
Msgr. Martin J. O'Connor - 23 mei 1971
Willen overdracht en uitleg van de geloofsleer voor het gehoor aantrekkelijk zijn en er invloed op uitoefenen, dan dient men zoveel mogelijk van de communicatiemiddelen gebruik te maken en zich aan taal en stijl van de media aan te passen.
Hiervóór hebben wij gezien dat de werkzaamheid van de katholieken op communicatiegebied Alinea 102-113 uit het bewustzijn van een gemeenschappelijke verantwoordelijkheid voortkomt en door het godsdienstig geloof wordt versterkt.
Daarna hebben wij in algemene termen over de plichten gesproken die de katholieken als zodanig op dit gebied hebben te vervullen. Alinea 126-134 Thans dienen wij tenslotte na te gaan welke verantwoordelijkheid elk van de afzonderlijke media meebrengt, zowel wanneer het om specifiek katholieke instellingen gaat als in het geval van andersdenkende die de katholieken van hun apparatuur gebruik laten maken.