Caritas Christi
x
Informatie over dit document
Caritas Christi
Over gebeden tot God voor de Kerk die in China - Aan de Bisschoppen van de hele wereld bij gelegenheid van het Chinese nieuwe jaar
Paus Johannes Paulus II
6 januari 1982
Pauselijke geschriften - Brieven
1982, Archief van de Kerken p. 186-189
Alineaverdeling en -nummering: redactie
Alineaverdeling en -nummering: redactie
6 januari 1982
24 februari 2020
2294
nl
Referenties naar dit document: 1
Open uitgebreid overzichtReferenties naar dit document van thema's en berichten
Open uitgebreid overzichtExtra opties voor dit document
Kopieer document-URL naar klembord Reageer op dit document Deel op social mediaInhoudsopgave
- Inhoud
1
Deze brief is ontstaan uit de smeekbede welke ik onophoudelijk tot de almachtige God richt voor dit geliefde deel van zijn volk en is bedoeld om de katholieken van heel de wereld door uw bemiddeling uit te nodigen tot gebed. Wij weten met zekerheid dat de Heer trouw is aan zijn woord: 'Vraagt en u zal gegeven worden; zoekt en ge zult vinden; klopt en er zal worden opengedaan' (Mt. 7, 7) [b:Mt. 7, 7]. Ook wanneer immers de normale menselijke middelen die dienen om de banden van de betrekkingen binnen een gemeenschap te onderhouden, ontbreken, blijft toch altijd de kracht van het gebed dat de vlam levend houdt van de hoop welke niet teleurstelt, dankzij de werking van de Heilige Geest die in ons is. 'De Heilige Geest komt onze zwakheid te hulp - zo leert ons de heilige Paulus -. Want wij weten niet eens hoe wij behoren te bidden, maar de Geest zelf pleit voor ons met onuitsprekelijke verzuchtingen' (Rom. 8, 26) [b:Rom. 8, 26].
Eerbiedwaardige broeders, heil en apostolische zegenDe liefde van Christus welke ons broederlijk verenigt en de zware verantwoordelijkheid welke mij als opperherder van de universele kerk is toevertrouwd, brengt mij ertoe mijn hart te openen om met u, dierbare broeders in het bisschopsambt, mijn bezorgdheid en ongerustheid te delen over de kerk die in China is. Allen is de situatie bekend waarin zij zich momenteel bevindt, en ik ben er zeker van dat velen van u niet ophouden vurige gebeden te richten tot de hemelse Vader en tot onze Heer Jezus Christus, de goede herder van de zielen, voor onze beminde broeders en zusters van die grote natie. Ik weet namelijk, dat reeds in verschillende delen van de katholieke wereld initiatieven van gebed voor China zijn ontstaan die bezield zijn door de geest van de gemeenschap en broederschap welke ons verenigt, en de leden van het mystieke lichaam van Christus in vreugd en in lijden moet verenigen (1 Kor. 12, 12-30) [b:1 Kor. 12, 12-30].
Deze brief is ontstaan uit de smeekbede welke ik onophoudelijk tot de almachtige God richt voor dit geliefde deel van zijn volk en is bedoeld om de katholieken van heel de wereld door uw bemiddeling uit te nodigen tot gebed. Wij weten met zekerheid dat de Heer trouw is aan zijn woord: 'Vraagt en u zal gegeven worden; zoekt en ge zult vinden; klopt en er zal worden opengedaan' (Mt. 7, 7) [b:Mt. 7, 7]. Ook wanneer immers de normale menselijke middelen die dienen om de banden van de betrekkingen binnen een gemeenschap te onderhouden, ontbreken, blijft toch altijd de kracht van het gebed dat de vlam levend houdt van de hoop welke niet teleurstelt, dankzij de werking van de Heilige Geest die in ons is. 'De Heilige Geest komt onze zwakheid te hulp - zo leert ons de heilige Paulus -. Want wij weten niet eens hoe wij behoren te bidden, maar de Geest zelf pleit voor ons met onuitsprekelijke verzuchtingen' (Rom. 8, 26) [b:Rom. 8, 26].
Referenties naar alinea 1: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
2
Ik vraag u dus te bidden, ik vraag u u in de Geest van God te verenigen met de zonen en dochters van de katholieke kerk die in China wonen, met wie het reeds sinds enige decennia tenminste tot een zichtbare betrekking is gekomen. Door middel van het gebed blijven zij, ook wanneer zij uiterlijk van iedere communicatie met ons zijn verstoken, in het hart zelf van de kerk van Christus. Het gebed zal vervolgens van de goddelijke barmhartigheid de gaven, het licht en de geestelijke krachten verkrijgen waardoor aan de kerk die in China is, de onontbeerlijke voorwaarden worden verzekerd om ook de zichtbare eenheid te genieten met de kerk van Jezus Christus, die 'een, heilig, katholiek en apostolisch' is. Wat dit betreft is het een bijzondere taak van de Romeinse zetel van de heilige Petrus de broeders te verenigen in de waarheid en de liefde. Juist aan de apostel Petrus vertrouwde de Heer Jezus immers de verantwoordelijkheid toe zijn broeders te bevestigen (Lev. 22, 32) [b:Lev. 22, 32], omdat de Heer op hem zijn kerk heeft willen bouwen (Mt. 16, 18- 19) [b:Mt. 16, 18- 19]. 'De paus van Rome, als opvolger van Petrus - verklaart het Tweede Vaticaans Oecumenisch Concilie - is het blijvend en zichtbaar beginsel en fundament van de eenheid zowel van de bisschoppen als van de menigte van de gelovigen.' Lumen Gentium [[617|23]] Hij bewaart het episcopaat zelf één en onverdeeld. Lumen Gentium [[617|18]] De band met de zetel van Petrus en met zijn apostolische bediening is daarom een onontbeerlijke voorwaarde om in de eenheid te delen met de grote katholieke familie.
Referenties naar alinea 2: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
3
De bezorgdheid voor de kerk in China welke altijd zo levend was in mijn recente voorgangers Pius XII, Johannes XXIII, Paulus VI en Johannes Paulus I, is een bijzondere en voortdurende prikkel geworden van mijn pontificaat, zoals ik meer dan eens en op verschillende manieren te kennen heb gegeven. Deze prikkel komt voort uit de aard zelf van de katholiciteit van de kerk, welke één en universeel is, veelvuldig in de verscheidenheid van de volken welke haar samenstellen en tegelijkertijd identiek in de grondslag van het geloof en in de band van de gemeenschap. Zoals het Tweede Vaticaans Concilie verklaart,
"is bij alle volkeren van de aarde het éne volk van God gevestigd, want uit alle naties betrekt het zijn burgers ... Nu is het rijk van Christus niet van deze wereld (Joh. 18, 36) [[b:Joh. 18, 36]] en daarom ontrooft de kerk of het volk van God, waarin dit rijk een aanvang neemt, in het geheel niets aan het tijdelijk goed van welk volk dan ook. Integendeel, de rijkdommen, hulpbronnen en levensgewoonten van de volkeren bevordert zij in alles wat er aan goeds in vervat ligt; zij neemt dit alles in zich op en door het aan te nemen, zuivert en versterkt en verheft zij dat alles. Deze universalistische trek die het volk van God kenmerkt, is een gave van de Heer zelf." Lumen Gentium [[617|13]]
"Dank zij deze algemeenheid - leert het concilie verder - brengen de afzonderlijke delen hun eigen gaven aan ten gunste van de andere delen en van de gehele kerk. Zo groeit het geheel en groeien de afzonderlijke delen, die alle met elkaar in gemeenschap blijven en voor de volheid in de eenheid samenwerken ... Daarom bestaan er in de kerkelijke gemeenschap op wettige wijze particuliere kerken, die hun eigen tradities bewaren doch het primaat van de stoel van Petrus erkennen. Deze neemt het 'voorzitterschap over heel de liefdesgemeenschap' Epistula ad Romanos [[923]] waar, beschermt de rechtmatige verscheidenheid en zorgt er tevens voor, dat het bijzondere de eenheid niet zou schaden, maar veeleer bevorderen. Zo ontstaan tenslotte tussen de verschillende delen van de kerk de banden van een innige gemeenschap waardoor zij geestelijke schatten, apostolische arbeiders en tijdelijke hulpmiddelen uitwisselen. Want de leden van het volk van God zijn tot mededeelzaamheid geroepen en voor ieder van hen geldt het woord van de apostel Petrus: 'Dient elkaar, als goede beheerders van Gods veelsoortige genade, met de gaven, zoals ieder die heeft ontvangen.' (1 Pt. 4, 10) [b:1 Pt. 4, 10]" Lumen Gentium [[617|13]]
Referenties naar alinea 3: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
4
De kerk van Rome heeft altijd als een moeder (met tedere en sterke liefde, ook wanneer soms met menselijke fouten) de groei van haar kinderen in heel de wereld willen bevorderen, door te zorgen dat het hun niet aan geldige en bevoegde herders, aan hulp van missiepersoneel en evangelisatiemiddelen zou ontbreken. Als de gemeenschap eenmaal een ontwikkelingsrijpheid had bereikt, is zij verheugd geweest aan de plaatselijke geestelijkheid de verantwoordelijkheid voor het bestuur van de eigen kerk over te laten, terwijl zij met haar de gemeenschap van het geloof en de algemene discipline bewaarde welke eruit voortkomt. De aanwezigheid, in een steeds toenemend aantal, van autochtone bisschoppen binnen de bisschoppenconferenties in heel de wereld en eveneens van prelaten en bisschoppen van elk continent in de Romeinse curie toont welsprekend de bereidwillige zorg van de kerk aan om het werk van haar kinderen te benutten zonder enig onderscheid van herkomst noch het verlangen naar overwicht. Vooral na het Tweede Vaticaans Oecumenisch Concilie is aan de bisschoppenconferenties een veel grotere ruimte tot initiatief geboden voor het welzijn van de gelovigen van het eigen grondgebied; zij hebben echter het volledige bewustzijn dat zij, in welke moeilijkheden ook en voor iedere eventuele nood, altijd kunnen vertrouwen op de steun, het begrip en de hulp van de kerk van Rome.
Referenties naar alinea 4: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
5
Wij weten wel, dat onze broeders en zusters in de spanne van deze dertig jaar moeilijke en langdurige beproevingen hebben moeten trotseren. In dit harde lijden hebben zij het bewijs geleverd van hun trouw aan Christus en aan zijn kerk; dergelijke moedige getuigenissen kunnen wel worden vergeleken met die van de christenen van de eerste eeuwen van de kerk. Hoe troostend is het berichten te ontvangen van de voortdurende en onverschrokken trouw van de katholieken in China aan het geloof van hun vaderen en hun kinderlijke aanhankelijkheid aan de zetel van Petrus. Terwijl dit alles onze diepe bewondering wekt, moet het ons nog meer aansporen hun ons hartelijk vertrouwen en de steun van vurig gebed te schenken.
Referenties naar alinea 5: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
6
Reeds enige tijd hebben de eisen van de godsdienst vrijheid in dit grote land een groter begrip gevonden. Daarom is het nodig de almachtige God, de Heer van de naties, te smeken, opdat onze broeders en zusters in China bij de toepassing van de beginselen van deze vrijheid, zonder belemmering hun geloof kunnen beleven terwijl zij in de katholieke eenheid van de kerk zijn.
Referenties naar alinea 6: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
7
De Apostolische Stoel laat geen gelegenheid voorbijgaan om te proberen aan de katholieken in China te doen weten hoe diep zij in het hart zelf staan van de katholieke kerk, die met bijzondere sympathie en genegenheid heel de wonderbare werkelijkheid van tradities en cultuur van grote menselijkheid en rijke spiritualiteit beschouwt, welke de historische en huidige erfenis vormt van de grote Chinese natie, hetgeen ik duidelijk heb gemaakt in mijn toespraak in Manila op 18 februari jongstleden vgl: Tot de Katholieke Chinese gemeenschap in Azië [[[7619|1]]] In naam van de zorg 'voor alle kerken' (2 Kor. 11, 28) [b:2 Kor. 11, 28] welke ons verenigt, vraag ik u dringend, dierbare broeders in het bisschopsambt, hetzelfde te doen en de gelovigen die aan u zijn toevertrouwd uit te nodigen om te bidden voor en met hun broeders en zusters in China.
Verenigen wij dus onze gebeden opdat zij standvastig blijven in het geloof en volhardend in werkzame liefde. Smeken wij, dat de Heer in hen een steeds levendiger en vreugdevoller hoop voedt dat hun kerk eens een wedergeboorte beleeft en een nieuw Pinksteren van de Geest, dat de boodschap van Jezus in dat geliefde land weer zal doen opbloeien. Bidden wij bovendien dat de Heer de harten raakt van hen die worden gekweld door twijfel en angst en ook van hen die voor de zware beproevingen zijn teruggeschrokken en het geloofspand dat hen werd overgedragen aldus op het spel zetten. Richten wij tenslotte ons gebed tot God voor heel de edele Chinese natie, opdat zij steeds haar wegen van rechtvaardigheid en werkelijke vooruitgang mag bewandelen.
Verenigen wij dus onze gebeden opdat zij standvastig blijven in het geloof en volhardend in werkzame liefde. Smeken wij, dat de Heer in hen een steeds levendiger en vreugdevoller hoop voedt dat hun kerk eens een wedergeboorte beleeft en een nieuw Pinksteren van de Geest, dat de boodschap van Jezus in dat geliefde land weer zal doen opbloeien. Bidden wij bovendien dat de Heer de harten raakt van hen die worden gekweld door twijfel en angst en ook van hen die voor de zware beproevingen zijn teruggeschrokken en het geloofspand dat hen werd overgedragen aldus op het spel zetten. Richten wij tenslotte ons gebed tot God voor heel de edele Chinese natie, opdat zij steeds haar wegen van rechtvaardigheid en werkelijke vooruitgang mag bewandelen.
Referenties naar alinea 7: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
8
Bidden wij vooral met de overtuiging van de apostel van de volkeren, dat God die 'bij machte is oneindig meer te volbrengen dan al wat wij kunnen vragen of bevroeden' (Ef 3, 20) [b:Ef 3, 20], 'in alles het heil bevordert van die Hem liefhebben' (Rom. 8, 28) [b:Rom. 8, 28].
Referenties naar alinea 8: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
9
Vertrouwen wij onze smeekbeden toe aan de machtige voorspraak van de allerheiligste Maria, die de Chinese gelovigen met vurigheid en zoveel vertrouwen aanroepen onder de titel van koningin van China, opdat zij van haar Zoon, onze Heer Jezus Christus, de overvloed van genaden en hemelse gunsten afsmeekt voor haar geliefde zonen en dochters in China.
Referenties naar alinea 9: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
10
De aanstaande viering van het begin van het Chinese nieuwjaar (25 januari) biedt mij een welkome gelegenheid om nogmaals van de genegenheid en achting te getuigen welke ik heb en altijd. heb gehad voor het Chinese volk. Bij deze vreugdevolle gelegenheid verenig ik me met de vreugde van alle leden van de grote Chinese familie, waar zij zich ook bevinden, en wens allen een gelukkig en vredig nieuwjaar.
Met grote genegenheid in de Heer verleen ik u de apostolische zegen. ·
Met grote genegenheid in de Heer verleen ik u de apostolische zegen. ·
Uit het Vaticaan, 6 januari 1982, feest van de Openbaring van onze Heer,Johannes Paulus II
het vierde jaar van mijn pontificaat.
Referenties naar alinea 10: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediaReferenties naar dit document: 1
Open uitgebreid overzichthttps://rkdocumenten.nl/toondocument/2294-caritas-christi-nl