemd - wordt gesterkt en aan Christus Jezus, het Hoofd van het Lichaam der Kerk, is gelijk gemaakt, vindt in het Sacrament van de Eucharistie zijn voltooiing. "Want de deelname aan het Lichaam en Bloed van Christus", zo zegt de H. Leo, "heeft geen ander doel dan ons te doen overgaan in datgene, wat wij hebben genuttigd; laten wij dan ook in alles, zowel in het vlees als in de geest, Hem dragen, met wie wij gestorven, begraven en verrezen zijn". vgl: 64, 7, de Passione Domini, PL 54, 357 [[[913]]]
Referenties naar alinea 39: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
40
Maar men moet inzien dat er geen volmaakte band bestaat tussen de gelovigen en de goddelijke Verlosser, het Hoofd van allen, en tussen de gelovigen onderling als leden van dit levende en zichtbare lichaam, als zij niet eveneens met elkaar door dezelfde deugden en door de gemeenschap van godsdienstige riten en sacramenten verenigd zijn en als zij niet tevens hetzelfde geloof bewaren en handhaven. Want, volgens de H. Leo: "Het ongeschonden en ware geloof, waaraan niets kan worden toegevoegd noch afgedaan, is een machtige hulp: want er is geen geloof, als het niet één is". 24,6, in Nativ. Domini. PL 54, 207 [[913]]
Referenties naar alinea 40: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
41
Opdat echter de eenheid van het geloof wordt bewaard, is noodzakelijk vereist dat de leraars van de goddelijke waarheden, namelijk de Bisschoppen, met elkaar in geest en woord overeenstemmen en dat zij hun mening laten overeenkomen met die van de Paus; daar immers
"het onderlinge verband in het gehele lichaam één toestand van gezondheid en van schoonheid veroorzaakt; dit onderlinge verband van het gehele lichaam vereist wel eensgezindheid, maar eist vooral de eendracht van de priesters. Ofschoon hun waardigheid gemeenschappelijk is, bereiken zij toch niet hierin dezelfde graad: want ook onder de heilige apostelen was de eer gelijk, doch er bestond een verschil in macht; en ofschoon de uitverkiezing van allen dezelfde was, werd het toch aan één gegeven om boven de anderen uit te steken". Ep. 14, 11, ad Anastasium, episc. Thessal. PL 54, 676 [[914]]
Referenties naar alinea 41: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Artikel 2 De Bisschop van Rome, middelpunt van de zichtbare eenheid
42
Volgens de mening dus van de H. Leo is de Bisschop van Rome als opvolger van Petrus en als Plaatsbekleder van Christus op aarde het hoofd en de top van iedere mogelijke eenheid, waaruit de Katholieke Kerk is samengesteld. Deze mening van de H. Leo, van ouds overgeleverd, is vast gegrondvest op het Evangelie en de Katholieke leer; dit blijkt zeer duidelijk uit deze woorden:
"Uit de gehele wereld wordt één Petrus gekozen , om aan het hoofd te staan van de geloofsverkondiging van alle volkeren en om gesteld te worden boven alle apostelen en vaders van de kerk: zodat, ofschoon er onder het volk Gods vele priesters en vele herders zijn, zij allen toch in feite bestuurd worden door Petrus , zoals zij ook oorspronkelijk door Christus worden bestuurd. Mijn geliefden , God heeft aan deze man een groot en bewonderenswaardig aandeel aan zijn macht geschonken ; en indien Hij andere gezagsdragers iets van Hem wilde schenken, dan heeft Hij het hun niet geweigerd, maar het hun steeds slechts door deze man gegeven." Serm. 4,2 de Natali ipsius, PL 54, 149-150 [[913]]
Referenties naar alinea 42: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
43
Daar hij van mening is dat de rechtsmacht, door God als een onverbreekbare band tussen Petrus en de andere Apostelen geschonken fundamenteel is voor de Katholieke eenheid, bevestigt hij deze waarheid in de volgende woorden:
"deze rechtsmacht, namelijk van te binden en te ontbinden, is ook op de andere apostelen overgegaan en de bepaling van dit besluit heeft zijn weg gevonden naar alle gezagsdragers van de Kerk maar niet tevergeefs wordt aan een toevertrouwd, opdat het aan alle anderen wordt medegedeeld. Deze macht wordt daarom dan ook speciaal aan Petrus gegeven omdat persoon van Petrus aan het hoofd geplaatst is van alle bestuurders van de Kerk.". Serm. 4,2 de natali ipsius, PL 54, 151 [[913]] vgl: Sermo 83, 2, in natali s. Petris Apost. PL 54, 430 [[[913]]]
Referenties naar alinea 43: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Artikel 3 De Voorrechten van het Leergezag van de H. Petrus en van zijn Opvolgers
44
Bovendien is het deze H. Paus wel terdege bekend dat een uiterst noodzakelijk hulpmiddel voor de zichtbare eenheid van de Kerk is ingesteld, namelijk het opperste leergezag, dat onfeilbaar is en door Christus Jezus aan Petrus zelf, de prins der Apostelen, en aan diens opvolgers is geschonken. De H. Leo laat dit duidelijk zien:
"De Heer heeft Petrus met een speciale zorg omringd en Hij heeft in het bijzonder voor het geloof van Petrus gebeden, alsof de volharding van de anderen zekerder zou zijn, indien de geest van hun leider niet zou bezwijken. In Petrus dus wordt de kracht van allen beschermd en de hulp van de goddelijke genade zo geordend, dat de standvastigheid, die door Christus aan Petrus wordt verleend, door Petrus op de apostelen wordt overgedragen". Serm. 4, 3, PL 54, 151-152 [[913]] vgl: Serm. 83, 2, PL 54, 451 [[[913]]]
Referenties naar alinea 44: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
45
Wat de H. Leo nu zo duidelijk en zo ernstig over de Apostel Petrus zegt, aarzelt hij niet ook op zichzelf toe te passen: Niet uit enigerlei menselijke eerzucht, maar omdat hij er innerlijk ten zeerste van overtuigd was dat hij, net als de prins der apostelen, de Plaatsbekleder van Christus op aarde was, zoals blijkt uit dit gedeelte van de preken, die door hem gehouden zijn:
Referenties naar alinea 45: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
46
"Het feest, waarop Wij uit dankbaarheid voor dit goddelijk geschenk de dag vieren van onze priesterwijding, is voor ons geen reden tot trots; want wij erkennen nederig en waarachtig dat Christus de oorzaak is van het goede, dat wij in ons priesterlijk werk doen; wij beroemen ons niet op onszelf, die zonder Hem tot niets in staat zijn, maar op Hem, die het ons mogelijk maakt". Serm. 5, 4, de natali ipsius, PL 54, 154 [[913]]
Referenties naar alinea 46: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
47
In deze woorden is hij er zover van af te menen dat de H. Petrus zich afzijdig houdt van het tegenwoordige bestuur van de Kerk van Christus, dat hij, standvastig vertrouwend op de goddelijke Stichter van de Kerk, toch ook al zijn vertrouwen stelt in de bescherming van de Apostel Petrus, voor wiens erfgenaam en opvolger hij zich houdt en wiens gezag hij bekleedt vgl: 3, 4, de nat. ipsius: PL 54, 147 [[[913]]] Zo schrijft hij de resultaten van zijn universeel ambt eerder toe aan de verdiensten van de Apostel Petrus dan aan zijn persoonlijke ijver. Ook dit laat hij duidelijk zijn:
Referenties naar alinea 47: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
48
"Indien wij iets goeds verrichten of een juist oordeel vormen, indien wij in ons dagelijks gebed iets van de barmhartigheid van God ontvangen, is dit te danken aan het werk en de verdiensten van hem (Petrus), op wiens zetel zijn invloed voortleeft en zijn gezag geldt". Serm. 3, 3, de nat. Ipsius, PL 54, 146 [[913]] vgl: Serm. 83, 3, in nat. S. Petris Apost. PL 54, 432 [[[913]]]
Referenties naar alinea 48: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
49
Men moet niet menen dat deze leer van de H. Leo nergens anders gehoord wordt. Want uit de overtuiging van zijn Voorgangers, de H. Innocentius I Ep. 30 ad Concil. Milev. PL 20, 590 [[2195]] en van de H. Bonifatius I Ep. 13, ad Rufum episc. Thessaliae, 11 mart. 422 [[7183]], en volledig in overeenstemming met die plaatsen van het Evangelie, die hij meer dan eens verklaard heeft (Mt. 16, 17-18; Lc. 22, 31-32; Joh. 21, 15-17) [[b:Mt. 16, 17-18; Lc. 22, 31-32; Joh. 21, 15-17]], houdt hij voor zeker dat zijn Opperherderschap hem door Christus is geschonken. Want hij zegt: "De zorg, die wij moeten hebben voor alle Kerken, komt op de voornaamste plaats voort uit een goddelijke instelling" Ep. 14, 1 ad Anastasium, episc. Thessal. PL 54, 668 [[914]]
Referenties naar alinea 49: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Artikel 4 De geestelijke grootheid van Rome
50
Wat is er dan verwonderlijk als de H. Leo gewoonlijk zijn hulde aan de Prins der Apostelen met een lofrede op Rome vergezeld doet gaan? Want in een rede over de Apostelen Petrus en Paulus spreekt hij over de Stad in deze woorden:
Referenties naar alinea 50: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
51
"Zij zijn immers de mannen, door wie voor u, Rome, het Evangelie heeft geschitterd&. Zij zijn het, die u zó roemvol hebben gemaakt, dat gij, het heilige, uitverkoren volk, de priesterlijke en koninklijke stad, die door de zetel van de H. Petrus het hoofd van de wereld is geworden, meer door uw godsdienst dan door uw aardse heerschappij de voorrang hebt. Want ofschoon gij door talrijke overwinningen uw opperheerschappij te land en te zee verder hebt uitgebreid, hebt gij toch minder door uw oorlogen aan u onderworpen, dan door de vrede van Christus". Serm. 82, 1 in nat. Apost. Petri et Pauli, PL 54, 422-423 [[913]]
Referenties naar alinea 51: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
52
Toen hij hen eraan had herinnerd met welke prachtige woorden de H. Paulus getuigenis had afgelegd van het geloof van de Romeinse christenen in die tijd, maakte de zeer schrandere Paus van deze vaderlijke opwekking gebruik om hen aan te sporen hun eigen geloof ongeschonden, zonder contact met de dwalingen, te bewaren:
Referenties naar alinea 52: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
53
"Geliefden in God, die door de apostolische getuigenis zijt geprezen, toen de H. Apostel Paulus, de leraar der heidenen, over u zei: "Omdat uw geloof over heel de wereld wordt geroemd" (Rom. 1, 8) [b:Rom. 1, 8] bewaart dan ook in u wat zo'n grote geloofsverkondiger over u heeft gesproken. Moge niemand van u zich van deze lof vervreemden, opdat zelfs de besmetting van de goddeloosheid van Eutyches niet in staat zal zijn u te besmetten, die gedurende zoveel eeuwen onder leiding van de H. Geest door geen enkele ketterij zijt aangetast". Serm. 86, 3, tract. Contra har. Eutychis, PL 54, 468 [[913]]
Referenties naar alinea 53: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Artikel 5 Grote weerklank van zijn bewonderenswaardige werken
54
De werkelijk buitengewone moeite, die de H. Leo had aangewend om het leergezag van de Romeinse Kerk te beschermen, is geenszins zonder resultaat gebleven; het is immers vooral aan zijn waardigheid te danken geweest dat niet alleen de Bisschoppen van de Kerkprovincies van het Westen, die te Rome bij de Concilies aanwezig waren, de "burcht van de apostel Petrus" eerden en prezen, maar ook de meer dan 500 Vaders van het Oosten, die te Chalcedon bijeen waren gekomen Mansi, Concil. Ampliss... Mansi, Concil. Ampliss. Collect. VI, p. 913 en de keizers van Constantinopel zelf Ep. 100, 3 Carciani imper. Ad Leonem, episc. Romae, PL 54, 972 [[914]] Ep. 77, 1 Pulcheriae aug. Ad Leonem, episc. Romae PL 54, 907 [[914]]
Referenties naar alinea 54: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
55
In het jaar 449, voordat namelijk het grote Concilie van Chalcedon [d:360] werd bijeengeroepen, had Theodoretus, Bisschop van Cyro, zelfs deze beroemde lofrede tot de Bisschop van Rome en zijn overgelukkige kudde gehouden:
Referenties naar alinea 55: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
56
"Aan U immers past het onder allen de eerste plaats in te nemen, daar Uw zetel door talrijke voorrechten wordt gesierd. Andere steden worden beroemd door hun uitgestrektheid, hun pracht of door het aantal inwoners: aan Uw stad heeft de Gever van alle goed echter een overvloed van goederen gegeven. Zij immers is de grootste en meest beroemde van alle, zij staat aan het hoofd van de gehele wereld en zij bezit een overvloedig aantal inwoners.... Bovendien bezit zij als lichtpunten voor de zielen van de gelovigen de graven van Petrus en Paulus, onze gemeenschappelijke vaders en leraren van de waarheid. Deze beide heilige lichten zijn in het Oosten ontstaan en hebben hun stralen naar alle richtingen uitgezonden; maar in het Westen hebben zij uit eigen beweging het leven gelaten en van daar uit verlichten zij nu de gehele wereld. Zij hebben U een zeer verheven zetel nagelaten: Deze vormt wel het hoogste hun zetel beroemd gemaakt door op haar Uw Heiligheid te plaatsen, die de stralen van het ware geloof verspreidt." Ep. 52, 1 Theodoreti episc. Ad Leonem episc. Romae, PL 54, 847 [[914]]
Referenties naar alinea 56: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
57
Maar de uitzonderlijke eerbewijzen, die de Bisschoppen van de Oosterse Kerk aan de H. Leo hebben getoond, zijn na zijn dood niet opgehouden. Want het liturgisch boek van de Byzantijnse ritus viert de H. Leo op 18 februari: Hij wordt daar met recht genoemd: "De leider van het gezonde geloof, de leraar gesierd door grote heiligheid en verheven waardigheid, de ster van de wereld, het sieraad en het licht van de Christenen, de lier van de H. Geest". Mènaia tou holou eniautou.. Mènaia tou holou eniautou III, Roma 1896, p. 612
Referenties naar alinea 57: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Artikel 6 Wensen voor de terugkeer van de afgescheiden broeders
58
Met deze lofprijzing stemt het Menologium van Gelasius volledig overeen, waarin dit vermeld staat:
"Onze Vader Leo dwingt wegens zijn talrijke deugden, zijn zelfbeheersing en zijn zuiverheid, aller bewondering af en als bisschop van het grote Rome heeft hij vele andere dingen op waardige wijze door zijn deugden tot stand gebracht; maar vooral heeft hij uitgeblonken in datgene, wat het ware geloof betreft". Migne, PG 117, 319 Migne, PG 117, 319
Referenties naar alinea 58: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
59
Eerbiedwaardige Broeders, Wij hebben dit in uw aller herinnering willen terugbrengen om u ervan te overtuigen dat deze uiterst waardevolle overeenstemming van eerbewijzen, waarmee in de oudheid de heiligheid van de H. Leo de Grote werd geprezen, zowel in de landen van het Oosten als die van het Westen gemeenschappelijk was. O, werden die bewijzen van de oude en gemeenschappelijke achting voor de H. Leo maar weer hernieuwd door hen, die vandaag de wetenschap van de Kerk vertegenwoordigen, maar die van de Kerk van Rome gescheiden zijn!
Referenties naar alinea 59: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
60
Want wanneer de betreurenswaardige geschilpunten, die juist betrekking hebben op de leer en de wijd verbreide activiteit van deze onsterfelijke Paus, waren opgelost, dan zou met een nog helderder licht dat geloof stralen, dat door henzelf wordt aanvaard: "Er is één God en ook één middelaar tussen God en de mensen: De mens Christus Jezus" (1 Tim. 2, 5) [b:1 Tim. 2, 5].
Referenties naar alinea 60: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
61
Evenals Wij, die immers de H. Leo op de Stoel van Petrus te Rome zijn opgevolgd, met dezelfde krachtige geloofsovertuiging de goddelijke oorsprong belijden van het gebod van Jezus Christus aan Zijn Apostelen en hun opvolgers om het Evangelie aan alle volkeren te verkondigen en hun eeuwig geluk te verzekeren, zo wensen Wij vurig - en hier herhalen Wij de vrome wensen van de H. Leo - dat alle volkeren de weg zullen volgen die leidt naar de waarheid, de liefde en de vrede.
Referenties naar alinea 61: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
62
En om deze reden zelf, opdat namelijk de Kerk beter haar verheven taak kan voltooien, hebben Wij het plan opgevat om het Tweede Oecumenisch Concilie van het Vaticaan [d:4] bijeen te roepen, en Wij vertrouwen daarbij volledig dat deze zo plechtige bijeenkomst van de Bisschoppen niet alleen door nauwere betrekkingen die eenheid van geloof, van eredienst en van gezag bevestigt, die een eigen en bijzonder kenteken is van de ware Kerk van Christus hoofdstuk 3 [[115|10-16]] , maar dat zij ook de ogen van zeer velen op zich richt, die de naam van christen dragen en dat zij hen allen aanspoort om zich te verzamelen rond "De grote Herder van de schapen" (Hebr. 13, 20) [b:Hebr. 13, 20], die aan Petrus en diens opvolgers zijn kudde ter voortdurende bewaking heeft toevertrouwd (Joh. 21, 15-17) [[b:Joh. 21, 15-17]]
Referenties naar alinea 62: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
63
Wij verlangen dat Onze vurige oproep, waarmee Wij allen tot de eenheid van de Kerk uitnodigen, de stem laat weerklinken van Leo, die in de vijfde eeuw deze zelfde eenheid telkens weer opnieuw de gelovigen heeft ingeprent. Eveneens wensen Wij die prachtige woorden te herhalen, die tot de gelovigen van alle Kerken zijn gericht door de H. Ireneus, die volgens het plan van de Goddelijke Voorzienigheid vanuit Azië is geroepen om de bisschopszetel van Lyon te bezetten en die hij met zijn martelaarschap heeft gesierd. Want nadat hij op de ongeschonden en nooit onderbroken reeks Pausen had gewezen, aan wie de macht van de beide Prinsen der Apostelen als erfgoed is overgeleverd 1. III, c, 2, n 2. PG 7, 848 [[848]], spoort hij alle christenen aldus aan:
Referenties naar alinea 63: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
64
"Wegens haar groter gezag moet iedere Kerk, d.w.z. alle gelovigen die er zijn, met deze Kerk overeenkomen; en door de gemeenschap met haar hebben al die gelovigen (of ook: al de hoofden van de kerken) de apostolische traditie bewaard" 1. III, c, 2, n 2. PG 7, 848 [[848]]
Referenties naar alinea 64: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
65
Smachtend verlangen Wij ernaar dat Onze oproep tot eenheid een weerklank moge zijn van de bede, die de Redder van het menselijk geslacht in het laatste Avondmaal tot Zijn Vader heeft gericht: "Mogen ze allen één zijn zoals Gij, Vader, het zijt in Mij en Ik in U; mogen ze ook één zijn in Ons" (Joh. 17, 21) [b:Joh. 17, 21].
Referenties naar alinea 65: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
66
Wie zou eraan twijfelen dat dit gebed door de hemelse Vader zó wordt verhoord als door Hem het bloedig Kruisoffer is aanvaard? Heeft Christus de Heer niet verzekerd dat Hij altijd door de Vader zou verhoord worden?. (Joh. 11, 42) [[b:Joh. 11, 42]] Daarom geloven Wij ook met een vast geloof dat de Kerk, waarvoor Christus Zelf gebeden heeft, waarvoor Hij zich op het Kruis heeft geofferd, en aan wie Hij beloofd heeft dat haar Zijn machtige hulp nooit zou ontbreken, altijd één, heilig, katholiek en apostolisch geweest is en zal blijven, zoals door haar Stichter is bepaald.
Referenties naar alinea 66: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
67
Maar helaas, wij zien in deze tijd, juist zoals vroeger, dat de Kerk niet die eenheid toont, krachtens welke al degenen, die in Christus geloven, ook hetzelfde geloof belijden, dezelfde eredienst gebruiken en aan hetzelfde oppergezag gehoorzamen. Toch constateren Wij tot Onze blijde troost en met hoopvolle verwachting dat er in de verschillende delen van de wereld door meerderen steeds talrijker pogingen in het werk worden gesteld, die er met veel moed naar streven om te bereiken, dat onder de Christenen van de gehele wereld ook die zichtbare eenheid wordt hersteld, die op een waardige wijze zal voldoen aan de bedoelingen, de opdracht en de wensen van de Goddelijke Verlosser. Daar Wij echter de overtuiging hebben, dat deze eenheid die door zoveel mensen van goede wil onder ingeving van de H. Geest gewenst wordt, op generlei wijze kan bereikt worden dan volgens deze voorspelling van Christus: "Het zal worden één schaapstal en één herder" (Joh. 10, 16) [b:Joh. 10, 16].
Referenties naar alinea 67: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
68
Wij smeken dan ook in Ons gebed dezelfde Christus, die wij als bemiddelaar en voorspreker hebben bij de Vader (1 Tim. 2, 5; 1 Joh. 2, 1) [[b:1 Tim. 2, 5; 1 Joh. 2, 1]], dat alle christenen de kentekenen mogen herkennen, waardoor de ware Kerk van de andere wordt onderscheiden, en dat zij zich als haar meest toegewijde zonen bij haar mogen aansluiten.
Moge dan ook de zeer goedertierene God geven, dat deze zo lang verwachte dag, waarop de gelukkige eensgezindheid van allen zal worden bereikt, zo spoedig mogelijk zal aanbreken! zullen allen, die door Christus zijn verlost, in één familie verenigd, tezamen Gods barmhartigheid prijzen en in zeer grote vreugde gezamenlijk met de oude Psalmist zingen: "Zie hoe goed en aangenaam het is om als broeders met elkaar te wonen!" (Ps. 132, 1) [b:Ps. 132, 1].
Moge dan ook de zeer goedertierene God geven, dat deze zo lang verwachte dag, waarop de gelukkige eensgezindheid van allen zal worden bereikt, zo spoedig mogelijk zal aanbreken! zullen allen, die door Christus zijn verlost, in één familie verenigd, tezamen Gods barmhartigheid prijzen en in zeer grote vreugde gezamenlijk met de oude Psalmist zingen: "Zie hoe goed en aangenaam het is om als broeders met elkaar te wonen!" (Ps. 132, 1) [b:Ps. 132, 1].
Referenties naar alinea 68: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
69
Deze vrede nu, waardoor de kinderen van eenzelfde Vader en de mede-erfgenamen van eenzelfde eeuwig geluk zich met elkaar zullen verzoenen, zal de heerlijke triomf verzekeren van het Mystieke Lichaam van Jezus Christus.
Referenties naar alinea 69: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- HOOFDSTUK 3 Laatste aansporingen
70
Eerbiedwaardige Broeders, Wij zien in de vijftiende eeuw na het afsterven van de H. Leo de Grote dat de Kerk door moeilijkheden en zorgen gedrukt wordt, waarvan Wij beweerd hebben dat zij enige gelijkenis vertonen met de stroom van moeilijkheden, waardoor de Kerk in de loop van de vijfde eeuw werd verontrust. Hoeveel stormen immers bestoken in onze tijd de Kerk en storten zich dan ook over Ons hart! En heeft de goddelijke Verlosser het ons duidelijk voorspeld!
Referenties naar alinea 70: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
71
Wij constateren dat op vele plaatsen "het geloof in het Evangelie" (Fil. 1, 27) [[b:Fil. 1, 27]] in groot gevaar wordt gebracht; wij zien dat er ergens getracht wordt - doch meestal tevergeefs - om de Bisschoppen, de priesters en de gelovigen zich rampzalig te laten afscheiden van dit bolwerk van katholieke eenheid, namelijk van de Stoel van Rome.
Referenties naar alinea 71: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
72
Opdat dit soort gevaar van het gebied van de Kerk wordt geweerd, zullen Wij met vertrouwen op de bescherming en het geloof van deze Paus een beroep doen, die door zijn initiatieven, zijn gepubliceerde geschriften en zijn geduldig gedragen leed verreweg de grootste was voor de zaak van de Katholieke eenheid.
Referenties naar alinea 72: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
73
Tot hen echter, die om reden van de waarheid en de rechtvaardigheid zuchten, richten wij deze troostrijke woorden, die de H. Leo eertijds tot de geestelijkheid, de wereldlijke overheid en het volk van Constantinopel gesproken heeft: "volhardt dus in de geest van het katholieke geloof en aanvaardt door onze bediening van het woord de aanmoediging van de Apostel: "Want dan valt u de genade ten deel niet alleen in Christus te geloven maar ook voor Hem te lijden" (Fil. 1, 29) [b:Fil. 1, 29] Ep. 50, 2, ad Const.: PL 54, 843 [[914]]
Referenties naar alinea 73: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
74
Wat hen echter betreft, bij wie de katholieke eenheid veilig en bestendig is: Wij, die ofschoon verreweg de mindere in verdiensten, de Plaatsbekleder van de goddelijke Verlosser zijn, Wij vragen voor hen aan de hemelse Vader hetzelfde, wat Christus heeft afgesmeekt voor Zijn zeer geliefde leerlingen en voor hen die in Hem wilden geloven: "Heilige Vader, Ik vraag U dat zij een volmaakte eenheid mogen bezitten". (Joh. 17, 11.20.23) [[b:Joh. 17, 11.20.23]]
Referenties naar alinea 74: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
75
Voor alle kinderen van de Kerk bidden Wij zeer vurig tot God, dat hun eenheid die volmaaktheid en voltooiing zal bereiken, die zij alleen door de liefde, "Die de band is der volmaaktheid" (Kol. 3, 14) [b:Kol. 3, 14] kunnen verkrijgen. Want uit die ene liefde, waardoor wij ertoe gebracht worden om God boven alles lief te hebben en waardoor wij tevens bewogen worden om onze naasten met alle opgewekte, blijde en ruime welwillendheid te bejegenen, volgt dit vooral, dat de H. Kerk, "Die de tempel is van de levende God" (2 Kor. 6, 16) [[b:2 Kor. 6, 16]], en al haar kinderen door een bovenaardse schoonheid uitblinken.
Referenties naar alinea 75: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
76
Daarom sporen Wij deze zonen van de Kerk aan met de woorden, die Wij ontlenen aan de H. Leo:
"Daar nu alle gelovigen tezamen en ieder afzonderlijk één en dezelfde tempel van God vormen, moet deze zowel in allen als in de enkelingen volmaakt zijn: Want ofschoon alle leden niet dezelfde schoonheid bezitten en er in zo'n grote verscheidenheid van delen geen gelijkheid van verdiensten kan zijn, toch wordt door de band van de liefde een gemeenschappelijke luister verkregen. Want ofschoon zij, eensgezind in de heilige liefde niet dezelfde weldaden van de genade ontvangen, verheugen zij zich toch met elkaar over hun goederen en wat men ook bemint, het kan niet buiten hen omgaan, want zij, die zich verheugen over de vooruitgang van anderen, verrijken zichzelf". H. Paus Leo I de Grote Serm... H. Paus Leo I de Grote Serm. 48, 1, de Quadrag. PL 54, 298-299
Referenties naar alinea 76: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
77
Tenslotte, Eerbiedwaardige Broeders, kunnen Wij deze Encycliek niet beëindigen zonder de vurigste wens tot de Onze te maken, die uit het hart van de H. Leo de Grote voortkwam, namelijk dat het Ons gegeven zij, om allen, die door het allerkostbaarst Bloed van Jezus Christus zijn verlost, verenigd te zien onder de éne banier van de Strijdende Kerk, en hen als in slagorde krachtig weerstand te zien bieden aan de aanvallen van de vijanden, die in de verschillende delen van de wereld zonder ophouden het christelijk geloof in gevaar brengen.
Referenties naar alinea 77: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
78
Want, om wederom de woorden van Onze voortreffelijke Voorganger te gebruiken:
"Dan slechts wordt het volk van God zeer machtig, wanneer de harten van alle gelovigen in de eenheid van de heilige gehoorzaamheid overeenstemmen, en wanneer in het kamp der christenen de uitrusting tot de strijd en de verdediging overal hetzelfde zijn". H. Paus Leo I de Grote Ep... H. Paus Leo I de Grote Ep. 88, 2, PL 54, 441-442
Referenties naar alinea 78: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
79
Want als in de Kerk van Christus de liefde zal heersen, zal de vorst der duisternis op geen enkele wijze de overhand krijgen:
"Want de werken van de duivel zullen dan met des te meer kracht vernietigd worden, wanneer de harten der mensen op die liefde jegens God en de naaste worden gericht". H. Paus Leo I de Grote Ep... H. Paus Leo I de Grote Ep. 95, 2, ad Pulcheriam august. PL. 54, 943
Referenties naar alinea 79: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
80
Opdat dit op voorspoedige wijze zal gebeuren, moge de Apostolische Zegen, die Wij U allen afzonderlijk, Eerbiedwaardige Broeders, en aan de aan Uw aandachtige waakzaamheid toevertrouwde kudden met vaderlijke liefde schenken, U dienen tot bemoedigend teken van Onze verwachting en tot bemoedigend teken van Onze verwachting en tot voorteken van de hemelse genaden.
Referenties naar alinea 80: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
81
Gegeven te Rome bij Sint Petrus, 11 november van het jaar 1961, het vierde van Ons Pontificaat. Paus Johannes XXIII
Referenties naar alinea 81: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediaReferenties naar dit document: 1
Open uitgebreid overzichthttps://rkdocumenten.nl/toondocument/524-aeterna-dei-sapientia-nl