Wij mogen niet werkeloos toezien ten overstaan van sommige processen van globalisatie die niet zelden op mondiaal niveau de kloof tussen arm en rijk mateloos doen toenemen. Wij moeten degenen aanklagen die de rijkommen van de aarde verkwisten en daarmee ongelijkheden veroorzaken die ten hemel schreien
Vgl. Jak. 5, 4
. Zo is het bijvoorbeeld onmogelijk om te zwijgen bij de "schokkende beelden van de grote kampen van verjaagden en vluchtelingen die - in verschillende delen van de wereld - met veel behelpen worden opgevangen om aan een erger lot te ontkomen, maar die van alles missen. Zijn deze mensen niet onze broeders en zusters?
Paus Benedictus XVI, Toespraak, Tot het bij de Heilige Stoel geaccrediteerde Corps Diplomatique (9 jan 2006) De Heer Jezus, Brood van eeuwig leven, spoort ons aan en maakt ons attent op de situaties van ellende waarin nog een groot deel van de mensheid verkeert: het zijn situaties die dikwijls mede veroorzaakt zijn door een duidelijke en verontrustende verantwoordelijkheid van de mensen. Immers, "op basis van beschikbare statistische gegevens kan worden gesteld, dat alleen al de helft van de onmetelijke sommen geld, die over de hele wereld besteed worden aan wapens, meer dan voldoende zou zijn om het eindeloze leger van armen duurzaam uit de ellende te halen. Het menselijk geweten wordt er door uitgedaagd. Aan de bevolkingsgroepen die onder de armoededrempel leven, en dat meer ten gevolge van situaties die afhangen van internationale politieke, handels- en culturele betrekkingen dan vanwege oncontroleerbare omstandigheden, kan en moet onze gemeenschappelijke inspanning voor de waarheid nieuwe hoop geven.”
Paus Benedictus XVI, Toespraak, Tot het bij de Heilige Stoel geaccrediteerde Corps Diplomatique (9 jan 2006)
Het voedsel van de waarheid drijft ons situaties aan te klagen die mensonwaardig zijn, waarin men sterft door gebrek aan voedsel ten gevolge van de onrechtvaardigheid en de uitbuiting, en geeft ons nieuwe kracht en moed om zonder ophouden te werken aan de opbouw van de beschaving van de liefde. Van meet af aan hebben de christenen er zorg voor gedragen hun goederen te delen Vgl. Hand. 4, 32
en de armen te helpen Vgl. Rom. 15, 26
. De collecte die tijdens de liturgische samenkomsten wordt opgehaald is er een levende herinnering aan, maar is ook een heel actuele noodzaak. De kerkelijke weldadigheidsinstellingen, in het bijzonder de Caritas op verschillende niveaus, verrichten de kostbare dienst dat zij mensen in nood, en vooral de allerarmsten, helpen. Terwijl ze inspiratie ontlenen aan de Eucharistie, worden zij er de concrete uitdrukking van; zij verdienen daarom alle lof en aanmoediging voor hun solidaire inzet in de wereld.