Inhoudsopgave
- Inhoud
1
Dierbare broeders en zusters,
In de over het gezin, ben ik blijven staan bij het eerste verhaal over de schepping van de mens, in het eerste hoofdstuk van Genesis waar staat: "En God schiep de mens als zijn beeld; als het beeld van God schiep Hij hem; man en vrouw schiep Hij hen" .
Vandaag zou ik deze reflectie willen vervolledigen met het tweede verhaal, dat wij in het tweede hoofdstuk vinden. Wij lezen hier dat de Heer, na hemel en aarde geschapen te hebben, “de mens uit stof boetseerde, van de aarde genomen, en Hij blies hem de levensadem in de neus: zo werd de mens een levend wezen.” Dat is het hoogtepunt van de schepping. Maar er ontbreekt iets: God plaatst de mens vervolgens in een zeer mooie tuin om die te bewerken en te beheren.
Referenties naar alinea 1: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
2
De Heilige Geest, die heel de Bijbel geïnspireerd heeft, suggereert even het beeld van de man die alleen is, zonder de vrouw – iets ontbreekt hem. En Hij suggereert Gods gedachte, bijna Gods gevoel terwijl die naar Adam kijkt en hem observeert, alleen in de tuin: hij is vrij, hij is heer … maar alleen. En God ziet dat dit “niet goed is”: het is als een gemis aan gemeenschap, het ontbreekt hem aan gemeenschap, het is gebrek aan volheid. “Het is niet goed”, zegt God en ook: “Ik ga een hulp voor hem maken die bij hem past” .
Referenties naar alinea 2: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
3
Dan brengt God alle dieren bij de mens; de mens geeft elk van hen een naam – en dat is een ander beeld van de heerschappij van de mens over de schepping – maar hij vindt in geen enkel dier de ander die bij hem past. De man blijft alleen. Wanneer God tenslotte de vrouw bij hem brengt, erkent de mens dit schepsel al jubelend, alleen zij maakt deel uit van hem: “been van mijn gebeente en vlees van mijn vlees!” . Eindelijk een weerspiegeling, eindelijk wederkerigheid. Wanneer iemand – het is een voorbeeld om het goed te begrijpen – een ander de hand wil geven, moet die voor hem staan: als men iemand de hand geeft maar er is niemand, dan staat die hand daar … het ontbreekt aan wederkerigheid. Zo was de man, het ontbrak hem aan iets om tot volheid te komen, het ontbrak hem aan wederkerigheid. De vrouw is geen repliek van de man; zij komt rechtstreeks uit het scheppend gebaar van God. Het beeld van de rib drukt absoluut geen minderwaardigheid of ondergeschiktheid uit, in tegendeel, wel dat man en vrouw van dezelfde substantie zijn en complementair en wederkerig. En het feit dat – steeds in de parabel – God de vrouw maakt terwijl de man slaapt, benadrukt juist dat zij geenszins een schepping van de man is, maar van God. Dit suggereert ook iets anders: om de vrouw te vinden – en wij kunnen zeggen, om liefde in de vrouw te vinden -, moet de man eerst van haar dromen, daarna vindt hij haar.
Referenties naar alinea 3: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
4
Gods vertrouwen in man en vrouw, aan wie Hij de aarde toevertrouwt, is groothartig, rechtstreeks en volledig. Hij stelt vertrouwen in hen. Maar zie, de boze brengt verdachtmaking, ongeloof, wantrouwen binnen in hun geest. En tenslotte komt er ongehoorzaamheid aan het gebod dat hen beschermde. Zij vervallen in de waan van almacht die alles bederft en de harmonie te niet doet. Ook wij, wij voelen dat dikwijls in ons, allemaal.
Referenties naar alinea 4: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
5
Zonde brengt wantrouwen en verdeeldheid tussen man en vrouw. Hun band zal bedreigd worden door duizenden vormen van misbruik en onderwerping, bedrieglijke verleiding en vernederende, zelfs de meest dramatische en gewelddadige arrogantie. De geschiedenis draagt daarvan de sporen. Denken wij bij voorbeeld aan de negatieve uitspattingen van patriarchale culturen. Denken wij aan de vele vormen van fallocratie waar de vrouw beschouwd wordt als tweederangs. Denken wij aan de instrumentalisering en marchandering van het vrouwelijk lichaam in de huidige cultuur van de media. Maar denken wij ook aan de recente epidemie van wantrouwen, scepticisme tot en met vijandigheid die zich in onze cultuur verspreidt – die vooral begint met een duidelijk wantrouwen tegenover de vrouw - ten overstaan van een verbond tussen man en vrouw, dat zowel de vertrouwelijkheid van de gemeenschap kan verfijnen als de waardigheid van het verschil kan behoeden.
Referenties naar alinea 5: 1
Amoris Laetitia ->=geentekst=
Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
6
Als wij voor dit verbond geen heropleving van sympathie vinden, die de nieuwe generaties kan beschutten tegen wantrouwen en onverschilligheid, zullen kinderen ter wereld komen, die vanaf de moederschoot, hoe langer hoe meer ontworteld zijn. De sociale waardevermindering van het stabiele en generatieve verbond tussen man en vrouw is een verlies voor heel de wereld. Wij moeten huwelijk en gezin opnieuw in ere herstellen! De Bijbel zegt iets mooi : de man vindt de vrouw, zij ontmoeten elkaar en de man moet iets verlaten om haar ten volle te vinden. Daarom zal de man zijn vader en moeder verlaten, om naar haar toe te gaan. Dat is mooi! Dat betekent een nieuwe weg inslaan. De man is er helemaal voor de vrouw en de vrouw helemaal voor de man.
Referenties naar alinea 6: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
7
Het behoeden van dit verbond tussen man en vrouw - zelfs al zijn zij zondig en gekwetst, in verwarring en vernederd, wantrouwig en onzeker - is dus voor ons, gelovigen, in de huidige situatie, een veeleisende en gepassioneerde roeping. Het verhaal van de schepping en de zonde besluit als volgt: “En Jahwe God maakte kleren van huiden voor de mens en zijn vrouw en Hij deed hun die aan” . Een beeld van tederheid voor dit zondige koppel, dat ons versteld doet staan: Gods tederheid voor man en vrouw! Een beeld van de vaderlijke bescherming van het mensenpaar. God zelf draagt zorg voor Zijn meesterwerk en beschermt het.
Referenties naar alinea 7: 0
Geen referenties naar deze alineaNotities bij deze alinea
Andere catecheses in de serie, zie het dossier:
Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
https://rkdocumenten.nl/toondocument/5891-het-gezin-11-mannen-en-vrouwen-ii-nl