Over de plaatsing van de beeltenis van de 'Vrouwe van alle volkeren'

Prot.N.511/53

Hoogwaardige Excellentie mgr. Huibers,

Deze hoogste Congregatie van het H. Officie heeft de stukken, welke uwe Hoogwaardige Excellentie aan haar heeft toegezonden betreffende de beweerde visioenen van mejuffrouw Ida Peerdeman en betreffende de afbeelding van de H. Maagd Maria onder de titel van 'Vrouwe van alle volkeren' nauwlettend onderzocht. Het H. Officie dankt uwe Excellentie voor de bekwaamheid en voorzichtigheid waarmee U, overeenkomstig uw ambt en uw plicht die maatregelen hebt genomen, die in dit geval geschikt leken.

Het H. Officie stelt U ervan in kennis dat hier geen enkele reactie inzake deze kwestie is binnengekomen. Wanneer in de toekomst hier iets zou aankomen, zal het H. Officie niet nalaten, U daarvan te verwittigen; overigens hebben uw uitvoerige inlichtingen een voldoende richtsnoer gegeven, volgens welke deze hoogste Congregatie haar gedragslijn kan bepalen. Wanneer echter de voorstanders van het pseudovisioen ook nu nog zouden aandringen op herplaatsing van de afbeelding van de 'Vrouwe van alle volkeren' in een of andere kerk, dan verlene uw Hoogwaardige Excellentie hiervoor nimmer verlof. Intussen,

U de verzekering gevende van mijn oprechte hoogachting, noem ik mij, van uwe Hoogwaardige Excellentie de zeer toegewijde, w.g. Joseph Kardinaal Pizzardo, secretaris."