
Paus Benedictus XVI - 22 februari 2007
De geestelijke traditie van de Kerk heeft in het bezoeken van gevangenen, op grond van een duidelijk woord van Christus Vgl. Mt. 25, 36 , een van de lichamelijke werken van barmhartigheid erkend. Zij die zich in deze situatie bevinden hebben het bijzonder nodig door de Heer zelf te worden bezocht in het sacrament van de Eucharistie. De nabijheid ervaren van de kerkgemeenschap, deelnemen aan de Eucharistie en de heilige Communie ontvangen in zo'n bijzondere en pijnlijke periode van het leven, kan zeker bijdragen aan de kwaliteit van iemands eigen geloofsweg en de volledige sociale reïntegratie bevorderen. De verlangens vertolkend die in de Synodevergadering zijn geuit, vraag ik aan alle Bisdommen er voor te zorgen dat, binnen de grenzen van wat mogelijk is, er adequaat geïnvesteerd wordt in krachten waar het gaat over de pastorale activiteit welke gericht is op de geestelijke zorg voor de gedetineerden. Vgl. Bisschoppensynodes, Uitgebracht door de Synodevaders van de 11e Gewone Bisschoppensynode over de "Eucharistie", Voorstellen aan de Paus voor het samenstellen van een Apostolische Post-synodale Exhortatie (22 okt 2005), 48