
15 augustus 1997
Jezus, de Nieuwe Adam, staat door zijn maagdelijke ontvangenis aan het begin van "de wedergeboorte" van de door het geloof in de heilige Geest aangenomen kinderen. "Hoe zal dit geschieden?" (Lc. 1, 34). Vgl. Joh. 3, 9 De deelname aan het goddelijk leven komt niet voort "uit bloed, noch uit de begeerte van het vlees of de wil van een man, maar uit God" (Joh. 1, 13). Het ontvangen van dit leven is maagdelijk, want het wordt geheel door de Geest aan de mens geschonken. Het bruidskarakter van de menselijke roeping in zijn verhouding tot God Vgl. 2 Kor. 11, 2 komt volmaakt tot vervulling in het maagdelijk moederschap van Maria.