Tot de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties, New York
x
Informatie over dit document
Tot de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties, New York
Paus Benedictus XVI
18 april 2008
Pauselijke geschriften - Toespraken
2008, Libreria Editrice Vaticana / SRKK, Utrecht
Vertaling: H. Lohman M.A.
Vertaling: H. Lohman M.A.
18 april 2008
15 maart 2010
2305
nl
Referenties naar dit document: 2
Open uitgebreid overzichtReferenties naar dit document van thema's en berichten
Open uitgebreid overzichtExtra opties voor dit document
Kopieer document-URL naar klembord Reageer op dit document Deel op social mediaInhoudsopgave
- Inhoud
1
{in het Frans}Bij het begin van mijn toespraak tot de Vergadering wil ik eerst mijn hartelijke dank uitspreken voor uw vriendelijke woorden, mijnheer President. Mijn dank gaat ook uit naar de secretaris-generaal, Mr. Ban Ki-moon, voor de uitnodig om het hoofdkwartier van deze Organisatie te bezoeken en voor de ontvangst die mij gegeven wordt. Ik groet alle ambassadeurs en diplomaten van de lidstaten en aan allen hier aanwezig. Via u groet ik de mensen die door u vertegenwoordigd worden. Zij kijken naar dit instituut om voort te gaan op de inspiratie van haar oprichters om te komen tot "een centrum voor harmonisering van de acties van de naties om de gemeenschappelijke doelen te bereiken" van vrede en ontwikkeling vgl: art. 1.2 - 1.4 [[[1493]]]. Toen Paus Johannes Paulus II in 1995 tot uitdrukking bracht dat de Organisatie "steeds meer uit moet groeien tot een intellectueel centrum, waarin alle naties van de wereld zich thuis voelen en hun gemeenschappelijk bewustzijn ontplooien, om zogezegd een 'familie der naties' te zijn" Voor de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties ter gelegenheid van het 50-jarig bestaan van de wereldorganisatie [[771|14]].
Mijnheer President,
dames en heren.
Referenties naar alinea 1: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
2
Door de Verenigde Naties hebben de staten universele doelen vastgelegd. Ook al stemmen die niet volledig overeen met het totale algemeen belang van de mensenfamilie, ze zijn er ongetwijfeld een wezenlijk deel van. De grondprincipes van de instelling zijn: het verlangen naar vrede, het streven naar gerechtigheid, respect voor de waardigheid van elke persoon en de humanitaire samenwerking en hulp. Ze zijn uitdrukking van de aspiraties van de menselijke geest en vormen de idealen die de internationale betrekkingen moeten dragen. Zoals mijn voorgangers paus Paulus VI en paus Johannes Paulus II hier opgemerkt hebben, hoort dit alles tot datgene wat de katholieke Kerk en de Heilige Stoel nauwlettend en met interesse volgen. De Kerk ziet in het optreden van de VN hoe problemen en conflicten met betrekking tot de internationale gemeenschap onderwerp van gemeenschappelijke regelgeving kunnen worden. De VN belichamen de pretentie van een ‘hogere mate van internationale orde’ Sollicitudo Rei Socialis [[350|43]], en laten zich inspireren door het principe van subsidiariteit. Ze zijn in staat antwoord te geven op de behoefte van de mensenfamilie aan bindende internationale regels en structuren die de ontplooiing van het dagelijks leven van de volkeren in harmonie brengt. Dit is des te noodzakelijker nu we leven in een tijd met de paradox van een multilaterale consensus die van de beslissing van enkelen afhankelijk is, terwijl de problemen in de wereld de internationale gemeenschap oproepen tot collectief handelen.
Referenties naar alinea 2: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
3
Inderdaad, de vragen over veiligheid, ontwikkelingsdoelen, reductie van plaatselijke en wereldwijde ongelijkheden, bescherming van het milieu, van de bronnen en van het klimaat, vragen alle internationale leiders gemeenschappelijk te acteren en te laten zien dat men bereid is in goed vertrouwen te werken, met respect voor de wet en de solidariteit te bevorderen met de zwakste regio's van de planeet. Ik denk in het bijzonder aan die landen in Afrika en andere delen van de wereld die in de marge blijven van de authentieke integrale ontwikkeling en zijn daarom in gevaar alleen de negatieve effecten te ervaren van de globalisatie. In het kader van internationale betrekkingen is het nodig de rol te erkennen die overkoepelende regels en structuren spelen, die opgesteld zijn op basis van de verlangens van het algemeen belang en dus de bescherming van de menselijke vrijheid dienen. Deze orde perkt de vrijheid niet in. Zij bevordert ze integendeel juist omdat ze gedrag en actie verbieden die zich richten tegen het algemeen belang en daardoor de waarde van elke persoon zouden kunnen doorkruisen. Op dit punt richten wij onze aandacht op de manier waarop resultaten van wetenschappelijk onderzoek en technologische ontwikkeling soms gebruikt worden. Ondanks de enorme voordelen die ze de mensheid kunnen verschaffen, zijn ze in enkele gevallen een duidelijke aanval op de orde van de schepping. En dit zodanig dat niet alleen het heilig karakter van het leven weersproken wordt, maar ook de menselijke persoon en het gezin van hun natuurlijke identiteit beroofd worden. Op een zelfde manier is internationale actie nodig om het milieu te bewaren en de diverse vormen van leven op aarde te beschermen. Daarvoor is niet alleen een garantie van een redelijk gebruik van technologie en wetenschap nodig, maar moet ook het authentieke beeld van de schepping herontdekt worden. Dit verlangt nooit een keuze te maken tussen wetenschap en ethiek: eerder is het een kwestie van het aannemen van een wetenschappelijke methode dat werkelijk respectvol is voor de ethische imperatieven.
Referenties naar alinea 3: 1
Caritas in Veritate ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
4
Erkenning van de eenheid van de menselijke familie en de aandacht voor aangeboren waardigheid van iedere man en vrouw, vindt tegenwoordig nieuwe aandacht in het principe van de veranwtoordelijkheid tot bescherming. Eigenlijk sinds kort is dit vastgesteld, maar het was al impliciet aanwezig bij het begin van de Verenigde Staten en is nu steeds meer het karakter van haar activiteiten. Iedere staat heeft een primaire taak om de eigen bevolking te beschermen voor de grove en blijvende schendingen van de rechten van de mens, zowel als de gevolgen van de humanitaire crises, of deze nu veroorzaakt zijn door de natuur of door de mens zelf. Als een staat een dergelijke bescherming niet kan geven, moet de internationale gemeenschap ingrijpen. En wel met de juridische middelen die in het Handvest van de Verenigde Naties [1493] en in andere internationale verdragen daarvoor vastgesteld zijn. De actie van de internationale gemeenschap en zijn instituties, vooropgesteld dat die de principes van de internationale orde respecteert, mag nooit geïnterpreteerd worden als een onrechtvaardige actie of een inperking van de soevereiniteit. Het is integendeel onverschilligheid of het nalaten van ingrijpen dat de werkelijke schade veroorzaakt. Een diepere zoektocht is nodig naar manieren om vooraf conflicten te benaderen, door elke diplomatieke mogelijkheid en het minste teken van dialoog of verzoening te onderzoeken.
Referenties naar alinea 4: 1
Caritas in Veritate ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
5
Het beginsel van de ‘plicht om te beschermen’ werd door het oude ius gentium beschouwd als de basis van elke stap van bestuurders met betrekking tot de bestuurden. In de tijd dat het idee van nationale soevereine staten nog in eerste ontwikkeling was, beschreef de dominicaner monnik Francisco de Vitoria, terecht beschouwd als voorbode van de idee van de Verenigde Naties, deze plicht als een aspect van de natuurlijke rede die door alle volkeren wordt gedeeld, en als resultaat van een internationale orde die de betrekkingen tussen volkeren reguleert. Nu, net als toen, moet dit beginsel de idee oproepen van de persoon als beeld van de Schepper, zijn verlangen naar het Absolute en het wezen van de vrijheid. De oprichting van de Verenigde Naties viel zoals bekend samen met de ingrijpende omwentelingen die de mensheid beleefde, toen verwijzing naar de betekenis van het transcendente en de natuurlijke rede werden verlaten, en als gevolg de vrijheid en de menselijke waardigheid grof werden geschonden. Als dat gebeurt, bedreigt het de objectieve fundamenten van de waarden die de internationale orde inspireren en bepalen, en ondermijnt het de overtuigende en onschendbare beginselen geformuleerd en vastgelegd door de Verenigde Naties. Bij nieuwe en aanhoudende instigaties is het fout om terug te vallen op een pragmatische benadering die beperkt is tot het bepalen van een ‘gemeenschappelijke basis’, minimaal qua inhoud en zwak qua effect.
Referenties naar alinea 5: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
6
Deze verwijzing naar de menselijke waardigheid, die de basis en het doel is van de plicht om te beschermen, brengt ons bij het thema waarop we ons dit jaar speciaal richten, dat de zestigste verjaardag markeert van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens [1491]. Dat document was de uitkomst van het samenkomen van verschillende religieuze en culturele tradities, allemaal gedreven door de gemeenschappelijke wens om de menselijke persoon te plaatsen in het hart van de instellingen, wetgeving en dynamiek van de samenleving, en de menselijke persoon als wezenlijk te beschouwen voor de wereld van cultuur, religie en wetenschap. De mensenrechten worden steeds meer als gemeenschappelijke taal en ethische voedingsbodem voor internationale betrekkingen gezien. Tegelijkertijd dienen de universaliteit, ondeelbaarheid en onafhankelijkheid van de mensenrechten als garantie voor de bescherming van de menselijke waardigheid. Het is duidelijk dat deze rechten, die in de Universele Verklaring erkend en vastgelegd zijn, voor alle mensen geldig zijn op grond van de gemeenschappelijke oorsprong van de mens als hoogtepunt van Gods scheppingsplan. Ze zijn gebaseerd op de natuurwet, die geschreven staat in elk mensenhart en in de meest verschillende culturen en beschavingen aanwezig is. De mensenrechten uit deze samenhang los te weken, zou betekenen dat hun reikwijdte beperkt wordt en een relativistische opvatting gaat overheersen. Daardoor zouden de betekenis en interpretatie van de rechten kunnen variëren en zou hun universaliteit in naam van de verschillende culturele, politieke, sociale en religieuze levensbeschouwingen ontkend worden. We moeten deze grote variëteit van gezichtspunten niet het feit laten verdoezelen, dat niet alleen rechten universeel zijn, maar de menselijke persoon, het onderwerp van deze rechten, evenzo.
Referenties naar alinea 6: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
7
{in het Engels}Het leven van de gemeenschap, zowel nationaal als internationaal, laat duidelijk zien dat respect voor rechten, en de garanties die daaruit volgen, maatstaven zijn voor het algemeen belang. Namelijk ter beoordeling van de verhouding tussen recht en onrecht, ontwikkeling en armoede, veiligheid en conflict. Bevordering van de mensenrechten blijft de meest effectieve strategie voor het elimineren van ongelijkheden tussen landen en sociale groepen, en voor de toename van veiligheid. In feite worden de slachtoffers van ontbering en wanhoop, wier menselijke waardigheid straffeloos wordt geschonden, een gemakkelijke prooi van de roep om geweld, en kunnen zij dan tot schenders van de vrede worden. Het algemeen belang dat de mensenrechten helpen dienen, kan echter niet worden bereikt door correcte procedures te hanteren, zelfs niet door een balans te vinden tussen concurrerende rechten. De verdienste van de Universele verklaring [1491] is, dat het verschillende culturen, juridische terminologieën en institutionele modellen in staat heeft gesteld elkaar te vinden rond een fundamentele kern van waarden en daarmee ook van rechten. Vandaag echter moeten de inspanningen worden verdubbeld, gezien de druk op herinterpretatie van de fundamenten van de Verklaring [1491] en op aantasting van haar innerlijke eenheid. Druk om een stap mogelijk te maken weg van de bescherming van de menselijke waardigheid en in de richting van bevrediging van enkelvoudige, vaak particuliere, belangen. De Verklaring [1491] werd aangenomen als een “gemeenschappelijke norm voor succes”. Preamble [[1491]] Zij kan niet fragmentarisch worden toegepast aan de hand van trends of selectieve keuzes, die alleen maar dreigen te botsen met de integriteit en dus de ondeelbaarheid van mensenrechten.
Referenties naar alinea 7: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
8
De ervaring laat zien dat legaliteit vaak prevaleert boven gerechtigheid, wanneer door de druk op rechten ze het exclusieve resultaat lijken van wettelijke bepalingen of normatieve beslissingen van verschillende instellingen of machthebbers. Als rechten alleen in wetstermen worden gepresenteerd, dreigen ze tot zwakke beweringen te worden, losgemaakt van de ethische en rationele dimensie die eraan ten grondslag ligt en die hun doel vormt. Beter gezegd, de Universele verklaring [1491], heeft de overtuiging versterkt dat respect voor mensenrechten principieel geworteld is in onveranderlijke gerechtigheid, waarop de bindende kracht van internationale bepalingen tevens is gebaseerd. Dit aspect wordt vaak over het hoofd gezien, wanneer geprobeerd wordt rechten van hun ware functie te ontdoen uit het oogpunt van eng utilitarisme. Rechten en de daaruit voortvloeiende plichten ontstaan op natuurlijke wijze uit menselijke interactie. Daarom wordt gemakkelijk vergeten, dat zij de vrucht zijn van een gemeenschappelijk bestaand gevoel voor rechtvaardigheid. Dat gevoel stoelt primair op solidariteit onder de leden van de maatschappij en geldt daarmee in alle tijden en voor alle volkeren. Deze intuïtie werd al verwoord in de vijfde eeuw door Augustinus van Hippo, een van de grondleggers van ons intellectuele erfgoed. Hij leerde dat het gezegde: Wat gij niet wilt dat u geschiedt, doet dat ook een ander niet “op geen enkele manier kan variëren naar de verschillen in inzichten die in de wereld zijn ontstaan” III, 14 [[2077]]. Mensenrechten moeten dan ook worden gerespecteerd als uitdrukking van gerechtigheid, en niet alleen omdat ze zijn af te dwingen door de wil van de wetgevers.
Referenties naar alinea 8: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
9
Dames en heren, Terwijl de geschiedenis voortschrijdt ontstaannieuwe situaties en wordt geprobeerdze met nieuwe rechten te verbinden.Het onderscheidingsvermogen, datwil zeggen om goed van kwaad te onderscheiden,wordt nog essentiëler rondeisen die echt het leven en gedrag vanpersonen, gemeenschappen en volkerenbetreffen. Bij de aanpak van het themarechten, nu belangrijke situaties en diepewerkelijkheden aan de orde zijn, is dedeugd des onderscheids zowel onmisbaarals ook vruchtbaar.
Dit onderscheid laat dan zien, dat het uitsluitend toevertrouwen aan individuelestaten – met hun wetten en instellingen –van de uiteindelijke verantwoordelijkheidvoor de vervulling van de verlangens vanpersonen, gemeenschappen en hele volkeren,soms gevolgen kan hebben, die demogelijkheid van een sociale orde metrespect voor de waardigheid en rechtenvan de persoon uitsluiten. Daartegenoverkan een visie die stevig verankerd is in dereligieuze dimensie hier helpen, aangezienerkenning van de transcendentewaarde van elke man en vrouw de bekeringbevordert van het hart, die dan leidttot actief verzet tegen geweld, terrorismeen oorlog, en tot actieve bevordering vangerechtigheid en vrede. Dit biedt ook depassende context voor de interreligieuzedialoog die de Verenigde Naties gevraagdis te ondersteunen, zoals zij ook de dialoogop andere terreinen van menselijkeactiviteit ondersteunen. Dialoog zoumoeten worden erkend als het middelwaardoor de verschillende geledingenvan de maatschappij hun visie kunnenuiten en consensus kunnen vormen overde waarheid omtrent bepaalde waardenen doelstellingen. Het hoort bij de aardvan religies, vrij beoefend, dat zij zelfstandig een dialoog over denken en levenkunnen voeren. Als ook op dit niveau desfeer van de religie gescheiden wordtgehouden van de politieke activiteiten,vloeien daar grote voordelen uit voortvoor individuen en gemeenschappen.Anderzijds kunnen de Verenigde Natiesrekenen op de resultaten van interreligieuzedialoog, en vruchten plukken van debereidheid van gelovigen om hun ervaringenin dienst te stellen van het algemeenbelang. Het is hun taak om eenvisie op geloof voor te stellen, niet in termenvan intolerantie, discriminatie enconflict, maar in termen van volledig respect voor de waarheid, co-existentie,rechten en verzoening.
Dit onderscheid laat dan zien, dat het uitsluitend toevertrouwen aan individuelestaten – met hun wetten en instellingen –van de uiteindelijke verantwoordelijkheidvoor de vervulling van de verlangens vanpersonen, gemeenschappen en hele volkeren,soms gevolgen kan hebben, die demogelijkheid van een sociale orde metrespect voor de waardigheid en rechtenvan de persoon uitsluiten. Daartegenoverkan een visie die stevig verankerd is in dereligieuze dimensie hier helpen, aangezienerkenning van de transcendentewaarde van elke man en vrouw de bekeringbevordert van het hart, die dan leidttot actief verzet tegen geweld, terrorismeen oorlog, en tot actieve bevordering vangerechtigheid en vrede. Dit biedt ook depassende context voor de interreligieuzedialoog die de Verenigde Naties gevraagdis te ondersteunen, zoals zij ook de dialoogop andere terreinen van menselijkeactiviteit ondersteunen. Dialoog zoumoeten worden erkend als het middelwaardoor de verschillende geledingenvan de maatschappij hun visie kunnenuiten en consensus kunnen vormen overde waarheid omtrent bepaalde waardenen doelstellingen. Het hoort bij de aardvan religies, vrij beoefend, dat zij zelfstandig een dialoog over denken en levenkunnen voeren. Als ook op dit niveau desfeer van de religie gescheiden wordtgehouden van de politieke activiteiten,vloeien daar grote voordelen uit voortvoor individuen en gemeenschappen.Anderzijds kunnen de Verenigde Natiesrekenen op de resultaten van interreligieuzedialoog, en vruchten plukken van debereidheid van gelovigen om hun ervaringenin dienst te stellen van het algemeenbelang. Het is hun taak om eenvisie op geloof voor te stellen, niet in termenvan intolerantie, discriminatie enconflict, maar in termen van volledig respect voor de waarheid, co-existentie,rechten en verzoening.
Referenties naar alinea 9: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
10
Tot de mensenrechten behoort natuurlijkook het recht op godsdienstvrijheid, opgevatals de uitdrukking van een tegelijkertijdindividuele en gemeenschapsdimensie,een visie die de eenheid van depersoon benadrukt en daarbij duidelijkonderscheid maakt tussen de dimensievan de burger van die van de gelovige.Het optreden van de Verenigde Natiesheeft de afgelopen jaren veilig gesteld,dat het publieke debat ruimte geeft aangezichtspunten die door een religieuzevisie worden geïnspireerd in al zijn dimensies,zoals rituelen, eredienst, onderwijs,informatieverspreiding en de vrijheidvan belijdenis en keuze van religie.Het is dan ondenkbaar, dat gelovigen eendeel van zichzelf zouden moeten onderdrukken– hun geloof – om actieve burgerste kunnen worden. Het zou nooitnodig moeten zijn God te ontkennen omzijn rechten te kunnen genieten. De rechtendie samenhangen met religie hebbenzelfs meer bescherming nodig, wanneerze worden beschouwd als strijdig met deheersende wereldlijke ideologie of metreligieuze meerderheidsstandpunten vanexclusieve aard. De volledige garantievan godsdienstvrijheid kan niet wordenbeperkt tot vrije beoefening van de eredienst,maar moet ook de publieke dimensievan godsdienst in de beschouwingbetrekken, en dan ook de mogelijkheidvan gelovigen om hun taak te vervullenbij de opbouw van de sociale orde. Zedoen dat in feite ook, bijvoorbeeld doorhun invloedrijke en belangeloze betrokkenheidbij een uitgebreid netwerk vaninitiatieven, dat zich uitstrekt van universiteiten,wetenschappelijke instellingenen scholen, tot zorginstellingen en liefdadigheidsorganisatiesin dienst voor dearmsten en meest uitgeslotenen. Weigeringom de bijdrage aan de maatschappijte erkennen, die wortelt in de religieuzedimensie en de zoektocht naar de Absolute– die naar zijn aard eenheid tussen personenuitdrukt – zou feitelijk een individualistischebenadering bevoorrechten ende eenheid van de persoon verbreken.
Referenties naar alinea 10: 1
Godsdienstvrijheid, de weg naar vrede ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
11
Mijn aanwezigheid in deze Assemblee iseen teken van achting voor de VerenigdeNaties, en wil de hoop uitdrukken dat deOrganisatie steeds meer zal fungeren alsteken van eenheid tussen staten en instrumentten dienste van de hele mensenfamilie.Het laat ook de bereidheid van dekatholieke Kerk zien om haar eigen bijdragete leveren aan de opbouw van internationalebetrekkingen, en wel zo, datelke persoon en elk volk het gevoel heeftdat zij iets kunnen veranderen. Op eenmanier die consistent is met haar bijdrageop ethisch en moreel gebied en de vrijeactiviteit van haar gelovigen, werkt deKerk ook aan de realisering van dezedoelstellingen via de internationale activiteitvan de Heilige Stoel. In feite heeftde Heilige Stoel altijd een plaats gehad opde vergaderingen van de Volkeren endaarbij haar specifieke karakter getoondals een onderwerp in het internationaledomein. Zoals de Verenigde Naties onlangshebben bevestigd, levert de HeiligeStoel daarbij haar bijdrage volgens debeschikkingen van het internationalerecht, helpt dat te formuleren en doet ereen beroep op.
De Verenigde Naties blijven een bevoorrechte plaats, waarin de Kerk haar best doet haar ervaring van humaniteit in te brengen, die zij eeuwenlang onder de volken van alle rassen en culturen opgedaan heeft. Die wil ze aan alle leden van de internationale gemeenschap ter beschikking stellen. Deze ervaring eninzet, gericht op het bereiken van vrijheidvoor iedere gelovige, zoekt ook de toenamevan bescherming die gegeven wordtaan de rechten van de persoon. Dezerechten worden geschraagd en gevormddoor de transcendente natuur van de persoon,welke het mannen en vrouwenmogelijk maakt om door te gaan op hunreis van geloof en hun zoektocht naarGod in deze wereld. Erkenning van dezedimensie moet worden versterkt, willenwe ‘s mensen hoop op een betere wereldondersteunen, en de voorwaarden scheppenvoor vrede, ontwikkeling, samenwerkingen de garantie van rechten voor toekomstigegeneraties.
De Verenigde Naties blijven een bevoorrechte plaats, waarin de Kerk haar best doet haar ervaring van humaniteit in te brengen, die zij eeuwenlang onder de volken van alle rassen en culturen opgedaan heeft. Die wil ze aan alle leden van de internationale gemeenschap ter beschikking stellen. Deze ervaring eninzet, gericht op het bereiken van vrijheidvoor iedere gelovige, zoekt ook de toenamevan bescherming die gegeven wordtaan de rechten van de persoon. Dezerechten worden geschraagd en gevormddoor de transcendente natuur van de persoon,welke het mannen en vrouwenmogelijk maakt om door te gaan op hunreis van geloof en hun zoektocht naarGod in deze wereld. Erkenning van dezedimensie moet worden versterkt, willenwe ‘s mensen hoop op een betere wereldondersteunen, en de voorwaarden scheppenvoor vrede, ontwikkeling, samenwerkingen de garantie van rechten voor toekomstigegeneraties.
Referenties naar alinea 11: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
12
In mijn recente Encycliek Spe Salvi [2067] gaf ik aan, dat “iedere generatie opnieuw de plicht heeft te strijden voor de juiste ordening van de menselijke zaken”.6 Voor christenen wordt deze taak gemotiveerd door de hoop uit het verlossingswerk van Jezus Christus. Daarom is de Kerk blij verbonden te zijn met het werk van deze illustere Organisatie, belast met de verantwoordelijkheid om vrede en goede wil te bevorderen over heel de aarde. Dierbare vrienden, ik dank u voor deze gelegenheid mij vandaag tot u te kunnen richten, en ik beloof u de ondersteuning van mijn gebeden bij uw inzet voor de nobele taak. Voor ik deze illustere Assemblee verlaat, zou ik graag alle volkeren hier vertegenwoordigd willen groeten in de officiële talen.
{in English; in French; in Spanish; in Arab; in Chinese; in Russian:} Peace and Prosperity with God's help!
{in English; in French; in Spanish; in Arab; in Chinese; in Russian:} Peace and Prosperity with God's help!
Referenties naar alinea 12: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediaReferenties naar dit document: 2
Open uitgebreid overzichthttps://rkdocumenten.nl/toondocument/2305-tot-de-algemene-vergadering-van-de-verenigde-naties-new-york-nl