Tra le sollecitudini - Inter sollicitudines
x
Informatie over dit document
Tra le sollecitudini - Inter sollicitudines
Instructie over de gewijde muziek
Paus Pius X
20 november 1903
Pauselijke geschriften - Motu Proprio
1949, Ecclesia Docens, G&S 0148-780149
Vert. uit het Latijn
Tussentitels, alineaverdeling en -nummering: redactie Ecclesia Docens
Zie de gebruiksvoorwaarden van de documenten
Tussentitels, alineaverdeling en -nummering: redactie Ecclesia Docens
Zie de gebruiksvoorwaarden van de documenten
1949
8 februari 2023
308
nl
Referenties naar dit document: 19
Open uitgebreid overzichtReferenties naar dit document van thema's en berichten
Open uitgebreid overzichtExtra opties voor dit document
Kopieer document-URL naar klembord Reageer op dit document Deel op social mediaInhoudsopgave
Uitklappen
- DEEL 1 Inleiding
Onder de zorgen van het herderlijk ambt, niet enkel van deze allerhoogste leerstoel, die wij door een onnaspeurlijke beschikking der Voorzienigheid weliswaar onwaardig bezetten, maar ook van alle andere Kerken, neemt ongetwijfeld het handhaven en bevorderen van de luister van Gods huis een geheel bijzondere plaats in. Hier immers worden de verheven geheimen van de godsdienst gevierd en komt het christenvolk bijeen om de genade der sacramenten te ontvangen, het heilig Altaaroffer bij te wonen, het hoogverheven Sacrament van het Lichaam des Heren te aanbidden en deel te nemen aan het gemeenschappelijk gebed der Kerk bij de openbare plechtige eredienst. Daarom mag er in het kerkgebouw niets voorkomen dat deze vrome godsvrucht der gelovigen verhindert of zelfs maar doet afnemen, niets dat een redelijke grond geeft tot afkeer en ergernis, niets vooral dat rechtstreeks ingaat tegen de waardigheid en heiligheid van de eredienst en daarom het huis des gebeds en de goddelijke majesteit onwaardig zou zijn.
Wij willen hier niet afzonderlijk de verschillende misbruiken bespreken, die zich op dit gebied kunnen voordoen. Thans gaat onze aandacht naar een van de meest voorkomemde en moeilijkst uit te roeien misbruiken, dat men soms zelfs daar moet betreuren, waar al het andere de hoogste lof verdient om de schoonheid en pracht van het kerkgebouw, om de luister en nauwgezette onderhouding der ceremonies, om het deelnemen van de clerus, om de waardigheid en vroomheid der dienstdoende geestelijken. Wij bedoelen het misbruik inzake de gewijde zang en muziek.
Hetzij nu dit misbruik voortkomt uit de aard dezer kunst, die in zich aan wisseling onderhevig en veranderlijk is, of uit de steeds wisselende smaak en gewoonten in de loop der tijden, of uit de noodlottige invloed van de profane theaterkunst op de gewijde muziek, of uit het genot, dat de muziek rechtstreeks geeft en dat niet altijd gemakkelijk binnen de juiste perken te houden is, of ten slotte uit de vele vooroordelen, die op dit gebied zo gemakkelijk insluipen en zich daarna taai handhaven, ook bij gezaghebbende en godvruchtige personen: een feit is het, dat er voortdurend neiging bestaat om af te wijken van de juiste richtlijnen, die door het doel zelf waartoe de kunst wordt toegelaten bij de eredienst, worden aangegeven.
Deze richtlijnen zijn zeer duidelijk uitgedrukt in de kerkelijke wetten, de bepalingen der algemene en provinciale concilies en de voorschriften; die verscheidene malen door de romeinse congregaties en onze voorgangers, de pausen, werden uitgevaardigd.
Met ware voldoening willen wij gaarne het vele goeds erkennen, dat op dit gebied in de laatste tientallen van jaren gedaan is in onze goede stad Rome en in vele kerken van ons vaderland, maar geheel in het bijzonder bij enkele volkeren, waar voortreffelijke mannen vol ijver voor de dienst van God, met goedkeuring van de H. Stoel en onder leiding hunner bisschoppen, zich hebben aaneengesloten tot bloeiende verenigingen, waardoor zij de gewijde muziek in bijna al hun kerken en kapellen tot het hoogste aanzien hebben gebracht.
Maar deze gelukkige toestand is nog verre van algemeen, en als wij bij onze eigen persoonlijke ervaring te rade gaan en rekening houden met de ontelbare klachten, die van alle kanten ons bereikten in de korte tijd sinds het de Heer behaagde onze geringe persoon te verheffen tot de hoogste waardigheid van het pausschap, achten wij het onze eerste plicht zonder verder uitstel onze stem te verheffen en af te keuren en te veroordelen alles wat bij de liturgische handelingen en de kerkelijke getijden afwijkt van de boven aangegeven juiste richtlijnen.
Daar het inderdaad ons allervurigst verlangen is, dat de ware christelijke geest op elk gebied, weer opbloeie en bewaard blijve in alle gelovigen, moeten wij bovenal bedacht zijn op de heiligheid en waardigheid van het kerkgebouw; want hier komen de gelovigen samen om juist die geest te verwerven aan de voornaamste en onontbeerlijke bron, nl. de werkdadige deelname aan de hoogheilige geheimen en aan het openbare en plechtige gebed der Kerk. Maar tevergeefs zouden wij hopen daarvoor de overvloedige zegen des hemels te verkrijgen, wanneer ons dienstbetoon aan de Allerhoogste, in plaats van op te stijgen in geur van zoetheid, integendeel in de handen des Heren die gesels zou leggen, waarmede de goddelijke Heiland reeds eenmaal de onwaardige schenners uit de tempel verjoeg.
Nieuwe kerkmuzikale wetgeving derhalve: opdat in het vervolg niemand, meer aankome met de verontschuldiging, dat hij zijn plicht niet duidelijk kent, en elke twijfel omtrent de verklaring van enige reeds bestaande wetten wordt weggenomen, hebben wij het nuttig geoordeeld in het kort die beginselen vast te leggen, welke de gewijde muziek bij de liturgische plechtigheden regelen, en de voornaamste voorschriften der Kerk tegen de meer algemene misbruiken op dit gebied samen te vatten in één groot plan. Daarom vaardigen wij volkomen willens en wetens deze instructie uit, waaraan wij als aan een rechtsgeldig wetboek der gewijde muziek uit de volheid van ons apostolisch gezag kracht van wet verlenen, en waarvan wij aan allen eigenhandig de meest nauwgezette onderhouding opleggen.
Wij willen hier niet afzonderlijk de verschillende misbruiken bespreken, die zich op dit gebied kunnen voordoen. Thans gaat onze aandacht naar een van de meest voorkomemde en moeilijkst uit te roeien misbruiken, dat men soms zelfs daar moet betreuren, waar al het andere de hoogste lof verdient om de schoonheid en pracht van het kerkgebouw, om de luister en nauwgezette onderhouding der ceremonies, om het deelnemen van de clerus, om de waardigheid en vroomheid der dienstdoende geestelijken. Wij bedoelen het misbruik inzake de gewijde zang en muziek.
Hetzij nu dit misbruik voortkomt uit de aard dezer kunst, die in zich aan wisseling onderhevig en veranderlijk is, of uit de steeds wisselende smaak en gewoonten in de loop der tijden, of uit de noodlottige invloed van de profane theaterkunst op de gewijde muziek, of uit het genot, dat de muziek rechtstreeks geeft en dat niet altijd gemakkelijk binnen de juiste perken te houden is, of ten slotte uit de vele vooroordelen, die op dit gebied zo gemakkelijk insluipen en zich daarna taai handhaven, ook bij gezaghebbende en godvruchtige personen: een feit is het, dat er voortdurend neiging bestaat om af te wijken van de juiste richtlijnen, die door het doel zelf waartoe de kunst wordt toegelaten bij de eredienst, worden aangegeven.
Deze richtlijnen zijn zeer duidelijk uitgedrukt in de kerkelijke wetten, de bepalingen der algemene en provinciale concilies en de voorschriften; die verscheidene malen door de romeinse congregaties en onze voorgangers, de pausen, werden uitgevaardigd.
Met ware voldoening willen wij gaarne het vele goeds erkennen, dat op dit gebied in de laatste tientallen van jaren gedaan is in onze goede stad Rome en in vele kerken van ons vaderland, maar geheel in het bijzonder bij enkele volkeren, waar voortreffelijke mannen vol ijver voor de dienst van God, met goedkeuring van de H. Stoel en onder leiding hunner bisschoppen, zich hebben aaneengesloten tot bloeiende verenigingen, waardoor zij de gewijde muziek in bijna al hun kerken en kapellen tot het hoogste aanzien hebben gebracht.
Maar deze gelukkige toestand is nog verre van algemeen, en als wij bij onze eigen persoonlijke ervaring te rade gaan en rekening houden met de ontelbare klachten, die van alle kanten ons bereikten in de korte tijd sinds het de Heer behaagde onze geringe persoon te verheffen tot de hoogste waardigheid van het pausschap, achten wij het onze eerste plicht zonder verder uitstel onze stem te verheffen en af te keuren en te veroordelen alles wat bij de liturgische handelingen en de kerkelijke getijden afwijkt van de boven aangegeven juiste richtlijnen.
Daar het inderdaad ons allervurigst verlangen is, dat de ware christelijke geest op elk gebied, weer opbloeie en bewaard blijve in alle gelovigen, moeten wij bovenal bedacht zijn op de heiligheid en waardigheid van het kerkgebouw; want hier komen de gelovigen samen om juist die geest te verwerven aan de voornaamste en onontbeerlijke bron, nl. de werkdadige deelname aan de hoogheilige geheimen en aan het openbare en plechtige gebed der Kerk. Maar tevergeefs zouden wij hopen daarvoor de overvloedige zegen des hemels te verkrijgen, wanneer ons dienstbetoon aan de Allerhoogste, in plaats van op te stijgen in geur van zoetheid, integendeel in de handen des Heren die gesels zou leggen, waarmede de goddelijke Heiland reeds eenmaal de onwaardige schenners uit de tempel verjoeg.
Nieuwe kerkmuzikale wetgeving derhalve: opdat in het vervolg niemand, meer aankome met de verontschuldiging, dat hij zijn plicht niet duidelijk kent, en elke twijfel omtrent de verklaring van enige reeds bestaande wetten wordt weggenomen, hebben wij het nuttig geoordeeld in het kort die beginselen vast te leggen, welke de gewijde muziek bij de liturgische plechtigheden regelen, en de voornaamste voorschriften der Kerk tegen de meer algemene misbruiken op dit gebied samen te vatten in één groot plan. Daarom vaardigen wij volkomen willens en wetens deze instructie uit, waaraan wij als aan een rechtsgeldig wetboek der gewijde muziek uit de volheid van ons apostolisch gezag kracht van wet verlenen, en waarvan wij aan allen eigenhandig de meest nauwgezette onderhouding opleggen.
Referenties naar deze alinea: 4
Vicesimus Quintus Annus ->=geentekst=De arte Sacra ->=geentekst=
H. Paus Pius X ->=geentekst=
Bij gelegenheid van het eeuwfeest van het Motu Proprio Tra le Sollecitudini over de sacrale muziek ->=geentekst=
Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- DEEL 2 Instructie over de gewijde muziek
- HOOFDSTUK 1 Algemene beginselen
1
Bij gelegenheid van het eeuwfeest van het Motu Proprio Tra le Sollecitudini over de sacrale muziek ->=geentekst=
Daar de gewijde muziek een noodzakelijk onderdeel uitmaakt der plechtige liturgie, heeft zij ook hetzelfde algemene doel, nl. de eer van God en de heiliging en stichting der gelovigen. Zij draagt bij tot de waardigheid en luister der kerkelijke plechtigheden, en heeft tot voornaamste taak de liturgische tekst, die aan de gelovigen wordt voorgehouden, met een passende melodie te omkleden; bijgevolg is haar geheel eigen doel, aan die tekst een grotere uitdrukkingskracht te verlenen, opdat aldus de gelovigen gemakkelijker tot godsvrucht opgewekt en meer geschikt worden om de vruchten der genade in zich op te nemen, die aan de viering der hoogheilige geheimen verbonden zijn.
Referenties naar alinea 1: 2
Eén enige menselijke familie ->=geentekst=Bij gelegenheid van het eeuwfeest van het Motu Proprio Tra le Sollecitudini over de sacrale muziek ->=geentekst=
Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
2
Bij gelegenheid van het eeuwfeest van het Motu Proprio Tra le Sollecitudini over de sacrale muziek ->=geentekst=
Bij gelegenheid van het eeuwfeest van het Motu Proprio Tra le Sollecitudini over de sacrale muziek ->=geentekst=
Bij gelegenheid van het eeuwfeest van het Motu Proprio Tra le Sollecitudini over de sacrale muziek ->=geentekst=
Eigenschappen van de gewijde muziek
De kerkmuziek moet derhalve zoveel mogelijk de eigenschappen der liturgie bezitten, te weten wijding en schoonheid, waaruit vanzelf dat andere kenmerk volgt, nl. algemeenheid.
Zij moet gewijd zijn, en bijgevolg alles wat werelds is uitsluiten, niet enkel in zich, maar ook in de wijze van uitvoering.
Zij moet ware kunst zijn; anders kan zij op het gemoed van den hoorder niet die uitwerking hebben, die de Kerk beoogt, als zij de toonkunst in haar eredienst betrekt.
Maar zij moet daarnaast ook algemeen zijn, in die zin, dat elk volk ook in de kerkmuziek weliswaar zijn eigen aard mag volgen; doch dit moet ondergeschikt blijven aan het algemeen karakter der gewijde muziek, zodat niemand van een ander volk bij het aanhoren er van onaangenaam getroffen worde.
De kerkmuziek moet derhalve zoveel mogelijk de eigenschappen der liturgie bezitten, te weten wijding en schoonheid, waaruit vanzelf dat andere kenmerk volgt, nl. algemeenheid.
Zij moet gewijd zijn, en bijgevolg alles wat werelds is uitsluiten, niet enkel in zich, maar ook in de wijze van uitvoering.
Zij moet ware kunst zijn; anders kan zij op het gemoed van den hoorder niet die uitwerking hebben, die de Kerk beoogt, als zij de toonkunst in haar eredienst betrekt.
Maar zij moet daarnaast ook algemeen zijn, in die zin, dat elk volk ook in de kerkmuziek weliswaar zijn eigen aard mag volgen; doch dit moet ondergeschikt blijven aan het algemeen karakter der gewijde muziek, zodat niemand van een ander volk bij het aanhoren er van onaangenaam getroffen worde.
Referenties naar alinea 2: 4
Musicam Sacram ->=geentekst=Bij gelegenheid van het eeuwfeest van het Motu Proprio Tra le Sollecitudini over de sacrale muziek ->=geentekst=
Bij gelegenheid van het eeuwfeest van het Motu Proprio Tra le Sollecitudini over de sacrale muziek ->=geentekst=
Bij gelegenheid van het eeuwfeest van het Motu Proprio Tra le Sollecitudini over de sacrale muziek ->=geentekst=
Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- HOOFDSTUK 2 Soorten van gewijde muziek
3
Bij gelegenheid van het eeuwfeest van het Motu Proprio Tra le Sollecitudini over de sacrale muziek ->=geentekst=
Gregoriaans; verhouding tot meerstemmige muziek; volkszang
Deze eigenschappen worden in de hoogste mate aangetroffen bij de gregoriaanse zang, die bijgevolg de eigen zang der Roomse Kerk is; de enige zang, die zij van de oude Vaderen heeft overgeërfd, die zij in de loop der eeuwen naijverig heeft bewaard in haar liturgische boeken, die zij als haar eigen bezit rechtstreeks aan de gelovigen voorhoudt, die zij in sommige gedeelten van haar liturgie uitsluitend voorschrijft, en die door de jongste onderzoekingen op zo gelukkige wijze is hersteld in zijn oorspronkelijke gaafheid en zuiverheid.
Om deze redenen is de gregoriaanse zang altijd beschouwd als het volmaaktste voorbeeld van gewijde muziek, zodat men zeer terecht de volgende algemene wet kan opstellen:
Een kerkelijke compositie draagt des te meer een gewijd en liturgisch karakter, naarmate zij in bouw, opvatting en klank het gregoriaans meer benadert; en zij is de Kerk des te meer onwaardig, naarmate zij zich van dat allerhoogste model meer verwijdert.
De oude, overgeleverde gregoriaanse zang moet daarom op ruime schaal hersteld worden bij de plechtigheden van de eredienst, en een ieder moet goed weten, dat een kerkelijke plechtigheid niets verliest van haar luister, als zij alleen maar door deze muziek begeleid wordt.
Geheel in het bijzonder zorge men er voor het gregoriaans weer bij het volk in zwang te brengen, opdat de gelovigen opnieuw, evenals vroeger, aan de kerkelijke diensten meer actief deelnemen.
Deze eigenschappen worden in de hoogste mate aangetroffen bij de gregoriaanse zang, die bijgevolg de eigen zang der Roomse Kerk is; de enige zang, die zij van de oude Vaderen heeft overgeërfd, die zij in de loop der eeuwen naijverig heeft bewaard in haar liturgische boeken, die zij als haar eigen bezit rechtstreeks aan de gelovigen voorhoudt, die zij in sommige gedeelten van haar liturgie uitsluitend voorschrijft, en die door de jongste onderzoekingen op zo gelukkige wijze is hersteld in zijn oorspronkelijke gaafheid en zuiverheid.
Om deze redenen is de gregoriaanse zang altijd beschouwd als het volmaaktste voorbeeld van gewijde muziek, zodat men zeer terecht de volgende algemene wet kan opstellen:
Een kerkelijke compositie draagt des te meer een gewijd en liturgisch karakter, naarmate zij in bouw, opvatting en klank het gregoriaans meer benadert; en zij is de Kerk des te meer onwaardig, naarmate zij zich van dat allerhoogste model meer verwijdert.
De oude, overgeleverde gregoriaanse zang moet daarom op ruime schaal hersteld worden bij de plechtigheden van de eredienst, en een ieder moet goed weten, dat een kerkelijke plechtigheid niets verliest van haar luister, als zij alleen maar door deze muziek begeleid wordt.
Geheel in het bijzonder zorge men er voor het gregoriaans weer bij het volk in zwang te brengen, opdat de gelovigen opnieuw, evenals vroeger, aan de kerkelijke diensten meer actief deelnemen.
Referenties naar alinea 3: 2
Bij gelegenheid van het eeuwfeest van het Motu Proprio Tra le Sollecitudini over de sacrale muziek ->=geentekst=Bij gelegenheid van het eeuwfeest van het Motu Proprio Tra le Sollecitudini over de sacrale muziek ->=geentekst=
Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
4
Klassieke polyphonie
De bovengenoemde kenmerken (wijding, schoonheid en algemeenheid) zijn ook in hoge mate eigen aan de klassieke polyphonie, vooral van de Romeinse school, die in de 16e eeuw haar toppunt van volmaaktheid bereikte in Pierluigi da Palestrina, en ook daarna composities van uitnemende liturgische en muzikale waarde bleef voortbrengen.
De klassieke polyphonie komt het hoogste model van alle gewijde muziek, het gregoriaans, zeer nabij; en om deze reden werd zij evenals het gregoriaans waardig bevonden voor de plechtigste diensten, die de Kerk kent, nl. die van de pauselijke kapel. Daarom moet ook deze muziek op ruime schaal hersteld worden bij de kerkelijke plechtigheden, vooral in de grote basilieken, kathedralen, seminaries en andere kerkelijke instellingen, waar de nodige middelen gewoonlijk niet ontbreken.
De bovengenoemde kenmerken (wijding, schoonheid en algemeenheid) zijn ook in hoge mate eigen aan de klassieke polyphonie, vooral van de Romeinse school, die in de 16e eeuw haar toppunt van volmaaktheid bereikte in Pierluigi da Palestrina, en ook daarna composities van uitnemende liturgische en muzikale waarde bleef voortbrengen.
De klassieke polyphonie komt het hoogste model van alle gewijde muziek, het gregoriaans, zeer nabij; en om deze reden werd zij evenals het gregoriaans waardig bevonden voor de plechtigste diensten, die de Kerk kent, nl. die van de pauselijke kapel. Daarom moet ook deze muziek op ruime schaal hersteld worden bij de kerkelijke plechtigheden, vooral in de grote basilieken, kathedralen, seminaries en andere kerkelijke instellingen, waar de nodige middelen gewoonlijk niet ontbreken.
Referenties naar alinea 4: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
5
Moderne muziek
De Kerk heeft altijd de vooruitgang der kunsten erkend en bevorderd, en voor de dienst der liturgie alle goeds en schoons aanvaard, dat de menselijke geest in de loop der eeuwen vermocht te vinden, altijd echter behoudens de liturgische wetten. Bijgevolg wordt ook de meer moderne muziek in de kerk toegelaten, daar ook zij composities biedt van zulke schoonheid, ernst en waardigheid, welke de liturgische plechtigheden geenszins onwaardig zijn.
Daar echter de moderne muziek voornamelijk voor profane doeleinden is ontstaan zal men hier zorgvuldiger moeten waken, dat de toonzettingen in moderne stijl, welke in de kerk worden toegelaten, niets profaans bevatten, geen herinneringen opwekken aan opera-motieven, en zelfs de uiterlijke vorm van profane stukken niet navolgen.
De Kerk heeft altijd de vooruitgang der kunsten erkend en bevorderd, en voor de dienst der liturgie alle goeds en schoons aanvaard, dat de menselijke geest in de loop der eeuwen vermocht te vinden, altijd echter behoudens de liturgische wetten. Bijgevolg wordt ook de meer moderne muziek in de kerk toegelaten, daar ook zij composities biedt van zulke schoonheid, ernst en waardigheid, welke de liturgische plechtigheden geenszins onwaardig zijn.
Daar echter de moderne muziek voornamelijk voor profane doeleinden is ontstaan zal men hier zorgvuldiger moeten waken, dat de toonzettingen in moderne stijl, welke in de kerk worden toegelaten, niets profaans bevatten, geen herinneringen opwekken aan opera-motieven, en zelfs de uiterlijke vorm van profane stukken niet navolgen.
Referenties naar alinea 5: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
6
Opera-stijl
Onder de verschillende soorten van moderne muziek, die in de afgelopen eeuw, bijzonder in Italië in zwang waren, is vooral de opera-stijl voor liturgische plechtigheden al heel weinig geschikt. Uiteraard staat deze muziek lijnrecht tegenover de gregoriaanse zang en de klassieke polyphonie, en komt zij dus in strijd met de hoogste wet van alle goede kerkmuziek. Bovendien komt de inwendige bouw, het ritme en het zogenaamde conventionalisme van deze stijl al heel slecht overeen met de eisen der ware liturgische muziek.
Onder de verschillende soorten van moderne muziek, die in de afgelopen eeuw, bijzonder in Italië in zwang waren, is vooral de opera-stijl voor liturgische plechtigheden al heel weinig geschikt. Uiteraard staat deze muziek lijnrecht tegenover de gregoriaanse zang en de klassieke polyphonie, en komt zij dus in strijd met de hoogste wet van alle goede kerkmuziek. Bovendien komt de inwendige bouw, het ritme en het zogenaamde conventionalisme van deze stijl al heel slecht overeen met de eisen der ware liturgische muziek.
Referenties naar alinea 6: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- HOOFDSTUK 3 De liturgische tekst
7
De eigen taal der Roomse Kerk is het Latijn; bijgevolg is het verboden bij de plechtig-liturgische diensten iets in de volkstaal te zingen, geheel in het bijzonder de veranderlijke of vaste delen van Mis en Getijden.
Referenties naar alinea 7: 1
Instructio de musica sacra et sacra liturgia ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
8
Bij elke liturgische plechtigheid zijn de teksten, die in muziek kunnen gezongen worden, bepaald, evenals hun volgorde; daarom is het niet geoorloofd deze volgorde te veranderen, de voorgeschreven teksten te vervangen door andere van eigen keuze, of ze geheel of gedeeltelijk weg te laten, tenzij de rubrieken toestaan enige verzen van de tekst te laten reciteren door het koor, terwijl het orgel de muziek aanvult. Alleen is het toegestaan volgens de gewoonte der Roomse Kerk na het Benedictus der plechtige Mis een motet te zingen ter ere van het H. Sacrament. Zo is het ook geoorloofd na het zingen van het voorgeschreven Offertorium der Mis, in de tijd die overblijft, een kort motet te zingen op woorden door de Kerk goedgekeurd.
Referenties naar alinea 8: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
9
De liturgische tekst moet gezongen worden zoals hij in de boeken staat, zonder verandering of verplaatsing der woorden zonder ongemotiveerde herhalingen, zonder de lettergrepen te scheiden, en altijd zó, dat de gelovige toehoorders de tekst kunnen verstaan.
Referenties naar alinea 9: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- HOOFDSTUK 4 Uiterlijke vorm der gewijde composities
10
De afzonderlijke delen van Mis en Getijden moeten ook in de muziek die opvatting en vorm behouden, welke daaraan door de traditie verbonden is, en die in het gregoriaans zo voortreffelijk tot uitdrukking komt. Verschillend is daarom de toonzetting van een Introïtus, van een Graduale, een antifoon, psalm, hymne, Gloria in excelsis enz.
Referenties naar alinea 10: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
11
In het bijzonder moeten de volgende regels onderhouden worden:
- Kyrie, Gloria, Credo enz. der Mis moeten bij de toonzetting die eenheid behouden, die aan hun tekst eigen is. Het is dus niet geoorloofd ze te componeren in van elkander gescheiden stukken, zodat elk dier delen een muzikale compositie op zich vormt, die men uit het geheel kan lichten en vervangen door een andere.
- Voor het zingen der Vespers moeten als regel de bepalingen van het Caeremoniale Episcoporum onderhouden worden, dat het gregoriaans voorschrijft voor de psalmodie en de meerstemmige muziek toestaat voor het Gloria Patri en de hymne. Toch is het voor de hogere feestdagen toegestaan de gregoriaanse psalmverzen van het koor af te wisselen met de zogenaamde "falsibordoni", of met verzen, die op een soortgelijke wijze passend, zijn getoonzet.
Een enkele maal kan zelfs toegestaan worden alle psalmen geheel in muziek te zingen, mits bij dergelijke composities de eigen vorm der psalmodie behouden blijve, d.w.z. mits de zangers onder elkander als het ware psalmodiëren ofwel met nieuwe motieven, of met motieven ontleend aan het gregoriaans, of met imitaties van het gregoriaans.
De zogenaamde concertpsalmen blijven dus altijd uitgesloten en verboden.
- Bij de hymnen moet de traditionele vorm van de hymne behouden blijven. Dus is, het niet geoorloofd, bijv. een Tantum ergo zo te componeren, dat de eerste stroof de (weke) vorm van een romance, gavatine of adagio heeft, en de tweede stroof, het Genitori, (de meer opgewekte vorm) van een allegro.
- De Vesper-antifonen moeten als regel op hun eigen gregoriaanse melodie gezongen worden. Indien ze bij een of andere bijzondere gelegenheid in muziek gezongen worden, mogen ze echter nooit de vorm hebben van een concertmelodie, noch de omvang van een motet of cantate.
Referenties naar alinea 11: 1
Musicae sacrae disciplina ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- HOOFDSTUK 5 De zangers
12
Behoudens de eigen zangen van den celebrant aan het altaar en zijn assistenten, welke steeds en uitsluitend in gregoriaans moeten gezongen worden zonder enige begeleiding van het orgel, komen de overige liturgische zangen toe aan het levietenkoor; daarom nemen de kerkzangers, ook als zij leken zijn, eigenlijk de plaats in van het koor der geestelijken. Bijgevolg moet alle muziek, die zij zingen, althans voor het grootste deel, het karakter behouden van koormuziek.
Hierdoor wordt de solo-zang niet helemaal uitgesloten, maar hij mag bij de liturgie nooit overheersen in die zin, dat het grootste gedeelte van de liturgische zang op deze wijze zou worden uitgevoerd; verder moet hij meer het karakter hebben van een eenvoudig thema of motief en ten nauwste verbonden zijn aan het overige gedeelte der toonzetting, dat in koorvorm gehouden is.
Hierdoor wordt de solo-zang niet helemaal uitgesloten, maar hij mag bij de liturgie nooit overheersen in die zin, dat het grootste gedeelte van de liturgische zang op deze wijze zou worden uitgevoerd; verder moet hij meer het karakter hebben van een eenvoudig thema of motief en ten nauwste verbonden zijn aan het overige gedeelte der toonzetting, dat in koorvorm gehouden is.
Referenties naar alinea 12: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
13
Uit hetzelfde beginsel volgt, dat de zangers in de kerk een echt liturgisch ambt bekleden, en dat dus vrouwen, die zulk een ambt niet kunnen bekleden, ook geen deel mogen uitmaken van het zangkoor. Als men dus de hoge stemmen van sopraan of alt wil gebruiken, moet men daarvoor, volgens oeroud gebruik der Kerk, jongens nemen.
Referenties naar alinea 13: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
14
Ten slotte mogen voor het kerkkoor slechts mannen aangenomen worden van erkende vroomheid en deugdzaam leven, die door hun stichtend en bescheiden optreden onder de liturgische plechtigheden zich het heilig ambt, dat zij bekleden, waardig tonen. Ook is het passend, dat de zangers, als zij in de kerk zingen, in kerkelijk gewaad gekleed zijn en een koorhemd dragen; en dat zij op het oksaal, wanneer dat voor iedereen zichtbaar is, door traliewerk aan het oog onttrokken zijn.
Referenties naar alinea 14: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- HOOFDSTUK 6 Het orgel en de instrumenten
15
Orgelbegeleiding
Ofschoon de zuiver vocale zang de eigen muziek der Kerk is, wordt toch de muziek met orgelbegeleiding toegestaan.
Voor een of ander bijzonder geval, binnen gepaste grenzen en met het nodige voorbehoud kunnen ook andere instrumenten worden toegestaan. maar nooit zonder speciaal verlof van den Bisschop van het diocees, volgens de voorschriften van het Caeremoniale Episcoporum.
Ofschoon de zuiver vocale zang de eigen muziek der Kerk is, wordt toch de muziek met orgelbegeleiding toegestaan.
Voor een of ander bijzonder geval, binnen gepaste grenzen en met het nodige voorbehoud kunnen ook andere instrumenten worden toegestaan. maar nooit zonder speciaal verlof van den Bisschop van het diocees, volgens de voorschriften van het Caeremoniale Episcoporum.
Referenties naar alinea 15: 1
Bij gelegenheid van het eeuwfeest van het Motu Proprio Tra le Sollecitudini over de sacrale muziek ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
16
Orkest
Daar de zang steeds op de voorgrond moet treden, moeten orgel of instrumenten de zang alleen ondersteunen, en nooit overstemmen.
Daar de zang steeds op de voorgrond moet treden, moeten orgel of instrumenten de zang alleen ondersteunen, en nooit overstemmen.
Referenties naar alinea 16: 1
Bij gelegenheid van het eeuwfeest van het Motu Proprio Tra le Sollecitudini over de sacrale muziek ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
17
Het is niet geoorloofd aan de zang lange voorspelen te doen voorafgaan, of die te onderbreken door langgerekte tussenspelen.
Referenties naar alinea 17: 1
Bij gelegenheid van het eeuwfeest van het Motu Proprio Tra le Sollecitudini over de sacrale muziek ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
18
Het orgelspel bij de begeleiding, voor- en tussenspelen en dergelijke, moet niet slechts overeenstemmen met de eigen aard van dit instrument, maar moet ook alle reeds genoemde eigenschappen van ware kerkmuziek bezitten.
Referenties naar alinea 18: 1
Bij gelegenheid van het eeuwfeest van het Motu Proprio Tra le Sollecitudini over de sacrale muziek ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
19
Piano e.a.
Verboden in de kerk is het gebruik van de piano, verder van alle min of meer gedruismakende instrumenten, zoals trommen van alle vorm en grootte, castagnetten, schellen en dergelijke.
Verboden in de kerk is het gebruik van de piano, verder van alle min of meer gedruismakende instrumenten, zoals trommen van alle vorm en grootte, castagnetten, schellen en dergelijke.
Referenties naar alinea 19: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
20
Muziekkorps
Streng verboden in de kerk is het spelen van een muziekkorps; alleen in een geheel bijzonder geval mag, met toestemming van de Bisschop, een beperkt, met zorg gekozen en aan de ruimte van de kerk aangepaste groep van blaasinstrumenten toegelaten worden; maar dan nog moeten muziek en de begeleiding, die zij spelen, gehouden zijn in ernstige, passende stijl en geheel gelijk aan de eigenlijke orgelstuk.
Streng verboden in de kerk is het spelen van een muziekkorps; alleen in een geheel bijzonder geval mag, met toestemming van de Bisschop, een beperkt, met zorg gekozen en aan de ruimte van de kerk aangepaste groep van blaasinstrumenten toegelaten worden; maar dan nog moeten muziek en de begeleiding, die zij spelen, gehouden zijn in ernstige, passende stijl en geheel gelijk aan de eigenlijke orgelstuk.
Referenties naar alinea 20: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
21
Bij processies
Bij processies buiten de kerk kan door de Bisschop een muziekkorps toegelaten worden, mits er generlei wereldse stukken uitgevoerd worden. Wenselijk is het, dat bij dergelijke gelegenheden de harmonie zich bepaalt tot het begeleiden van enkele geestelijke liederen, die door de zangers of broederschappen, die aan de processie deelnemen, gezongen worden in het Latijn of de volkstaal.
Bij processies buiten de kerk kan door de Bisschop een muziekkorps toegelaten worden, mits er generlei wereldse stukken uitgevoerd worden. Wenselijk is het, dat bij dergelijke gelegenheden de harmonie zich bepaalt tot het begeleiden van enkele geestelijke liederen, die door de zangers of broederschappen, die aan de processie deelnemen, gezongen worden in het Latijn of de volkstaal.
Referenties naar alinea 21: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- HOOFDSTUK 7 Omvang der liturgische muziek
22
Het is niet geoorloofd, omwille van de zang of het orgelspel, de priester aan het altaar langer te laten wachten dan de liturgische plechtigheid vraagt. Volgens de kerkelijke voorschriften moet het Sanctus der Mis beëindigd zijn vóór de Opheffing; van de andere kant moet ook de celebrant op dit punt rekening houden met de zangers. Het Gloria en de Credo moeten, volgens de gregoriaanse overlevering, betrekkelijk kort zijn.
Referenties naar alinea 22: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
23
In het algemeen moet als een zeer ernstig misbruik veroordeeld worden, dat de liturgie bij kerkelijke plechtigheden op de tweede plaats komt, en als het ware ondergeschikt is aan de muziek, terwijl toch de muziek enkel een onderdeel vormt van en dienstbaar is aan de liturgie.
Referenties naar alinea 23: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- HOOFDSTUK 8 Voornaamste middelen
24
Bij gelegenheid van het eeuwfeest van het Motu Proprio Tra le Sollecitudini over de sacrale muziek ->=geentekst=
Commissie van toezicht
Voor een nauwgezette uitvoering van hetgeen hier is voorgeschreven moeten de Bisschoppen, indien zij dit tenminste niet reeds deden, in hun diocees een bijzondere commissie instellen van personen, die op het gebied van de kerkmuziek werkelijk deskundig zijn. Deze commissie heeft tot taak, op de wijze die zij zelf het meest geschikt oordeelt, te waken over de muziek, die in de kerken wordt uitgevoerd. Zij moet toezien, niet alleen dat de uitgevoerde muziek in zich goed is, maar ook dat al de krachten der zangers niet te boven gaat en ook goed wordt uitgevoerd.
Voor een nauwgezette uitvoering van hetgeen hier is voorgeschreven moeten de Bisschoppen, indien zij dit tenminste niet reeds deden, in hun diocees een bijzondere commissie instellen van personen, die op het gebied van de kerkmuziek werkelijk deskundig zijn. Deze commissie heeft tot taak, op de wijze die zij zelf het meest geschikt oordeelt, te waken over de muziek, die in de kerken wordt uitgevoerd. Zij moet toezien, niet alleen dat de uitgevoerde muziek in zich goed is, maar ook dat al de krachten der zangers niet te boven gaat en ook goed wordt uitgevoerd.
Referenties naar alinea 24: 2
Instructio de musica sacra et sacra liturgia ->=geentekst=Bij gelegenheid van het eeuwfeest van het Motu Proprio Tra le Sollecitudini over de sacrale muziek ->=geentekst=
Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
25
In seminaries en colleges
Op de seminaries en colleges moet volgens de voorschriften van het Concilie van Trente [d:21] door allen de traditionele gregoriaanse zang met ijver en liefde beoefend worden, en de oversten moeten van ganser harte de pogingen der hun toevertrouwde jongelingen aanmoedigen en prijzen. Insgelijks bevordere men, waar het mogelijk is, onder de jonge geestelijken de oprichting van een schola cantorum, voor de uitvoering der klassieke polyphonie en andere goede liturgische muziek
Op de seminaries en colleges moet volgens de voorschriften van het Concilie van Trente [d:21] door allen de traditionele gregoriaanse zang met ijver en liefde beoefend worden, en de oversten moeten van ganser harte de pogingen der hun toevertrouwde jongelingen aanmoedigen en prijzen. Insgelijks bevordere men, waar het mogelijk is, onder de jonge geestelijken de oprichting van een schola cantorum, voor de uitvoering der klassieke polyphonie en andere goede liturgische muziek
Referenties naar alinea 25: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
26
Speciale lessen
In de gewone lessen van liturgie, moraal en kerkelijk recht, die aan de theologanten gegeven worden, verzuime men niet die punten aan te roeren, welke meer in het bijzonder betrekking hebben op de grondbeginselen en wetten der gewijde muziek; bovendien trachte men dat onderricht aan te vullen met enkele bijzondere lessen over de schoonheidsleer der gewijde kunst, opdat de geestelijken het seminarie met verlaten, onkundig van al deze begrippen, die voor een volledige kerkelijke vorming zo noodzakelijk zijn.
In de gewone lessen van liturgie, moraal en kerkelijk recht, die aan de theologanten gegeven worden, verzuime men niet die punten aan te roeren, welke meer in het bijzonder betrekking hebben op de grondbeginselen en wetten der gewijde muziek; bovendien trachte men dat onderricht aan te vullen met enkele bijzondere lessen over de schoonheidsleer der gewijde kunst, opdat de geestelijken het seminarie met verlaten, onkundig van al deze begrippen, die voor een volledige kerkelijke vorming zo noodzakelijk zijn.
Referenties naar alinea 26: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
27
Schola Cantorum
Verder moeten ten minste in de voornaamste kerken de oude scholae cantorum weer opgericht worden, zoals reeds in tal van plaatsen met zeer goed gevolg gebeurd is. Voor een ijverig priester is het niet moeilijk, zelfs in kleinere kerken en op het platteland, zulk een schola op te richten; ja, hij vindt daarin een zeer gemakkelijk middel de jeugd en volwassenen om zich te verenigen, tot hun eigen nut en stichting van het volk.
Verder moeten ten minste in de voornaamste kerken de oude scholae cantorum weer opgericht worden, zoals reeds in tal van plaatsen met zeer goed gevolg gebeurd is. Voor een ijverig priester is het niet moeilijk, zelfs in kleinere kerken en op het platteland, zulk een schola op te richten; ja, hij vindt daarin een zeer gemakkelijk middel de jeugd en volwassenen om zich te verenigen, tot hun eigen nut en stichting van het volk.
Referenties naar alinea 27: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
28
Kerkmuziekschool
Verder moeten de hogere scholen voor gewijde muziek, waar ze reeds bestaan, zoveel mogelijk gesteund en bevorderd worden; en waar ze nog niet bestaan, moet er opgewerkt worden ze op te richten. Het is van te groot belang, dat de Kerk zelf de vorming verzorgt van haar kapelmeesters, organisten en zangers volgens de ware beginselen der gewijde kunst.
Verder moeten de hogere scholen voor gewijde muziek, waar ze reeds bestaan, zoveel mogelijk gesteund en bevorderd worden; en waar ze nog niet bestaan, moet er opgewerkt worden ze op te richten. Het is van te groot belang, dat de Kerk zelf de vorming verzorgt van haar kapelmeesters, organisten en zangers volgens de ware beginselen der gewijde kunst.
Referenties naar alinea 28: 1
Bij gelegenheid van het eeuwfeest van het Motu Proprio Tra le Sollecitudini over de sacrale muziek ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- HOOFDSTUK 9 Slot
29
Ten slotte wordt aan alle kapelmeesters, zangers, geestelijken, oversten van seminaries, colleges en religieuze communiteiten, aan pastoors en rectors van kerken, aan de kanunniken van collegialen kathedraal-kerken, en vooral aan, de bisschoppen der diocesen aanbevolen met alle ijver deze wijze hervormingen te ondersteunen, die reeds lang gewenst en door allen eenstemmig zijn gevraagd, opdat het kerkelijke gezag, dat deze voorschriften reeds verscheidene malen heeft gegeven en ook nu weer inscherpen, niet beschaamd worde.
Gegeven in ons apostolisch paleis van het Vaticaan,
op het feest van de Heilige maagd en martelares Caecilia, 22 November 1903,
in het eerste jaar van ons pausschap. Paus Pius X
Referenties naar alinea 29: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediaReferenties naar dit document: 19
Open uitgebreid overzichthttps://rkdocumenten.nl/toondocument/308-tra-le-sollecitudini-inter-sollicitudines-nl