Vrede op aarde
x
Informatie over dit document
Vrede op aarde
Wereldvredeszondag 2000
Paus Johannes Paulus II
8 december 1999
Pauselijke geschriften - Boodschappen
2000, rkkerk.nl
8 december 1999
26 maart 2015
255
nl
Referenties naar dit document van thema's en berichten
Open uitgebreid overzichtExtra opties voor dit document
Kopieer document-URL naar klembord Reageer op dit document Deel op social mediaInhoudsopgave
Uitklappen
- HOOFDSTUK 1 Inleiding
1
Zo luidt de verkondiging van de engelen die klonk bij de geboorte van Jezus Christus, 2000 jaar geleden (Lc 2,14) [[b:Lc 2,14]], en die opnieuw vol vreugde zal weerklinken in de heilige kerstnacht, wanneer het grote Jubeljaar plechtig zal worden ingeluid.
Aan de vooravond van het nieuwe millennium willen wij nog eens de aandacht vestigen op de boodschap van hoop die van de stal in Betlehem uitgaat: God heeft alle mannen en vrouwen op aarde lief en schenkt hun hoop op een nieuwe tijd, een tijd van vrede. Zijn liefde, ten volle openbaar geworden in de vleesgeworden Zoon, is het fundament van universele vrede. Als deze liefde haar plaats vindt in het diepst van het menselijk hart, verzoent zij mensen met God en met zichzelf, vernieuwt zij menselijke relaties en wekt zij het verlangen naar broederschap, dat de verleiding van oorlog en geweld kan uitbannen.
Het grote Jubeljaar is onlosmakelijk verbonden met deze boodschap van liefde en verzoening, een boodschap die de meest waarachtige aspiraties van de mensheid in deze tijd vertolkt.
Aan de vooravond van het nieuwe millennium willen wij nog eens de aandacht vestigen op de boodschap van hoop die van de stal in Betlehem uitgaat: God heeft alle mannen en vrouwen op aarde lief en schenkt hun hoop op een nieuwe tijd, een tijd van vrede. Zijn liefde, ten volle openbaar geworden in de vleesgeworden Zoon, is het fundament van universele vrede. Als deze liefde haar plaats vindt in het diepst van het menselijk hart, verzoent zij mensen met God en met zichzelf, vernieuwt zij menselijke relaties en wekt zij het verlangen naar broederschap, dat de verleiding van oorlog en geweld kan uitbannen.
Het grote Jubeljaar is onlosmakelijk verbonden met deze boodschap van liefde en verzoening, een boodschap die de meest waarachtige aspiraties van de mensheid in deze tijd vertolkt.
Referenties naar alinea 1: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
2
Vooruitkijkend naar een jaar van zo'n grote betekenis wens ik iedereen nogmaals vrede toe. Ik verzeker een ieder dat vrede ook mogelijk is. Wij moeten God smeken om ons vrede te schenken, maar we moeten ons er met zijn hulp ook elke dag opnieuw voor inzetten, met werken van gerechtigheid en liefde.
Natuurlijk zijn er vele complexe problemen die de weg naar vrede bemoeilijken en vaak ontmoedigend maken, maar vrede is een diep gewortelde behoefte in het hart van iedere man en vrouw. We mogen de wil om naar vrede te streven daarom nooit laten verzwakken. Dat streven moet gebaseerd zijn op het besef dat de mensheid, hoezeer ook getekend door zonde, haat en geweld, door God geroepen is om één familie te vormen. Dit goddelijke plan moet worden erkend en verwezenlijkt door een streven naar harmonieuze verhoudingen tussen mensen en volkeren, in een cultuur waarin een ieder openstaat voor het Transcendente, de bescherming van de menselijke persoon en respect voor de natuur.
Dat is de boodschap van Kerstmis, dat is de boodschap van het Jubeljaar en dat is mijn hoop aan het begin van een nieuw millennium.
Natuurlijk zijn er vele complexe problemen die de weg naar vrede bemoeilijken en vaak ontmoedigend maken, maar vrede is een diep gewortelde behoefte in het hart van iedere man en vrouw. We mogen de wil om naar vrede te streven daarom nooit laten verzwakken. Dat streven moet gebaseerd zijn op het besef dat de mensheid, hoezeer ook getekend door zonde, haat en geweld, door God geroepen is om één familie te vormen. Dit goddelijke plan moet worden erkend en verwezenlijkt door een streven naar harmonieuze verhoudingen tussen mensen en volkeren, in een cultuur waarin een ieder openstaat voor het Transcendente, de bescherming van de menselijke persoon en respect voor de natuur.
Dat is de boodschap van Kerstmis, dat is de boodschap van het Jubeljaar en dat is mijn hoop aan het begin van een nieuw millennium.
Referenties naar alinea 2: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- HOOFDSTUK 2 Van de oorlog blijft de menselijke waardigheid als verliezer achter
3
In de eeuw die wij achter ons laten is de mensheid zwaar op de proef gesteld door een eindeloze en afschuwwekkende reeks oorlogen, conflicten, volkerenmoorden en 'etnische zuiveringen', die een onuitsprekelijk lijden hebben veroorzaakt: vele miljoenen slachtoffers, hele families vermoord en landen verwoest, een zee van vluchtelingen, ellende, honger, ziekte, gebrek aan ontwikkeling en het verlies van belangrijke hulpbronnen. Aan de basis van al dat lijden ligt een op een superioriteitsgevoel gebaseerde logica die wordt gevoed door het verlangen om anderen te overheersen en uit te buiten, door middel van machtsideologieën en totalitaire utopieën, door middel van verdwaasde vormen van nationalisme of eeuwenoude stammenhaat. Er zijn tijden geweest dat bruut en systematisch geweld, dat erop gericht was om hele volken en gebieden te vernietigen of te onderwerpen, moest worden beantwoord met gewapend verzet.
De twintigste eeuw laat ons in de allereerste plaats een waarschuwing na: oorlog leidt vaak tot nog meer oorlog omdat zij een voedingsbodem voor diepgewortelde haat vormt en leidt tot onrechtvaardige situaties en de waardigheid en rechten van mensen schendt. Oorlog levert over het algemeen geen oplossing voor de problemen die er de aanzet toe vormden en blijkt uiteindelijk, na alle verschrikkelijke schade die er is toegebracht, dan ook vergeefs te zijn geweest. Oorlog is een nederlaag voor de mensheid. Alleen in en door vrede kunnen respect voor de menselijke waardigheid en de onvervreemdbare rechten van de mens worden gewaarborgd. In het respect van de mensenrechten ligt het gehiem van de ware vrede [[256|1]]
De twintigste eeuw laat ons in de allereerste plaats een waarschuwing na: oorlog leidt vaak tot nog meer oorlog omdat zij een voedingsbodem voor diepgewortelde haat vormt en leidt tot onrechtvaardige situaties en de waardigheid en rechten van mensen schendt. Oorlog levert over het algemeen geen oplossing voor de problemen die er de aanzet toe vormden en blijkt uiteindelijk, na alle verschrikkelijke schade die er is toegebracht, dan ook vergeefs te zijn geweest. Oorlog is een nederlaag voor de mensheid. Alleen in en door vrede kunnen respect voor de menselijke waardigheid en de onvervreemdbare rechten van de mens worden gewaarborgd. In het respect van de mensenrechten ligt het gehiem van de ware vrede [[256|1]]
Referenties naar alinea 3: 1
Migranten en vluchtelingen: mannen en vrouwen op zoek naar vrede ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
4
Tegen de achtergrond van alle oorlogen in de twintigste eeuw is de eer van de mensheid gered door hen die zich hebben uitgesproken en ingezet voor vrede.
We mogen niet vergeten dat er talloze mannen en vrouwen zijn geweest die een bijdrage hebben geleverd aan de bekrachtiging en plechtige verklaring van de rechten van de mens, en geholpen hebben om een einde te maken aan de verschillende totalitaire regimes en het kolonialisme, om ruimte te scheppen voor democratie en de grote internationale organisaties in het leven te roepen. Zij die hun leven gefundeerd hebben op de waarde van de geweldloosheid, hebben ons daarmee een lichtend en profetisch voorbeeld gegeven. Het voorbeeld van hun integriteit en trouw, vaak betaald met martelaarschap, heeft ons betekenisvolle, indrukwekkende lessen opgeleverd.
Onder hen die in naam van de vrede hebben gehandeld, mogen we niet vergeten de mannen en vrouwen te noemen die door hun inzet grote vooruitgang op alle terreinen van wetenschap en technologie hebben bewerkstelligd en het mogelijk hebben gemaakt om verschrikkelijke ziekten te overwinnen en het menselijk leven te verbeteren en te verlengen.
Ook mag ik niet verzuimen mijn eigen eerbiedwaardige voorgangers te noemen, die de kerk in de twintigste eeuw hebben geleid. Met hun hoogstaande onderricht en onvermoeibare inspanningen hebben zij leiding gegeven aan de kerk bij de bevordering van een cultuur van vrede. Symbolisch voor deze veelzijdige inspanningen was de vroegtijdige en profetische intuïtie van paus Paulus VI, die op 8 december 1967 de Wereldvrededag [d:24] heeft ingesteld. In de loop der jaren is de Wereldvrededag een grotere plaats gaan innemen als vruchtbare ervaring van reflectie en een gemeenschappelijke visie op de toekomst.
We mogen niet vergeten dat er talloze mannen en vrouwen zijn geweest die een bijdrage hebben geleverd aan de bekrachtiging en plechtige verklaring van de rechten van de mens, en geholpen hebben om een einde te maken aan de verschillende totalitaire regimes en het kolonialisme, om ruimte te scheppen voor democratie en de grote internationale organisaties in het leven te roepen. Zij die hun leven gefundeerd hebben op de waarde van de geweldloosheid, hebben ons daarmee een lichtend en profetisch voorbeeld gegeven. Het voorbeeld van hun integriteit en trouw, vaak betaald met martelaarschap, heeft ons betekenisvolle, indrukwekkende lessen opgeleverd.
Onder hen die in naam van de vrede hebben gehandeld, mogen we niet vergeten de mannen en vrouwen te noemen die door hun inzet grote vooruitgang op alle terreinen van wetenschap en technologie hebben bewerkstelligd en het mogelijk hebben gemaakt om verschrikkelijke ziekten te overwinnen en het menselijk leven te verbeteren en te verlengen.
Ook mag ik niet verzuimen mijn eigen eerbiedwaardige voorgangers te noemen, die de kerk in de twintigste eeuw hebben geleid. Met hun hoogstaande onderricht en onvermoeibare inspanningen hebben zij leiding gegeven aan de kerk bij de bevordering van een cultuur van vrede. Symbolisch voor deze veelzijdige inspanningen was de vroegtijdige en profetische intuïtie van paus Paulus VI, die op 8 december 1967 de Wereldvrededag [d:24] heeft ingesteld. In de loop der jaren is de Wereldvrededag een grotere plaats gaan innemen als vruchtbare ervaring van reflectie en een gemeenschappelijke visie op de toekomst.
Referenties naar alinea 4: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- HOOFDSTUK 3 De roeping om één familie te zijn
5
"Vrede op aarde voor mensen in wie God een welgevallen heeft!"
Deze evangelische groet roept de oprechte vraag op of de nieuwe eeuw er een zal zijn van vrede en een hernieuwd besef van broederschap tussen individuele personen en volken. We kunnen natuurlijk niet in de toekomst kijken. Maar we kunnen wel één principe vooropstellen: de vrede zal afhangen van de mate waarin de mensheid als geheel haar fundamentele roeping herontdekt, de roeping om één familie te zijn, een familie waarin men aanvaardt dat de waardigheid en rechten van het individu - ongeacht hun status, ras of godsdienst - voor en boven alle andere verschillen en onderscheidingen gaan.
Als dit wordt erkend, kan dat de wereld van vandaag - gekenmerkt door het proces van globalisering - een ziel, betekenis en richting geven. Naast alle risico's biedt de globalisering ook uitzonderlijke en veelbelovende mogelijkheden, juist waar het erom gaat dat de mensheid één familie moet worden, gegrondvest op de waarden van gerechtigheid, gelijkheid en solidariteit.
Deze evangelische groet roept de oprechte vraag op of de nieuwe eeuw er een zal zijn van vrede en een hernieuwd besef van broederschap tussen individuele personen en volken. We kunnen natuurlijk niet in de toekomst kijken. Maar we kunnen wel één principe vooropstellen: de vrede zal afhangen van de mate waarin de mensheid als geheel haar fundamentele roeping herontdekt, de roeping om één familie te zijn, een familie waarin men aanvaardt dat de waardigheid en rechten van het individu - ongeacht hun status, ras of godsdienst - voor en boven alle andere verschillen en onderscheidingen gaan.
Als dit wordt erkend, kan dat de wereld van vandaag - gekenmerkt door het proces van globalisering - een ziel, betekenis en richting geven. Naast alle risico's biedt de globalisering ook uitzonderlijke en veelbelovende mogelijkheden, juist waar het erom gaat dat de mensheid één familie moet worden, gegrondvest op de waarden van gerechtigheid, gelijkheid en solidariteit.
Referenties naar alinea 5: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
6
Om dit te verwezenlijken is een volledig ander perspectief vereist: het welzijn van alle politieke, raciale of culturele gemeenschappen op zich moet niet langer overheersen, maar het welzijn van de mensheid als geheel. Het nastreven van het belang van een afzonderlijke politieke gemeenschap mag niet in strijd zijn met het algemeen welzijn van de mensheid, dat tot uiting komt in de erkenning en eerbiediging van de mensenrechten die zijn vastgelegd in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens uit 1948. Het is daarom noodzakelijk om zich los te maken van ideeën en praktijken - veelal bepaald door machtige economische belangen - die alle andere waarden ondergeschikt maken aan de absolute aanspraken van land en staat. In dit nieuwe perspectief zijn de politieke, culturele en institutionele verdelingen en verschillen die de mensheid indelen en organiseren, slechts legitiem voor zover zij te verenigen zijn met het lidmaatschap van de ene menselijke familie en met de ethische en juridische vereisten die daaruit voortvloeien.
Referenties naar alinea 6: 1
Compendium van de Sociale Leer van de Kerk ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- HOOFDSTUK 4 De misdaden tegen de menselijkheid
7
Uit dit principe vloeit een immens belangrijke consequentie voort: een schending van de mensenrechten is een schending van het geweten van de mensheid als zodanig, een misdaad tegen de mensheid zelf. De plicht om deze rechten te beschermen strekt zich dan ook uit tot over de geografische en politieke grenzen waarbinnen schendingen daarvan plaatsvinden. Misdaden tegen de mensheid mogen niet worden beschouwd als een binnenlandse aangelegenheid van een bepaald land. In dit verband is een belangrijke stap voorwaarts gezet met de instelling van een internationaal gerechtshof waar dergelijke misdaden worden berecht, ongeacht de plaats of omstandigheden waarin ze zijn begaan. We moeten God danken dat er in het geweten van volkeren en landen sprake is van een groeiende overtuiging dat er voor mensenrechten geen grenzen gelden, omdat zij universeel en ondeelbaar zijn.
Referenties naar alinea 7: 1
Compendium van de Sociale Leer van de Kerk ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
8
In onze tijd is het aantal oorlogen tussen verschillende landen afgenomen. Hoe bemoedigend ook, dit feit komt in een heel ander licht te staan als we in aanmerking nemen hoeveel gewapende conflicten er in landen zelf worden uitgevochten. Dit zijn er in praktisch ieder werelddeel helaas talrijke, en er is vaak ook sprake van veel geweld. Ze gaan in de meeste gevallen terug op aloude historische motieven die samenhangen met etnische achtergronden, stamverbanden en zelfs godsdienst, waaraan tegenwoordig nog andere ideologische, sociale en economische oorzaken aan moeten worden toegevoegd.
Deze binnenlandse conflicten, die gewoonlijk worden uitgevochten door grootschalig gebruik van wapens van klein kaliber en zogenaamde 'lichte' wapens - wapens die wel degelijk dodelijk zijn - hebben vaak ernstige gevolgen die de grenzen van het betreffende land overschrijden en ook buitenlandse belangen en verantwoordelijkheden erbij betrekken. Hoewel het zo is dat de uitermate complexe aard van deze conflicten het bijzonder moeilijk maakt om de oorzaken en belangen die er op het spel staan, te begrijpen en te beoordelen, staat er één ding als een paal boven water: het is de burgerbevolking die het zwaarst getroffen wordt, aangezien in de praktijk noch de gewone wetten noch het oorlogsrecht wordt geëerbiedigd. De burgers worden vaak niet beschermd. Integendeel, zij vormen vaak het primaire doelwit van de strijdende partijen, terwijl zij zelf niet direct bij de gewapende strijd betrokken zijn, het resultaat van een verdorven spiraal die hen tegelijkertijd tot slachtoffers en moordenaars van andere burgers maakt.
Er zijn te veel afschuwwekkende scenario's waarin onschuldige kinderen, vrouwen en ongewapende oudere mensen opzettelijk tot doelwit worden gemaakt in de bloedige gevechten van deze tijd. Te veel ook om niet het gevoel te hebben dat het tijd is om resoluut en met groot verantwoordelijkheidsbesef een andere richting in te slaan.
Deze binnenlandse conflicten, die gewoonlijk worden uitgevochten door grootschalig gebruik van wapens van klein kaliber en zogenaamde 'lichte' wapens - wapens die wel degelijk dodelijk zijn - hebben vaak ernstige gevolgen die de grenzen van het betreffende land overschrijden en ook buitenlandse belangen en verantwoordelijkheden erbij betrekken. Hoewel het zo is dat de uitermate complexe aard van deze conflicten het bijzonder moeilijk maakt om de oorzaken en belangen die er op het spel staan, te begrijpen en te beoordelen, staat er één ding als een paal boven water: het is de burgerbevolking die het zwaarst getroffen wordt, aangezien in de praktijk noch de gewone wetten noch het oorlogsrecht wordt geëerbiedigd. De burgers worden vaak niet beschermd. Integendeel, zij vormen vaak het primaire doelwit van de strijdende partijen, terwijl zij zelf niet direct bij de gewapende strijd betrokken zijn, het resultaat van een verdorven spiraal die hen tegelijkertijd tot slachtoffers en moordenaars van andere burgers maakt.
Er zijn te veel afschuwwekkende scenario's waarin onschuldige kinderen, vrouwen en ongewapende oudere mensen opzettelijk tot doelwit worden gemaakt in de bloedige gevechten van deze tijd. Te veel ook om niet het gevoel te hebben dat het tijd is om resoluut en met groot verantwoordelijkheidsbesef een andere richting in te slaan.
Referenties naar alinea 8: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- HOOFDSTUK 5 Het recht op humanitaire hulp
9
Ten overstaan van dergelijke tragische, complexe situaties en in tegenstelling tot alle vermeende 'redenen' voor oorlog, is het in alle gevallen noodzakelijk om de grote waarde te onderstrepen van het humanitaire recht en de daaruit voortvloeiende plicht om lijdende burgers en vluchtelingen het recht op humanitaire hulp te garanderen.
De erkenning van deze rechten en de effectieve uitvoering daarvan mag niet afhankelijk zijn van de belangen van een der strijdende partijen. Integendeel, men heeft de plicht om te bepalen met welke middelen, van institutionele of andere aard, de humanitaire doelstellingen in praktische zin het beste bereikt kunnen worden. De morele en politieke geldigheid van deze rechten is gebaseerd op het principe dat het belang van de menselijke persoon voor alles gaat en boven alle menselijke instituties staat.
De erkenning van deze rechten en de effectieve uitvoering daarvan mag niet afhankelijk zijn van de belangen van een der strijdende partijen. Integendeel, men heeft de plicht om te bepalen met welke middelen, van institutionele of andere aard, de humanitaire doelstellingen in praktische zin het beste bereikt kunnen worden. De morele en politieke geldigheid van deze rechten is gebaseerd op het principe dat het belang van de menselijke persoon voor alles gaat en boven alle menselijke instituties staat.
Referenties naar alinea 9: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
10
Op dit punt wil ik opnieuw mijn overtuiging uitspreken dat het bij gewapende conflicten in deze tijd van het grootste belang is dat er onderhandelingen worden gevoerd door de partijen, waarbij internationale en regionale organen serieuze pogingen ondernemen om te bemiddelen en een vredesakkoord te bereiken. Onderhandelingen zijn noodzakelijk om dergelijke conflicten te voorkomen of, als ze reeds zijn uitgebroken, om er een einde aan te maken en de vrede te herstellen door middel van een rechtvaardige schikking van de betrokken rechten en belangen.
Deze overtuiging omtrent de positieve bijdrage van de zijde van bemiddelende organen zou zich moeten uitstrekken tot de non-gouvernementele humanitaire organisaties en religieuze organen die, tactvol en zonder bijbedoelingen, vrede tussen de strijdende groeperingen trachten te bewerkstelligen, aloude rivaliteiten helpen overwinnen, vijanden met elkaar verzoenen en de weg naar een nieuwe, gemeenschappelijke toekomst openen. Met groot respect voor hun nobele toewijding aan de zaak van de vrede wil ik met veel waardering alle mensen gedenken die hun leven hebben gegeven opdat anderen konden leven. Ik richt mijn gebed voor hen tot God en nodig andere gelovigen uit om hetzelfde te doen.
Deze overtuiging omtrent de positieve bijdrage van de zijde van bemiddelende organen zou zich moeten uitstrekken tot de non-gouvernementele humanitaire organisaties en religieuze organen die, tactvol en zonder bijbedoelingen, vrede tussen de strijdende groeperingen trachten te bewerkstelligen, aloude rivaliteiten helpen overwinnen, vijanden met elkaar verzoenen en de weg naar een nieuwe, gemeenschappelijke toekomst openen. Met groot respect voor hun nobele toewijding aan de zaak van de vrede wil ik met veel waardering alle mensen gedenken die hun leven hebben gegeven opdat anderen konden leven. Ik richt mijn gebed voor hen tot God en nodig andere gelovigen uit om hetzelfde te doen.
Referenties naar alinea 10: 1
Caritas in Veritate ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- HOOFDSTUK 6 "Inmenging op humanitaire gronden"
11
Wanneer de burgerbevolking dreigt te bezwijken onder de aanvallen van een onrechtvaardige agressor, en als politieke inspanningen en geweldloze vormen van verdediging zonder resultaat blijven, is het zeer zeker gerechtvaardigd en zelfs geboden om concrete maatregelen te nemen om de agressor te ontwapenen. Deze maatregelen dienen echter van beperkte duur te zijn en een duidelijk omschreven doelstelling te hebben. Ze dienen te worden uitgevoerd met volledige inachtneming van het internationale recht, gewaarborgd door een internationaal erkende autoriteit en mogen in geen geval beperkt blijven tot het resultaat van gewapend ingrijpen alleen.
Er moet daarom zo volledig en zo goed mogelijk gebruik worden gemaakt van alle voorzieningen die geboden worden door het Handvest van de Verenigde Naties, waarin nadere invulling wordt gegeven aan effectieve instrumenten en vormen van interventie binnen het kader van het internationale recht. In dit verband moeten de Verenigde Naties alle lidstaten gelijke mogelijkheden bieden om deel te nemen aan het besluitvormingsproces en dient een einde te komen aan privileges en vormen van discriminatie die de functie en geloofwaardigheid van de Verenigde Naties aantasten.
Er moet daarom zo volledig en zo goed mogelijk gebruik worden gemaakt van alle voorzieningen die geboden worden door het Handvest van de Verenigde Naties, waarin nadere invulling wordt gegeven aan effectieve instrumenten en vormen van interventie binnen het kader van het internationale recht. In dit verband moeten de Verenigde Naties alle lidstaten gelijke mogelijkheden bieden om deel te nemen aan het besluitvormingsproces en dient een einde te komen aan privileges en vormen van discriminatie die de functie en geloofwaardigheid van de Verenigde Naties aantasten.
Referenties naar alinea 11: 1
Compendium van de Sociale Leer van de Kerk ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
12
Dit opent een nieuw terrein van reflectie en discussie op zowel politiek als juridisch vlak, een terrein dat, naar wij allen hopen, op serieuze en verstandige wijze zal worden ontwikkeld. Wat nu onverwijld nodig is, is een vernieuwing van het internationale recht en internationale organisaties, een vernieuwing die haar uitgangspunt en basisprincipe heeft in het primaat van het welzijn van de mensheid en de menselijke persoon boven alle andere overwegingen. Die vernieuwing is des te dringender als we denken aan de paradox van de huidige wijze van oorlogvoeren, waarbij, zoals in recente conflicten is gebleken, het leger maximale bescherming geniet, terwijl de burgerbevolking in angstaanjagende, gevaarlijke omstandigheden leeft. Het is in geen enkel conflict toelaatbaar om het recht op veiligheid van de burgers te negeren.
Naast juridische en institutionele overwegingen blijft er een fundamentele plicht over voor alle mannen en vrouwen van goede wil, die zich geroepen weten om zich persoonlijk in te zetten voor vrede: door het geven van onderwijs ten behoeve van vrede, door het opzetten van vreedzame structuren en geweldloze methoden en door alles in het werk te stellen om de strijdende partijen aan de onderhandelingstafel te krijgen.
Naast juridische en institutionele overwegingen blijft er een fundamentele plicht over voor alle mannen en vrouwen van goede wil, die zich geroepen weten om zich persoonlijk in te zetten voor vrede: door het geven van onderwijs ten behoeve van vrede, door het opzetten van vreedzame structuren en geweldloze methoden en door alles in het werk te stellen om de strijdende partijen aan de onderhandelingstafel te krijgen.
Referenties naar alinea 12: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- HOOFDSTUK 7 Vrede in solidariteit
13
"Vrede op aarde voor mensen in wie God een welgevallen heeft!"
Van de problematiek van de oorlog richt onze blik zich als vanzelf naar een thema dat daarmee in nauw verband staat: het vraagstuk van de solidariteit. De hoogstaande en veeleisende opdracht van de vrede, diep geworteld in de roeping van de mensheid om één familie te zijn en zichzelf ook als zodanig te beschouwen, vindt haar grondslag onder meer in het principe van de universele bestemming van de rijkdommen van de aarde. Dit principe is geen verbod op privé-bezit, maar verbreedt de visie op en het beheer van privé-bezit om het zijn onontbeerlijke sociale functie te laten vervullen, ten behoeve van het algemeen welzijn en met name het welzijn van de zwaksten in de samenleving.2 Helaas wordt dit basisprincipe alom veronachtzaamd, zoals blijkt uit de hardnekkige en steeds groter wordende kloof in deze wereld tussen het Noorden, dat in grote overvloed leeft en in toenemende mate bevolkt wordt door oudere mensen, en het Zuiden, waar thans de grote meerderheid van de jongere mensen leeft, nog altijd verstoken van geloofwaardige perspectieven van sociale, culturele en economische ontwikkeling.
Niemand moet zichzelf wijsmaken dat het simpele feit dat er geen oorlog is, hoe wenselijk ook, gelijkstaat aan blijvende vrede. Er kan geen ware vrede zijn zonder eerlijkheid, waarheid, gerechtigheid en solidariteit. Ieder plan dat twee ondeelbare en onderling afhankelijke rechten - het recht op vrede en het recht op een integrale ontwikkeling die voortkomt uit solidariteit - uit elkaar haalt, is gedoemd te mislukken. "De onrechtvaardigheden, de overdreven ongelijkheid op economisch of sociaal vlak, de afgunst, de achterdocht en de hoogmoed die zowel tussen mensen als tussen volkeren bestaan, vormen een voortdurende bedreiging voor de vrede en zijn oorzaak van oorlogen. Alles wat ondernomen wordt om deze wanorde te overwinnen draagt bij tot het stichten van vrede en het vermijden van oorlogen." Catechismus van de Katholieke Kerk [[1|2317]]
Van de problematiek van de oorlog richt onze blik zich als vanzelf naar een thema dat daarmee in nauw verband staat: het vraagstuk van de solidariteit. De hoogstaande en veeleisende opdracht van de vrede, diep geworteld in de roeping van de mensheid om één familie te zijn en zichzelf ook als zodanig te beschouwen, vindt haar grondslag onder meer in het principe van de universele bestemming van de rijkdommen van de aarde. Dit principe is geen verbod op privé-bezit, maar verbreedt de visie op en het beheer van privé-bezit om het zijn onontbeerlijke sociale functie te laten vervullen, ten behoeve van het algemeen welzijn en met name het welzijn van de zwaksten in de samenleving.2 Helaas wordt dit basisprincipe alom veronachtzaamd, zoals blijkt uit de hardnekkige en steeds groter wordende kloof in deze wereld tussen het Noorden, dat in grote overvloed leeft en in toenemende mate bevolkt wordt door oudere mensen, en het Zuiden, waar thans de grote meerderheid van de jongere mensen leeft, nog altijd verstoken van geloofwaardige perspectieven van sociale, culturele en economische ontwikkeling.
Niemand moet zichzelf wijsmaken dat het simpele feit dat er geen oorlog is, hoe wenselijk ook, gelijkstaat aan blijvende vrede. Er kan geen ware vrede zijn zonder eerlijkheid, waarheid, gerechtigheid en solidariteit. Ieder plan dat twee ondeelbare en onderling afhankelijke rechten - het recht op vrede en het recht op een integrale ontwikkeling die voortkomt uit solidariteit - uit elkaar haalt, is gedoemd te mislukken. "De onrechtvaardigheden, de overdreven ongelijkheid op economisch of sociaal vlak, de afgunst, de achterdocht en de hoogmoed die zowel tussen mensen als tussen volkeren bestaan, vormen een voortdurende bedreiging voor de vrede en zijn oorzaak van oorlogen. Alles wat ondernomen wordt om deze wanorde te overwinnen draagt bij tot het stichten van vrede en het vermijden van oorlogen." Catechismus van de Katholieke Kerk [[1|2317]]
Referenties naar alinea 13: 1
Compendium van de Sociale Leer van de Kerk ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
14
Compendium van de Sociale Leer van de Kerk ->=geentekst=
Compendium van de Sociale Leer van de Kerk ->=geentekst=
Aan het begin van een nieuwe eeuw ligt de grootste uitdaging voor ons menselijk en christelijk geweten in de armoede van talloze miljoenen mannen en vrouwen. Deze situatie is des te schrijnender als we bedenken dat de grote economische problemen van deze tijd niet voortkomen uit een gebrek aan middelen, maar uit het feit dat de huidige economische, sociale en culturele structuren er slecht op ingesteld zijn om te voldoen aan de vereisten voor werkelijke ontwikkeling.
De armen in zowel de ontwikkelingslanden als de welvarende, rijke landen vragen dan ook terecht "het recht om te delen in het genot van de materiële goederen en om hun werkkracht vruchtbaar te maken en zo een wereld te scheppen die meer rechtvaardig en voor allen meer welvarend is. De verheffing van de armen biedt een belangrijke kans tot de morele, culturele en ook economische groei van de gehele mensheid". Centesimus Annus [[3|28]] Laten we de armen niet beschouwen als een probleem, maar als mensen die een belangrijke bijdrage kunnen leveren aan de bouw van een nieuwe en menselijker toekomst voor iedereen.
De armen in zowel de ontwikkelingslanden als de welvarende, rijke landen vragen dan ook terecht "het recht om te delen in het genot van de materiële goederen en om hun werkkracht vruchtbaar te maken en zo een wereld te scheppen die meer rechtvaardig en voor allen meer welvarend is. De verheffing van de armen biedt een belangrijke kans tot de morele, culturele en ook economische groei van de gehele mensheid". Centesimus Annus [[3|28]] Laten we de armen niet beschouwen als een probleem, maar als mensen die een belangrijke bijdrage kunnen leveren aan de bouw van een nieuwe en menselijker toekomst voor iedereen.
Referenties naar alinea 14: 3
Compendium van de Sociale Leer van de Kerk ->=geentekst=Compendium van de Sociale Leer van de Kerk ->=geentekst=
Compendium van de Sociale Leer van de Kerk ->=geentekst=
Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- HOOFDSTUK 8 De economie moet anders gaan denken
15
Caritas in Veritate ->=geentekst=
We dienen in dit verband ook aandacht te besteden aan de groeiende zorg bij veel economen en financieel deskundigen wanneer zij ten aanzien van nieuwe vraagstukken op het gebied van armoede, vrede, ecologie en de toekomst van de jongere generatie, nadenken over de rol van de markt, de overal doorwerkende invloed van monetaire en financiële belangen, de groeiende kloof tussen economie en samenleving en andere, soortgelijke vragen die samenhangen met economische activiteit.
Misschien is het moment gekomen voor een nieuwe en diepgaandere beschouwing over het wezen van de economie en haar doelen. Er lijkt dringend behoefte te bestaan aan een heroverweging van het concept 'welvaart', om te voorkomen dat dit wordt ingekapseld in een eng utilitaristisch denkkader dat maar weinig ruimte laat voor waarden als solidariteit en altruïsme.
Misschien is het moment gekomen voor een nieuwe en diepgaandere beschouwing over het wezen van de economie en haar doelen. Er lijkt dringend behoefte te bestaan aan een heroverweging van het concept 'welvaart', om te voorkomen dat dit wordt ingekapseld in een eng utilitaristisch denkkader dat maar weinig ruimte laat voor waarden als solidariteit en altruïsme.
Referenties naar alinea 15: 2
Compendium van de Sociale Leer van de Kerk ->=geentekst=Caritas in Veritate ->=geentekst=
Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
16
Ik zou economen en financieel deskundigen, maar ook politiek leiders hier willen vragen om in te zien dat het van dringend belang is om ervoor te zorgen dat de economische praktijk en het daaraan gerelateerde politieke beleid, het belang van ieder mens en van heel de mens tot doel hebben. Dit is niet alleen een eis van de ethiek, maar ook van een gezonde economie. De ervaring leert dat economisch succes in toenemende mate afhankelijk is van een oprechtere waardering van individuele personen en hun capaciteiten, van een verdergaande participatie, bredere en betere kennis en informatie en van een grotere solidariteit.
Dit zijn waarden die geenszins veraf staan van economie en handel, maar die wel helpen om daar een volkomen 'menselijke' wetenschap en praktijk van te maken. Een economie waarin geen enkele aandacht bestaat voor de ethische dimensie en die er niet naar streeft om het welzijn van de menselijke persoon - van iedere en heel de menselijke persoon - te dienen, verdient niet echt de benaming 'economie', in de zin van een rationeel en constructief gebruik van materiële rijkdom.
Dit zijn waarden die geenszins veraf staan van economie en handel, maar die wel helpen om daar een volkomen 'menselijke' wetenschap en praktijk van te maken. Een economie waarin geen enkele aandacht bestaat voor de ethische dimensie en die er niet naar streeft om het welzijn van de menselijke persoon - van iedere en heel de menselijke persoon - te dienen, verdient niet echt de benaming 'economie', in de zin van een rationeel en constructief gebruik van materiële rijkdom.
Referenties naar alinea 16: 1
Compendium van de Sociale Leer van de Kerk ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- HOOFDSTUK 9 Welk ontwikkelingsmodel zal men gaan kiezen?
17
Het feit dat de mensheid, geroepen om één familie te vormen, nog altijd op schrijnende wijze door armoede in tweeën wordt gedeeld - aan het begin van de eenentwintigste eeuw leven meer dan 1.400.000.000 mensen in bittere armoede - houdt in dat er dringend behoefte bestaat aan een herziening van de modellen die ten grondslag liggen aan het ontwikkelingsbeleid.
In dit verband dienen de legitieme vereisten voor economische efficiëntie beter te worden afgestemd op de eisen van politieke participatie en sociale rechtvaardigheid, zonder te vervallen in de ideologische fouten die in de twintigste eeuw gemaakt zijn. In de praktijk betekent dit dat solidariteit integraal onderdeel zal moeten uitmaken van het netwerk van onderlinge afhankelijkheid op economisch, politiek en sociaal niveau, die door het huidige globaliseringsproces alleen nog maar wordt versterkt.
Deze processen vragen om een nieuwe visie op internationale samenwerking in termen van een nieuwe cultuur van solidariteit. Wanneer we samenwerking beschouwen als het zaaien van vrede, mag zij niet worden gereduceerd tot hulp of ondersteuning, zeker niet als die geboden wordt met het oog op wat het de gever zelf in ruil voor de verschafte middelen zal opleveren. Het moet veeleer een uiting zijn van een concrete en tastbare solidaire instelling, die de armen zelf verantwoordelijk maakt voor hun ontwikkeling en zoveel mogelijk mensen in staat stelt om in hun eigen economische en politieke omstandigheden gebruik te maken van hun creativiteit, die kenmerkend is voor de mens en waarvan ook de welvaart van de volkeren afhankelijk is. vgl: Voor de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties ter gelegenheid van het 50-jarig bestaan van de wereldorganisatie [[[771|13]]]
Het is met name nodig om een definitieve oplossing te vinden voor het reeds lang bestaande probleem van de buitenlandse schuld van de arme landen, terwijl tegelijkertijd financiële middelen beschikbaar moeten worden gemaakt ter bestrijding van honger, ondervoeding, ziekte, analfabetisme en de verwoesting van het milieu.
In dit verband dienen de legitieme vereisten voor economische efficiëntie beter te worden afgestemd op de eisen van politieke participatie en sociale rechtvaardigheid, zonder te vervallen in de ideologische fouten die in de twintigste eeuw gemaakt zijn. In de praktijk betekent dit dat solidariteit integraal onderdeel zal moeten uitmaken van het netwerk van onderlinge afhankelijkheid op economisch, politiek en sociaal niveau, die door het huidige globaliseringsproces alleen nog maar wordt versterkt.
Deze processen vragen om een nieuwe visie op internationale samenwerking in termen van een nieuwe cultuur van solidariteit. Wanneer we samenwerking beschouwen als het zaaien van vrede, mag zij niet worden gereduceerd tot hulp of ondersteuning, zeker niet als die geboden wordt met het oog op wat het de gever zelf in ruil voor de verschafte middelen zal opleveren. Het moet veeleer een uiting zijn van een concrete en tastbare solidaire instelling, die de armen zelf verantwoordelijk maakt voor hun ontwikkeling en zoveel mogelijk mensen in staat stelt om in hun eigen economische en politieke omstandigheden gebruik te maken van hun creativiteit, die kenmerkend is voor de mens en waarvan ook de welvaart van de volkeren afhankelijk is. vgl: Voor de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties ter gelegenheid van het 50-jarig bestaan van de wereldorganisatie [[[771|13]]]
Het is met name nodig om een definitieve oplossing te vinden voor het reeds lang bestaande probleem van de buitenlandse schuld van de arme landen, terwijl tegelijkertijd financiële middelen beschikbaar moeten worden gemaakt ter bestrijding van honger, ondervoeding, ziekte, analfabetisme en de verwoesting van het milieu.
Referenties naar alinea 17: 1
Compendium van de Sociale Leer van de Kerk ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
18
Het is nu meer dan ooit dringend noodzakelijk om een besef van universele morele waarden te kweken, om de problemen van deze tijd, die stuk voor stuk een steeds meer wereldomvattend karakter krijgen, het hoofd te kunnen bieden. De bevordering van vrede en mensenrechten, het vinden van oplossingen voor zowel nationale als internationale gewapende conflicten, de bescherming van etnische minderheden en immigranten, het behoud van het milieu, het gevecht tegen verschrikkelijke ziekten en de strijd tegen drugs, drugshandel en politieke en economische corruptie: het zijn allemaal problemen die geen enkel land meer alleen kan oplossen. Ze betreffen de gehele menselijke gemeenschap en moeten dus ook gemeenschappelijk worden bezien en opgelost.
Er moet een manier worden gevonden waarop de problemen ten aanzien van de toekomst van de mensheid in gewone, begrijpelijke taal kunnen worden besproken. De basis voor zo'n dialoog vormt de universele morele wet die in ieder mensenhart geschreven staat. Door deze 'grammatica' van de geest te volgen, kan de menselijke gemeenschap de problematiek van de coëxistentie het hoofd bieden en op weg gaan naar een toekomst waarin respect is voor Gods plan. vgl: Voor de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties ter gelegenheid van het 50-jarig bestaan van de wereldorganisatie [[[771|3]]]
De ontmoeting van geloof en rede, godsdienst en moraal kan een beslissende impuls geven aan de dialoog en samenwerking tussen verschillende volkeren, culturen en godsdiensten.
Er moet een manier worden gevonden waarop de problemen ten aanzien van de toekomst van de mensheid in gewone, begrijpelijke taal kunnen worden besproken. De basis voor zo'n dialoog vormt de universele morele wet die in ieder mensenhart geschreven staat. Door deze 'grammatica' van de geest te volgen, kan de menselijke gemeenschap de problematiek van de coëxistentie het hoofd bieden en op weg gaan naar een toekomst waarin respect is voor Gods plan. vgl: Voor de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties ter gelegenheid van het 50-jarig bestaan van de wereldorganisatie [[[771|3]]]
De ontmoeting van geloof en rede, godsdienst en moraal kan een beslissende impuls geven aan de dialoog en samenwerking tussen verschillende volkeren, culturen en godsdiensten.
Referenties naar alinea 18: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- HOOFDSTUK 10 Jezus de gave van vrede
19
"Vrede op aarde voor mensen in wie God een welgevallen heeft!"
Vooruitkijkend naar het grote Jubeljaar [d:17] gedenken Christenen over de hele wereld de menswording. Terwijl zij opnieuw de verkondiging horen van de engelen in de hemelen boven Betlehem (Lc. 2, 14) [[b:Lc. 2, 14]], gedenken zij de menswording in de wetenschap dat Jezus "onze vrede is" (Ef. 2, 14) [b:Ef. 2, 14], het geschenk van vrede voor alle mensen. De eerste woorden die Hij na de verrijzenis tot zijn leerlingen sprak, luidden: "Vrede zij u" (Joh. 20, 19.21.26) [b:Joh. 20, 19.21.26]. Christus is gekomen om te verenigen wat verdeeld was, om zonde en haat weg te nemen en om de mensheid opnieuw bewust te maken van haar roeping tot eenheid en broederschap. Daarom is Hij "de oorsprong en het toonbeeld van deze vernieuwde mensheid, die doordrongen is van broederlijke liefde, oprechtheid en vredesgezindheid en waar alle mensen naar streven". Ad Gentes Divinitus [[703|8]]
Vooruitkijkend naar het grote Jubeljaar [d:17] gedenken Christenen over de hele wereld de menswording. Terwijl zij opnieuw de verkondiging horen van de engelen in de hemelen boven Betlehem (Lc. 2, 14) [[b:Lc. 2, 14]], gedenken zij de menswording in de wetenschap dat Jezus "onze vrede is" (Ef. 2, 14) [b:Ef. 2, 14], het geschenk van vrede voor alle mensen. De eerste woorden die Hij na de verrijzenis tot zijn leerlingen sprak, luidden: "Vrede zij u" (Joh. 20, 19.21.26) [b:Joh. 20, 19.21.26]. Christus is gekomen om te verenigen wat verdeeld was, om zonde en haat weg te nemen en om de mensheid opnieuw bewust te maken van haar roeping tot eenheid en broederschap. Daarom is Hij "de oorsprong en het toonbeeld van deze vernieuwde mensheid, die doordrongen is van broederlijke liefde, oprechtheid en vredesgezindheid en waar alle mensen naar streven". Ad Gentes Divinitus [[703|8]]
Referenties naar alinea 19: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
20
Tijdens dit Jubeljaar gedenkt de kerk op levendige wijze haar Heer en wil zij haar roeping en missie om in Christus een 'sacrament' of teken en instrument van vrede in en voor de wereld te zijn, bevestigen. "Zo staat de Kerk, de enige kudde van God, als een banier voor de volkeren opgericht en, terwijl zij aan de gehele mensheid het evangelie van de vrede brengt, is zij vol hoop op weg naar het eindpunt van het vaderland hierboven." Unitatis Redintegratio [[618|2]]
Voor de katholieke gelovigen is de opdracht om gerechtigheid en vrede te stichten niet secundair, maar essentieel. Deze opdracht dient ter hand te worden genomen in een open houding ten opzichte van hun broeders en zusters van andere kerken en kerkelijke gemeenschappen, ten opzichte van aanhangers van andere godsdiensten en ten opzichte van alle mannen en vrouwen van goede wil, met wie zij de zorg om vrede en broederschap delen.
Voor de katholieke gelovigen is de opdracht om gerechtigheid en vrede te stichten niet secundair, maar essentieel. Deze opdracht dient ter hand te worden genomen in een open houding ten opzichte van hun broeders en zusters van andere kerken en kerkelijke gemeenschappen, ten opzichte van aanhangers van andere godsdiensten en ten opzichte van alle mannen en vrouwen van goede wil, met wie zij de zorg om vrede en broederschap delen.
Referenties naar alinea 20: 1
Compendium van de Sociale Leer van de Kerk ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- HOOFDSTUK 11 Zich moedig inzetten voor de vrede
21
Het is een teken van hoop dat ondanks vele ernstige obstakels toch telkens weer initiatieven voor vrede worden genomen, met de volle medewerking van vele mensen. Vrede is een bouwwerk waaraan voortdurend verder gebouwd moet worden.
'Werken aan vrede' omvat:
'Werken aan vrede' omvat:
- ouders die in hun gezin een voorbeeld en getuige van vrede zijn en die hun kinderen opvoeden tot vrede;
- docenten die in staat zijn om de zuivere waarden over te dragen die op ieder kennisterrein en in het historische en culturele erfgoed van de mensheid aanwezig zijn;
- werkende mannen en vrouwen, die zich inzetten om de eeuwenoude strijd voor waardige arbeidsomstandigheden door te trekken naar situaties in deze tijd die, op internationaal niveau, schreeuwen om gerechtigheid en solidariteit;
- politiek leiders die zich in hun eigen politieke activiteiten en in die van hun land laten leiden door een onwrikbare vastberadenheid om vrede en gerechtigheid te bevorderen;
- mensen in internationale organisaties die, vaak met schaarse middelen, aan het front bezig zijn in situaties waar 'vrede stichten' een bedreiging voor de eigen veiligheid kan betekenen;
- de leden van non-gouvernementele organisaties die zich in verschillende delen van de wereld en in de meest uiteenlopende situaties inzetten om door middel van research en daadkracht conflicten te voorkomen en op te lossen;
- gelovigen die, in de overtuiging dat authentiek geloof nooit een bron van oorlog of geweld kan zijn, overtuigingen van vrede en liefde verspreiden in een oecumenische en interreligieuze dialoog.
Referenties naar alinea 21: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
22
Ik denk in het bijzonder aan jullie, beste jonge mensen, die de zegening van het leven op een bijzondere manier ervaren en de plicht hebben om die niet te verkwisten. Laat je op school en op de universiteit, op je werk, in je vrije tijd, bij het sporten en alles wat je verder doet, voortdurend leiden door deze gedachte: vrede in je en vrede rondom je, altijd vrede, vrede met iedereen, vrede voor iedereen.
Op jonge mensen die helaas de tragische ervaringen van een oorlog met zich meedragen en gevoelens van haat en rancune koesteren, wil ik het volgende appèl doen: span je tot het uiterste in om de weg van verzoening en vergeving te hervinden. Het is een moeilijke weg, maar het is de enige weg die het mogelijk maakt om de toekomst tegemoet te zien met hoop voor jezelf, je kinderen, je land en heel de mensheid.
Ik zal de gelegenheid hebben om op deze dialoog met jullie terug te komen, beste jonge mensen, als we elkaar in augustus in Rome weer zien bij de viering van de Wereldjongerendag in het Jubeljaar.
In een van zijn laatste openbare toespraken sprak paus Johannes XXIII opnieuw tot 'mensen van goede wil', die hij vroeg om zich in te zetten voor een vredesproject dat is gebaseerd op het "Evangelie van gehoorzaamheid aan God, van barmhartigheid en vergeving". Daarop vervolgde hij: "De lichtende fakkel van de vrede zal dan ongetwijfeld worden ontstoken en het licht en de genade richten op het hart van de mensen over de gehele oppervlakte van de aarde en hen over alle grenzen heen de gelaatstrekken van broeders, van vrienden doen ontdekken." Zalige Paus Johannes XXIII,.. Zalige Paus Johannes XXIII, Toespraak ter gelegenheid van de uitreiking van de Balzanprijs (10 mei 1963) Mogen jullie, jonge mensen van het jaar 2000, in anderen, en anderen met jullie hulp ook in jullie, het gezicht zien van broeders en zusters, het gezicht van vrienden!
In dit Jubeljaar, waarin de kerk zich wijdt aan plechtige voorbeden voor de vrede, wenden we ons met grote devotie tot de moeder van Jezus. We roepen haar aan als de koningin van vrede en vragen haar om ons in overvloed de gaven van haar moederlijke goedheid te schenken en de mensheid te helpen om één familie te worden, in solidariteit en vrede.
Op jonge mensen die helaas de tragische ervaringen van een oorlog met zich meedragen en gevoelens van haat en rancune koesteren, wil ik het volgende appèl doen: span je tot het uiterste in om de weg van verzoening en vergeving te hervinden. Het is een moeilijke weg, maar het is de enige weg die het mogelijk maakt om de toekomst tegemoet te zien met hoop voor jezelf, je kinderen, je land en heel de mensheid.
Ik zal de gelegenheid hebben om op deze dialoog met jullie terug te komen, beste jonge mensen, als we elkaar in augustus in Rome weer zien bij de viering van de Wereldjongerendag in het Jubeljaar.
In een van zijn laatste openbare toespraken sprak paus Johannes XXIII opnieuw tot 'mensen van goede wil', die hij vroeg om zich in te zetten voor een vredesproject dat is gebaseerd op het "Evangelie van gehoorzaamheid aan God, van barmhartigheid en vergeving". Daarop vervolgde hij: "De lichtende fakkel van de vrede zal dan ongetwijfeld worden ontstoken en het licht en de genade richten op het hart van de mensen over de gehele oppervlakte van de aarde en hen over alle grenzen heen de gelaatstrekken van broeders, van vrienden doen ontdekken." Zalige Paus Johannes XXIII,.. Zalige Paus Johannes XXIII, Toespraak ter gelegenheid van de uitreiking van de Balzanprijs (10 mei 1963) Mogen jullie, jonge mensen van het jaar 2000, in anderen, en anderen met jullie hulp ook in jullie, het gezicht zien van broeders en zusters, het gezicht van vrienden!
In dit Jubeljaar, waarin de kerk zich wijdt aan plechtige voorbeden voor de vrede, wenden we ons met grote devotie tot de moeder van Jezus. We roepen haar aan als de koningin van vrede en vragen haar om ons in overvloed de gaven van haar moederlijke goedheid te schenken en de mensheid te helpen om één familie te worden, in solidariteit en vrede.
Vanuit het Vaticaan, 8 december 1999 Johannes Paulus II
Referenties naar alinea 22: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediahttps://rkdocumenten.nl/toondocument/255-vrede-op-aarde-nl