In de liturgie van de kerk wordt de goddelijke zegening ten volle geopenbaard en meegedeeld: de Vader wordt erkend en aanbeden als bron en einddoel van alle zegeningen van de schepping en van het heil; in zijn Woord, dat voor ons is vlees geworden, gestorven en verrezen is, overstelpt Hij ons met zijn zegeningen; en door Hem stort Hij in onze harten de Gave uit die alle gaven bevat: de heilige Geest.