
30 september 1997
Wanneer de niet-Christenen, door Gods genade gerechtvaardigd, verbonden worden met het Paasmysterie van Jezus Christus, zijn ze ook verbonden met het mysterie van zijn lichaam, dat de Kerk is. Het mysterie van de Kerk in Christus is een dynamische werkelijkheid in de Heilige Geest. Ofschoon aan deze geestelijke verbondenheid de zichtbare uitdrukking van het tot de Kerk behoren ontbreekt, zijn de gerechtvaardigde niet-Christenen in de kerk “het mystieke lichaam van Christus” en “geestelijke gemeenschap” Vgl. 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Kerk, Lumen Gentium (21 nov 1964), 8 opgenomen. In deze zin kunnen de Kerkvaders zeggen dat de gerechtvaardigde Christenen tot de ecclesia ab Abel behoren. Terwijl ze in de universele Kerk bij de Vader verzameld zijn Vgl. 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Kerk, Lumen Gentium (21 nov 1964), 2 zullen degenen die zeker tot het “lichaam”, maar niet tot het “hart” van de Kerk behoren, niet gered worden, omdat ze niet in de liefde hebben volhard. Vgl. 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Kerk, Lumen Gentium (21 nov 1964), 14