Rapport van de synodecommissie ter onderzoek van gevaarlijke opvattingen en van het atheïsme
x
Informatie over dit document
Rapport van de synodecommissie ter onderzoek van gevaarlijke opvattingen en van het atheïsme
Bisschoppensynodes
28 oktober 1967
Curie
1967, Katholiek Archief jrg 22, nr 50
Alineaverdeling en -nummering: redactie
Alineaverdeling en -nummering: redactie
28 oktober 1967
16 maart 2014
4996
nl
Referenties naar dit document: 1
Open uitgebreid overzichtReferenties naar dit document van thema's en berichten
Open uitgebreid overzichtExtra opties voor dit document
Kopieer document-URL naar klembord Reageer op dit document Deel op social mediaInhoudsopgave
Uitklappen
- Inhoud
De synodale commissie [d:323] heeft rekening gehouden met de interventies van de vaders betreffende het document van de Congregatie voor de Geloofsleer [d:106] en het rapport van kardinaal Browne. In de korte tijdsruimte waarover de commissie beschikte en volgens de schikking van de kardinaal-voorzitters over de taak van deze commissie, heeft zij gewerkt aan een getrouwe synthese van de verklaringen van de vaders in de aula van de synode. De commissie merkte op de eerste plaats op, dat de vaders speciaal gesproken hadden over de moeilijkheden die betrekking hadden op de zuiverheid zelf van het geloof van de Kerk en over haar wijze van voorstellen in de tegenwoordige omstandigheden, weinig sprekers hebben uitdrukkelijk het probleem van het atheïsme behandeld, hoewel allen zich bewust waren van een zekere atheïstische mentaliteit en van haar invloed op de hedendaagse wereld'. Terwijl wij de meer gedetailleerde opmerkingen terzijde laten, willen wij in dit rapport aan de vaders van de synode de volgende drie punten voorleggen. Op de eerste plaats wordt in het kort samengevat, wat de vaders van de synode hebben gezegd over de moeilijkheden die tegenwoordig bij het godsvolk bestaan over het bewaren en de juiste verklaring van de zuiverheid van de geloofsleer. Op de tweede plaats worden de princiepen voorgesteld die in genoemde crisis allereerst de handelwijze van de herders van de Kerk en ook die van de theologen moeten leiden. Op de derde plaats zullen wij de wensen formuleren waarvan wij als vertolkers van de mening van de vaders denken, dat zij het meest geschikt zijn om de huidige moeilijkheden te overwinnen.
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- HOOFDSTUK 1 Over de huidige crisis in het geloof en de katholieke leer
1
Een zeer groot aantal vaders heeft over de moeilijkheden gesproken die op dit ogenblik het geloof van het volk Van God verontrusten of kunnen verontrusten. Zoals uit hun zeggen blijkt, zijn deze moeilijkheden voor een groot deel ontstaan uit de huidige crisis van de beschaving zelf en van de menselijke cultuur. Het Tweede Vaticaans Concilie heeft zich vooral in de pastorale constitutie over de Kerk in de wereld van deze tijd [575] uitdrukkelijk met deze crisis beziggehouden; de vaders hebben zich dikwijls op dit document beroepen, zelfs in persoonlijke citaten. Sommigen hebben bijvoorbeeld opgemerkt, dat er in het profane leven een evolutie plaatsvindt in de structuren en de denkwijze zelf en dat het traditionele beeld van de mens en van de wereld in twijfel wordt getrokken. Dit verschijnsel is minstens voor een deel te wijten aan de bewonderenswaardige vooruitgang van de wetenschap en van de beschaving: het brengt de mensen er dikwijls toe om geheel op te gaan in hun activiteiten. Dit verschijnsel is ook voor een deel te verklaren uit het steeds levendiger bewustzijn van het evolutie-karakter van het heelal, van het menselijk leven en van de geschiedenis. Dit alles loopt uit op een antropologie die tot in de filosofische systemen haar uitdrukking vindt en waardoor de mens zich met zijn aardse verantwoordelijkheden zo verheven voelt, dat zij de 'verticale dimensie' uit het oog verliest die hem richt op God en op het bovennatuurlijk geluk. Aldus komt de mens gemakkelijk tot een praktisch of theoretisch atheïsme. Hieruit volgt, dat veel mensen met een dergelijke mentaliteit althans praktisch de Kerk of de godsdienst zelf verwerpen, die eerder de menselijke vooruitgang belemmert dan begunstigt.
Referenties naar alinea 1: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
2
Door de woorden van Joannes XXIII aan te halen, hebben de vaders dan ook gezegd, dat het de Kerk in deze omstandigheden niet geoorloofd is te zwijgen; dat zij integendeel de geopenbaarde waarheid moet verkondigen die zijzelf altijd heeft overgeleverd door zich ook van nieuwe formuleringen te bedienen die aan de nieuwe kijk op de dingen zijn aangepast, met behoud van dezelfde betekenis en dezelfde inhoud. vgl: Gaudet Mater Ecclesia [[[126]]] vgl: Dei Filius [[[115|17-22]]] Deze taak is absoluut noodzakelijk ondanks de moeilijkheden en de grote gevaren die zij meebrengt. De herders van de Kerk hebben sedert het begin van het concilie onder de leiding van de pausen deze taak inderdaad doeltreffend op zich genomen.
Referenties naar alinea 2: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
3
Om het werk van het concilie te doen slagen, hebben talrijke theologen reeds ernstige en succesvolle pogingen ondernomen: zij hebben zich verdiept in de belangrijke onderwerpen van het concilie en hun rijkdom aan het licht gebracht, vooral op het gebied van de Bijbelse theologie, van de dogmatiek en de moraal en op dat van de oecumenische beweging en de liturgie. Alle vaders zijn het erover eens, dat dit werk een sterke aanbeveling verdient. Ook de meeste zielzorgers onder de priesters hebben in groot aantal belangrijke pogingen ondernomen om hun gelovigen een juiste kennis van het concilie bij te brengen en volgens de richtlijnen van het concilie de hernieuwing van de liturgie en van geheel het kerkelijk leven te bevorderen. Zoals de vaders ook hebben opgemerkt, dient men zich zeker ook te verheugen over de ijver die zoveel leken aan de dag leggen om zich steeds meer de kennis van de christelijke boodschap te verwerven zoals zij vervat ligt in de Heilige Schrift en zich openbaart in de liturgie van de Kerk en in haar activiteit in de wereld.
Referenties naar alinea 3: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
4
Men sta ons toe op te merken, dat het niet te verwonderen is, dat een bepaalde moeilijkheid en zelfs onzekerheid is ontstaan uit deze volkomen gerechtvaardigde en vruchtbare vernieuwing die door het Tweede Vaticaans Concilie in de Kerk is aangebracht: zij heeft een menigte gebruiken en denkwijzen die tot dan toe onveranderlijk schenen, gewijzigd en de christenen gedrongen tot nieuwe overdenking en tot een nieuwe stijl in hun christelijk en liturgisch leven.
Referenties naar alinea 4: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
5
Maar talrijke vaders meenden, dat het zeer betreurenswaardig is, dat men op bepaalde plaatsen zover is gekomen, dat het niet meer gaat om een gezond en vruchtbaar zoeken noch om gewettigde pogingen waardoor men zou trachten de traditionele leer aan te passen aan de nieuwe behoeften en de nieuwe normen van de hedendaagse menselijke cultuur, maar dat het thans gaat om onredelijke vernieuwingen, om verkeerde meningen en zelfs om geloofsdwalingen, want men begrijpt en verklaart de geloofswaarheden verkeerd en men handhaaft niet meer de noodzakelijke eenheid in het geloof, als men het beter begrip van de leer wil bevorderen. De vaders hebben het bijzonder betreurd, dat bepaalde katholieken in feite een of andere geloofswaarheid in twijfel trekken, speciaal over onze kennis van God, over de persoon van Christus en over zijn verrijzenis, over de eucharistie, het mysterie van de erfzonde, de objectieve en duurzame waarde van de moraalwet en de altijddurende maagdelijkheid van Maria.
Referenties naar alinea 5: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
6
Vandaar bemerkt men een toestand van onrust en twijfel in de Kerk onder de gelovigen en de herders, die gepaard gaat met een ernstig nadeel voor het geestelijk leven van het volk van God. Zeker, deze toestand is niet op iedere plaats op dezelfde wijze noch in dezelfde graad in alle sociale lagen van het godsvolk waarneembaar. Het is gemakkelijk te begrijpen, dat zij meer op de voorgrond treedt bij personen van een hogere ontwikkeling wegens de speciale moeilijkheden die zij ondervinden, wanneer zij het geloof in overeenstemming met de rede willen brengen; maar bij de arbeidersmilieus bestaan omtrent het geloof en de Kerk moeilijkheden en problemen die op dezelfde wijze door hen in alle delen van de wereld worden gevoeld. In de missielanden en in enkele andere gebieden, waar het meest dringende en ernstige probleem dat van de geloofsverkondiging is en van een voldoend catechetisch onderwijs van het volk, schijnen de moeilijkheden beperkt te blijven tot kleine groepen priesters en leken. Maar de vaders hebben doen opmerken, dat men moet vrezen, dat de dwaalbegrippen zich in korte tijd weldra ook in deze gebieden van de wereld zullen verspreiden en in kracht zullen toenemen tot groter nadeel van het apostolaat van de Kerk en van de gelovigen zelf.
Referenties naar alinea 6: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
7
De vaders hebben verschillende oorzaken van deze ongelukkige toestand aangegeven die een bijzondere aandacht verdienen om zich te kunnen voorbereiden op het vinden van geschikte middelen ertegen. Onder de voornaamste oorzaken dienen gerekend te worden: een zekere vermindering van het gevoel van het bovennatuurlijk geloof in de mensen die zich van hun natuurlijke krachten bewust zijn; bij een groot aantal ook de verwaarlozing van het persoonlijk gebed tot God; soms, naar de mening van sommigen, een spaarzaam gebruik van het pastorale ambt in de verkondiging van de waarheid en in het wegnemen van de dwalingen; het vergeten of minachten van de leer en van het gezag van de Kerk, hetzij van de bisschoppen hetzij van de paus zelf; een willekeurige en verkeerde interpretatie van de geest van het concilie; en tenslotte een verkeerd begrepen onderscheid tussen wat tot de katholieke leer behoort en wat wordt overgelaten aan de vrije en gewettigde discussie onder de theologen.
Referenties naar alinea 7: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
8
Een speciaal probleem ontstaat er in onze tijd uit het feit, dat de pers en de andere communicatiemiddelen onmiddellijk over de gehele wereld iedere gebeurtenis op godsdienstig gebied verspreiden, waar zij ook plaatsvindt; dit nieuws wordt gemakkelijk een gelegenheid tot ergernis als gevolg van de misvormde vereenvoudigingen die de publiciteitsorganen het soms doen ondergaan of wegens de verscheidenheid van het godsdienstig leven in de verschillende landen of tenslotte omdat men niet genoeg ontzag heeft voor de betekenis van de traditionele leer. Soms zijn het priesters, religieuzen, theologen, opvoeders en anderen die op een onvoorzichtige manier en zonder voldoende zorg voor de opvoedende waarde van het geloof hun medewerking verlenen aan dit soort propaganda. Na dit ons inziens getrouw overzicht is er in dit kort rapport geen gelegenheid stil te staan bij bijzondere afwijkingen, hetgeen de vaders ook niet hebben gedaan. Maar uitgaande van hun interventies zullen wij in een bepaalde logische volgorde de princiepen uiteenzetten over de pastorale houding in deze omstandigheden.
Referenties naar alinea 8: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- HOOFDSTUK 2 Over de princiepen
- Artikel 1 De noodzaak van een voortdurende geloofsverkondiging
9
Door het katholiek geloof ontvangen wij de gelukkige boodschap van God, zich openbarend in zijn Zoon in zoverre deze boodschap, toevertrouwd aan de Kerk en trouw bewaard, door haar levend leraarsambt te geloven wordt voorgesteld. vgl: Dei Verbum [[[576|10]]] Dit geloof is een goddelijke gave, waardoor wij die in God geloven door eerbewijs en overgave naar God worden bewogen, een beweging die het begin van het geluk is; maar dit geloof is ook afhankelijk van een menselijke verkondiging volgens het woord van de apostel: 'Het geloof ontstaat door de prediking' (Rom. 10, 17) [b:Rom. 10, 17].
Referenties naar alinea 9: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
10
Vooral in deze tijd is het dus noodzakelijk, dat dit geloof, waardoor de mens antwoordt aan Christus die spreekt in zijn Kerk, het object is van voortdurende pogingen tot opvoeding en bevestiging. De taak om het geloof te onderhouden, behoort op de eerste plaats aan de bisschoppen met de medewerking van de priesters en met de hulp van de religieuzen, maar zij behoort ook aan de leken die zich wijden aan de geloofsverkondiging en aan het godsdienstonderricht en zelfs aan alle gelovigen, in het bijzonder aan de ouders ten opzichte van hun kinderen. Alle zonen van de Kerk moeten zich dus, ieder volgens het charisma dat hij heeft ontvangen, verantwoordelijk voelen voor de heilige gave van het geloof dat zij moeten meedelen aan de mensen van deze tijd. De synode stelt er prijs op aan deze plicht te herinneren in de loop van het 'jaar van het geloof' dat de paus heeft ingesteld, die zelf zonder ophouden met moedige ijver de zo belangrijke opdracht vervult om het geloof te prediken.
Referenties naar alinea 10: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Artikel 2 Persoonlijke en collegiale uitoefening van het kerkelijk leergezag
11
Volgens de leer van de Kerk is de opdracht om op authentieke wijze, dus krachtens het gezag van Christus, het geloof en de zeden te verkondigen, toevertrouwd aan alle opvolgers van de apostelen. Tot de paus in zijn persoonlijk onderricht en tot het college van bisschoppen, in een oecumenisch concilie bijeen, behoort de taak om door de onafgebroken uitoefening van dit leerambt te voorzien in de behoeften van het christenvolk; maar zij niet alleen, want ieder van de herders van de Kerk heeft krachtens zijn ambt dezelfde zeer zware plicht in zijn eigen territorium of gebied. In onze dagen wordt deze heilige opdracht op een meer aangepaste wijze in collegiale vorm uitgeoefend door de bisschoppenconferenties. Ieder van hen dient deze opdracht te vervullen, rekening houdend met de gemeenschap in de leer die gehandhaafd moet blijven met het bisschoppencollege van de gehele wereld en op de eerste plaats met de Apostolische Stoel. Met de zorg voor de behoeften van alle kerken zal men elkaar helpen, verwarring voorkomen en de eenheid versterken.
Referenties naar alinea 11: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
12
Op een wijze die is aangepast aan de moderne mentaliteit moet men alle gelovigen duidelijk de verplichting en de oprechte instemming voorhouden die zij dienen te hebben met betrekking tot de verklaringen van het kerkelijk leergezag, zij het dan volgens het gevarieerd karakter van deze verschillende verklaringen op diverse wijzen, zoals het Tweede Vaticaans Concilie het leert. vgl: Lumen Gentium [[[617|25]]]
Referenties naar alinea 12: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Artikel 3 Het pastoraal karakter van de uitoefening van het leerambt
13
In de vervulling van hun leerambt zullen de bisschoppen ervoor zorgen trouw het geloofspand te bewaren en hun kudde te behoeden voor de dreigende gevaren. Maar gewoonlijk zal het beter zijn de positieve methode te gebruiken die bestaat in het uiteenzetten van de waarheid en zich niet tevreden te stellen met de negatieve methode van het veroordelen van de dwaling. Men zal dus altijd de nadruk moeten leggen op wat het geopenbaarde mysterie laat zien als de authentieke heilsboodschap die beantwoordt aan de problemen en de verlangens van de hedendaagse mens. Bovendien zullen de bisschoppen zich ervan bewust zijn, dat in het bewaren van dit geloofspand verdere ontwikkeling van het geloofsbegrip wettig en zelfs noodzakelijk is; deze vooruitgang dient rekening te houden met de ontwikkeling van de wetenschappen en van de cultuur en met de nieuwe kwesties die voortdurend opkomen. Alvorens aan hun gelovigen een leer over moeilijke of nieuwe punten te geven, moeten zij dan ook oplettend luisteren naar de theologen en andere deskundigen en verstandige adviezen van hun priesters en leken trachten te bekomen. vgl: Lumen Gentium [[[617|37]]] Immers, 'omdat de Kerk tot taak heeft in gesprek te komen met de menselijke gemeenschap te midden waarvan zij leeft, zijn het allereerst de bisschoppen die naar de mensen moeten gaan om in gesprek met hen te komen en dit gesprek op gang te brengen'. Christus Dominus [[646|13]]
Referenties naar alinea 13: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
14
Deze handelwijze mag geen beletsel zijn om krachtig het gezag in het bestuur van Gods Kerk volgens de geest van het Tweede Vaticaans Concilie uit te oefenen door de misbruiken of de afwijkingen op leerstellig, pastoraal of liturgisch gebied uit te sluiten. Men moet hen liefdevol vermanen die zich vermetel of onvoorzichtig tonen; hen die in de ongehoorzaamheid zouden volharden, zou men uit hun functie moeten verwijderen. De apostel zelf beveelt aan om krachtig te zijn en 'onderricht te geven met groot geduld' aan hen die de gezonde leer niet verdragen. v. [[b:2 Tim. 4, 2]]
Referenties naar alinea 14: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Artikel 4 Het werk en de verantwoordelijkheid van de theologen
15
Ofschoon de theologen niet de opdracht hebben om 'authentiek' te onderrichten, bekleden zij in de Kerk een belangrijke rol en bewijzen zij haar een onmisbare dienst. Het is hun taak om in een voortdurend pogen een volmaakter begrip en een volmaaktere uitdrukking na te streven van de geopenbaarde waarheid en aldus volgens hun vermogen een antwoord te geven op nieuwe kwesties die voortdurend ontstaan en die dikwijls buitengewoon belangrijk zijn voor het christelijk bestaan zelf.
Referenties naar alinea 15: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
16
Om hun taak normaal te kunnen vervullen, dient men hun zeker de juiste mate van vrijheid te laten om nieuwe wegen in te slaan en de vroegere verworvenheden aan te passen. Zelf moeten zij zich nederig en trouw in de dienst van het woord van God stellen en het niet gebruiken als een middel om hun eigen meningen te doen gelden. Deze juiste vrijheid moet altijd worden gehandhaafd binnen de grenzen van het woord van God zoals het voortdurend is bewaard en geleerd en verklaard door het levend leergezag van de Kerk, op de eerste plaats door dat van de plaatsbekleder van Jezus Christus. Mogen de theologen zich bewust zijn van hun zware verantwoordelijkheid zowel in het zoeken van de waarheid in alle wetenschappelijke eerlijkheid als in de bekendmaking van hun conclusies: deze moeten zij voorstellen op een wijze die hun broeders inspireert tot eerbied en liefde jegens het woord van God en jegens de Kerk, meesteres van de waarheid. Laten de bisschoppen de samenwerking tussen de theologen onderling bevorderen en vooral de gedachtewisselingen tussen de theologen en het leergezag, in het bijzonder door bisschoppelijke commissies voor de leer.
Referenties naar alinea 16: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Artikel 5 De verspreiding van de leer
17
Van allen die enig aandeel hebben in de verspreiding van de leer wordt een geheel bijzondere pastorale voorzichtigheid verwacht, vooral wegens de snelle en universele verspreiding dank zij de sociale communicatiemiddelen.
Referenties naar alinea 17: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
18
Opdat deze informatie zal dienen om op te bouwen en niet om te vernietigen, zal men de princiepen van een aangepaste pedagogie eerbiedigen: wat men op de eerste plaats als onwankelbaar in het geloof en het christelijk leven moet voorstellen, zijn de zekere en fundamentele punten; de nieuwe elementen dienen zo te worden behandeld, dat zij dank zij een aangepaste wijze van voorstellen de standvastigheid van het geloof in de Kerk doen uitkomen; de eenvoudige hypothesen moeten tenslotte worden voorgesteld met de graad van waarschijnlijkheid die zij inderdaad bezitten en rekening houdend met de manier waarop zij hoogst waarschijnlijk zullen worden begrepen. Men dient zeker met de moeilijkheid rekening te houden die voortkomt uit het feit, dat sommige personen geneigd zijn om volgens hun eigen denkwijze de betekenis van iedere kwestie te bezien die op het eerste gezicht schijnt af te wijken van de gangbare wijzen om de waarheid te begrijpen en uit te drukken. Zo kan het zelfs theologen die voortdurend bezield zijn met de zorg om volledig met de Kerk in overeenstemming te zijn, overkomen om in de ogen van het gelovige volk op onjuiste wijze door te gaan voor onvoorzichtige hernieuwers.
Referenties naar alinea 18: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
19
De bisschoppen moeten ervoor zorgen, dat de gelovigen worden geholpen om steeds meer volwassen te worden in het geloof in een wereld die van dag tot dag meer een wordt; hun voorzichtige en oplettende liefde zal er terzelfder tijd voor zorgen, dat, bijzonder wat de publicaties betreft, een gebrek aan deskundigheid of aan voorzichtigheid bij enkele personen het geloof in de gehele gemeenschap niet zal benadelen.
Referenties naar alinea 19: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
20
Laten allen die onderrichten, schrijven of prediken zich van de plicht bewust zijn om in gemeenschap met het leergezag en onder zijn leiding te handelen.
Referenties naar alinea 20: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Artikel 6 Over de eenheid tussen het getuigenis van het leven en van het woord
21
Met de medewerking van alle gelovigen en speciaal van de priesters en de religieuzen moeten de bisschoppen niet alleen door hun woord getuigenis afleggen van hun geloof, maar ook door hun gedrag en vooral door hun authentieke liefde volgens de sporen van Christus die ons zozeer heeft bemind. Hier dient men te benadrukken, hoe noodzakelijk het is, dat de Kerk, dank zij de gezamenlijke activiteit van haar herders en gelovigen, speciaal van hen die belangrijke functies bekleden in het sociale leven, werkelijk bezorgd is om de rechtvaardigheid en de liefde niet alleen tussen de afzonderlijke personen te doen heersen, maar ook op sociaal en internationaal vlak. Dit grote getuigenis van rechtvaardigheid en liefde, zo toepasselijk in de huidige toestand en zo in overeenstemming met de leer van het Tweede Vaticaans Concilie [d:4] en met de encyclieken Mater et Magistra [90], Ut Unum Sint [73] en Populorum Progressio [266], is absoluut onmisbaar, opdat deze massa mensen die in de gehele wereld de algemene ellende, de sociale onrechtvaardigheid en allerlei soorten van discriminatie moeten verdragen ertoe zullen komen om werkelijk in de Kerk een teken te herkennen dat onder de volkeren is opgericht. (Jes. 11, 12) [[b:Jes. 11, 12]]
Referenties naar alinea 21: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- HOOFDSTUK 3 Wensen
22
Behalve de pastorale princiepen heeft de synodale commissie uit de interventies van de vaders twee wensen opgenomen en in zekere mate uiteengezet welke aan de paus dienen te worden aangeboden.
Referenties naar alinea 22: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Artikel 1 Vorming theologische Commissie
23
De eerste heeft tot object: de vorming van een theologische commissie.
Referenties naar alinea 23: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
24
a) Behaagt het de vaders, dat een theologische commissie wordt gevormd? Deze commissie zou zijn samengesteld uit theologen van verschillende scholen die voor een bepaalde tijd worden aangewezen en die zich onderscheiden door hun wijsheid, een erkende wetenschappelijke deskundigheid en die in verschillende delen van de westerse en oosterse kerk verblijven. Het zou de rol van deze commissie zijn, om met eerbiediging van de wetenschappelijke en wettige vrijheid haar medewerking te verlenen aan de Heilige Stoel en in het bijzonder aan de Congregatie voor de geloofsleer, vooral naar aanleiding van meer belangrijke leerstellige kwesties.
Referenties naar alinea 24: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
25
b) Behaagt het de vaders, dat voor het aanwijzen van deze theologen namen worden voorgesteld' aan het oordeel van de paus door de bisschoppenconferenties die, na de universiteiten of de theologische faculteiten van hun gebied op de juiste wijze te hebben geconsulteerd, deskundige theologen menen te kunnen voorstellen?
Referenties naar alinea 25: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Artikel 2 Het opstellen van een verklaring over geloofskwesties
26
Tweede wens: het opstellen van een verklaring over geloofskwesties.
Referenties naar alinea 26: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
27
Behaagt het de vaders, dat de Apostolische Stoel, na het advies van de bisschoppenconferenties te hebben ingewonnen, een positieve en pastorale verklaring opstelt over de kwesties die betrekking hebben op de huidige leerstellige problematiek, zodat het geloof van het volk van God een vaste leiding ontvangt?
Referenties naar alinea 27: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediaReferenties naar dit document: 1
Open uitgebreid overzichthttps://rkdocumenten.nl/toondocument/4996-rapport-van-de-synodecommissie-ter-onderzoek-van-gevaarlijke-nl