Inhoudsopgave
- Inhoud
Voorafgaande nota:
Het thema “Op zoek naar een universele ethiek: een nieuwe blik op de natuurwet” is onderworpen geworden aan het onderzoek van de . Ter voorbereiding van dit onderzoek werd een subcommissie gevormd, bestaande uit Z. Exc. Mons. Roland Minnerath, Eerwaarde professoren Serge-Thomas Bonino OP (president van de subcommissie), Geraldo Luis Borges Hackmann, Pierre Gaudette, Tony Kelly CssR, Jan Liesen, John Michael McDermott SJ, geachte professoren dr. Johannes Reiter en dr. Barbara Hallensleben, met de medewerking van Z. Exc. Mons Luis Ladaria SJ, algemeen secretaris, als ook van bijdragen van andere leden. De algemene discussie heeft plaatsgevonden ter gelegenheid van de plenaire sessies van dezelfde Internationale Theologische Commissie, gehouden te Rome, in oktober 2006 en 2007 en in december 2008. Het document is unaniem goedgekeurd door de Commissie in de sessie van 1-6 december 2008 en vervolgens onderworpen aan zijn president, kardinaal William J. Levada, die aan de publicatie ervan zijn goedkeuring heeft gegeven.
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
Samenvatting
Zie ook de samenvatting van het document door de president van de sub-commissie Pater Serge-Thomas Botino O.P. : , Reflecties over het document van de Internationale Theologische Commissie
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
Inhoudsopgave
Inleiding
Hoofdstuk I: Convergenties
1.1. De wijsheden en religies van de wereld
1.2. De grieks-romeinse bronnen van de natuurwet
1.3. Het onderricht van de Heilige Schrift
1.4. De ontwikkelingen in de christelijke traditie
1.5. Verdere ontwikkelingen
1.6. Het leergezag van de Kerk en de natuurwet
Hoofdstuk 2: De waarneming van de morele waarden
2.1. De rol van de gemeenschap en de cultuur
2.2. De morele ervaring: “Het goede moet gedaan worden”
2.3. De ontdekking van de voorschriften van de natuurwet: de universaliteit van de natuurwet
2.4. De voorschriften van de natuurwet
2.5. De toepassing van de algemene voorschriften: de historiciteit van de natuurwet
2.5. De morele disposities van de persoon en zijn concreet handelen
Hoofdstuk 3: De fundamenten van de natuurwet
3.1. Van de ervaring naar de theorie
3.2. Natuur, persoon en vrijheid
3.3. De natuur, de mens en God: van harmonie naar conflict
3.4. Wegen naar een verzoeningHoofdstuk 4: De natuurwet en de gemeenschap
4.1. De persoon en het algemeen goed
4.2. De natuurwet, maatstaf van de politieke orde
4.3. Van de natuurwet naar het natuurrecht
4.4. Natuurrecht en positief recht
4.5. De politieke orde en de eschatologische orde
4.6. De politieke orde is een tijdelijke en rationele ordeHoofdstuk 5: Jezus Christus, voltooiing van de natuurwet
5.1. De mensgeworden “Logos”, levende Wet
5.2. De Heilige Geest en de nieuwe Wet van de vrijheid
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
- HOOFDSTUK 6 Besluit
113
De katholieke Kerk, in het bewustzijn van de noodzaak voor de mens om gezamenlijk te zoeken naar de regels voor het samenleven in rechtvaardigheid en vrede, verlangt met de religies, wijsheden en wijsbegeerten van onze tijd de hulpmiddelen van het begrip van de natuurwet te delen. Wij noemen de natuurwet het fundament van een universele ethiek die wij trachten te identificeren vanuit de observatie van en de reflectie over onze gemeenschappelijke menselijke natuur. Zij is de morele wet, geschreven in hart van de mensen en waarvan de mensheid steeds meer bewust wordt naarmate de geschiedenis voortschrijdt. De uitdrukking natuurwet heeft niets statisch in zich; zij bestaat niet uit een lijst van definitieve en onveranderlijke voorschriften. Zij is een bron van inspiratie die altijd ontspringt in het onderzoek naar een objectief fundament voor een universele ethiek.
Referenties naar alinea 113: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
114
Onze geloofsovertuiging is dat Christus de volheid van het menselijke openbaart door deze volheid in zijn persoon te realiseren. Maar deze openbaring, hoe specifiek ze ook moge zijn, herneemt en bevestigt elementen die reeds aanwezig zijn in het redelijke denken van de wijsheden van de mensheid. Het begrip natuurwet is dus vooral filosofisch van aard en als zodanig laat het een dialoog toe die, in het respect voor de religieuze overtuigingen van elkeen, een appèl richt aan wat universeel menselijk is in elke mens. Een uitwisseling op het gebied van de rede is mogelijk indien het gaat over het ervaren en uitspreken van wat gemeenschappelijk is aan alle mensen, begiftigd met verstand, en over het bepalen van wat het leven in de maatschappij vereist.
Referenties naar alinea 114: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
115
De ontdekking van de natuurwet beantwoordt aan de zoektocht van een mensheid die zich altijd al inspant om zich regels te geven voor het morele leven en het leven in de maatschappij. Dit leven in de maatschappij betreft een geheel van relaties, van het gezin tot de internationale relaties, via het economische leven, de burgerlijke maatschappij en de politieke gemeenschap. Opdat de gedragsnormen door alle mensen in alle culturen zouden kunnen herkend worden, dienen zij hun bron te hebben in de menselijke persoon zelf, in haar noden en neigingen. Deze normen, welke uitgewerkt worden door het verstandelijk nadenken en ondersteund worden door het recht, kunnen op deze wijze door iedereen verinnerlijkt worden. Na de Tweede Wereldoorlog hebben de naties van geheel de wereld zich een weten te geven. Deze verklaring suggereert impliciet dat de bron van de onvervreemdbare mensenrechten zich bevindt in de waardigheid van elke menselijke persoon. Deze bijdragen had geen andere doel dan een hulp te bieden bij het nadenken over deze bron van de persoonlijke en collectieve moraliteit.
Referenties naar alinea 115: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
116
Door het leveren van onze bijdrage aan de zoektocht naar een universele ethiek en door een fundament voor deze universele ethiek te bieden dat rationeel te rechtvaardigen is, verlangen wij de kenners en woordvoerders van de grote religieuze tradities, wijsheden en wijsbegeerten van de mensheid uit te nodigen om een gelijkaardig project te beginnen vanuit hun bronnen, om zo te komen tot een gemeenschappelijke erkenning van universele, morele normen, gebaseerd op een rationele benadering van de werkelijkheid. Dit werk is noodzakelijk en dringend. Wij moeten komen tot het punt waar wij voor onszelf uitspreken –aan gene zijde van onze religieuze overtuigingen en de diversiteit van onze culturele vooronderstellingen – wat de fundamentele waarden zijn voor onze gemeenschappelijke mensheid, om zo samen te werken voor de bevordering van begrip, wederzijdse erkenning en vreedzame samenwerking tussen alle leden van de menselijke familie.
Referenties naar alinea 116: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
https://rkdocumenten.nl/toondocument/2996-op-zoek-naar-een-universele-ethiek-een-nieuwe-blik-op-de-natuurwet-nl